direct naar inhoud van Artikel 6 Water
Plan: I Stratum buiten de Ring 2004 (Animali)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80055-0501

Artikel 6 Water

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor `Water´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. waterberging;
  • b. waterhuishouding;
  • c. waterlopen;

met de daarbij behorende:

  • d. andere voorzieningen voor de waterhuishouting;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt een maximale bouwhoogte van 4 m.

6.3 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing voor het gebruik van gronden en gebouwen dat in strijd is met lid 6.1 indien strikte toepassing zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

6.4 Aanlegvergunning
6.4.1 Aanlegvergunningvereiste

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders op of in de gronden met de bestemming 'Water' de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het dempen van water;
  • b. het vergraven van oevers;
  • c. het verleggen van water;
  • d. het herprofileren van waterlopen.

6.4.2 Uitzondering aanlegvergunningvereiste

Het in lid 6.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. de aanleg van ecologische oevers betreft;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

6.4.3 Criteria verlening aanlegvergunningvereiste

De in lid 6.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de waterhuishoudkundige situatie met betrekking tot de waterkwantiteit en de waterkwaliteit.

6.4.4 Advies

Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning slechts nadat advies is ingewonnen bij de waterbeheerder met betrekking tot de vraag of door de ingreep het waterhuishoudkundig belang niet onevenredig wordt aangetast.

6.5 Procedureregels
6.5.1 Procedureregel aanlegvergunning

Bij het nemen van een besluit als bedoeld in 6.4 nemen burgemeester en wethouders de volgende regels in acht:

  • a. het verzoek om een aanlegvergunning ligt, met bijbehorende stukken, gedurende één week ter inzage;
  • b. van de terinzagelegging wordt tevoren in één of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen, of op een andere geschikte wijze kennis gegeven;
  • c. de kennisgeving houdt mededeling in van de mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen;
  • d. gedurende de onder a genoemde termijn kunnen belanghebbenden bij het college van burgemeester en wethouders zienswijzen indienen tegen het voornemen om een aanlegvergunning te verlenen.