direct naar inhoud van Regels

Sportpark Verhoven

Status: Vastgesteld
Idn: NL.IMRO.0784.BPSportprkVerhoven-VG01

Artikel 5 Sport

 

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Sport’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. sportterreinen;

  2. sportvoorzieningen, zoals kantines, kleedruimtes en tribunes;

  3. horeca van maximaal categorie 1;

  4. calamiteitenwegen;

  5. paden voor langzaam verkeer;

  6. fietsenstallingen;

  7. waterhuishoudkundige voorzieningen;

  8. groenvoorzieningen;

  9. nutsvoorzieningen.

 

5.2 Bouwregels

 

5.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  1. De gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd.

  2. Het bouwvlak mag voor niet meer bebouwd worden dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)’ is aangegeven.

  3. De bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)’ is aangegeven.

 

5.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  1. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen.

  2. De bouwhoogte van palen en (licht)masten ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding – lichtmast’ en binnen het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 16 m, mits wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 12, lid 12.3.

  3. Ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding – scorebord’ mag maximaal 1 scorebord worden gebouwd, mits:

  1. de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 7 m;

  2. de breedte niet meer bedraagt dan 5 m.

  1. De overige andere bouwwerken dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 m.

 

5.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 5.2.2 onder b en d ten behoeve van de bouw van lichtmasten met een bouwhoogte van maximaal 16 m op gronden buiten de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding – lichtmast’, mits:

  1. er geen directe lichtinstraling voor omwonenden wordt veroorzaakt;

  2. de belangen van derden niet onevenredige worden geschaad;

  3. wordt voldaan aan de belemmeringenzones, zoals geregeld in artikel 12, lid 12.3.