Plan: | De Bergen |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0772.80037-0501 |
Regelgeving Algemeen
De 'Wet luchtkwaliteit' is op 15 november 2007 in werking getreden (Stb. 2007, 434) en vervangt het Besluit luchtkwaliteit 2005. Met de 'Wet luchtkwaliteit' wordt de wijziging van de Wet milieubeheer (m.n. hoofdstuk 5, onder titel 5.2) op het gebied van luchtkwaliteitseisen bedoeld. De aanleiding hiervan is de maatschappelijke discussie die ontstaan is als gevolg van de directe koppeling tussen ruimtelijke ordeningsprojecten en luchtkwaliteit. De directe koppeling had tot gevolg dat veel geplande (en als noodzakelijk of gewenst ervaren) projecten geen doorgang konden vinden in overschrijdingsgebieden. Bovendien moest voor ieder klein project met betrekking tot luchtkwaliteit een uitgebreide toets gedaan worden. Met de nieuwe 'Wet luchtkwaliteit' en bijbehorende bepalingen en hulpmiddelen, wil de overheid zowel de verbetering van de luchtkwaliteit bewerkstelligen als ook de gewenste ontwikkelingen in ruimtelijke ordening doorgang laten vinden.
De 'Wet luchtkwaliteit' voorziet onder meer in een gebiedgerichte aanpak van de luchtkwaliteit via het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Het Rijk, provincies en gemeenten werken in het NSL-programma samen aan maatregelen om de luchtkwaliteit te verbeteren tot de normen, ook in gebieden waar nu de normen voor luchtkwaliteit niet worden gehaald (overschrijdingsgebieden). De programma-aanpak zorgt voor een flexibele koppeling tussen ruimtelijke activiteiten en milieugevolgen.
In artikel 4 van het 'Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' en de bijlagen van de 'Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' is voor bepaalde categorieën projecten met getalsmatige grenzen vastgesteld dat deze 'niet in betekenende mate (NIBM) bijdragen aan de luchtverontreiniging. Deze mogen zonder toetsing aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Dit geldt o.a. voor woningbouwlocaties die ingeval van één ontsluitingsweg niet meer dan 500 nieuwe woningen omvatten. Bij twee ontsluitingswegen mogen de uitbreidingslocaties 1000 woningen bevatten. Voor kantoorlocaties gelegen aan één ontsluitingsweg geldt een drempel van 33.333 m².
Wanneer projecten wel in betekenende mate bijdragen aan de luchtkwaliteit dient luchtonderzoek uitgevoerd te worden, waarbij getoetst wordt aan de normen.
De Nederlandse overheid zal de EU verzoeken om verlenging van de termijn (derogatie) waarbinnen de luchtkwaliteitseisen gerealiseerd moeten zijn. Als derogatie is verleend, vermoedelijk begin 2009, zal het NSL in haar volle omvang in werking treden. Ook zullen de uitvoeringsregels rond saldering dan verruimd worden en zal de definitie van 'niet in betekenende mate' verlegd worden van 1% naar 3% van de grenswaarde.
Kort samengevat dienen projecten te worden beoordeeld op basis van de 'Wet luchtkwaliteit' c.q. artikel 5.16 van de Wet milieubeheer. Luchtkwaliteitseisen vormen onder de nieuwe 'Wet luchtkwaliteit' geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkelingen als:
Naast toetsing aan de 'Wet luchtkwaliteit' dient altijd te worden onderzocht of sprake is van een goede ruimtelijke ordening.
Advies luchtkwaliteit
Het voorliggende bestemmingsplan De Bergen is merendeels een conserverend bestemmingsplan, waar in beperkte mate wordt voorzien in nieuwbouw van woningen, horeca, detailhandel en kantoren. Nieuwbouw of vervangende bouw wordt voorzien op enkele herstructureringslocaties in het gebied (Spijndhof, Luciferterrein, Fensterrein en 't Klein). De invloed van de uitbreidingen en wijzigingen binnen het gebied op de luchtkwaliteit ter plaatse zal bepaald worden door de verkeersaantrekkende werking van de plannen. Per saldo neemt het aantal woningen slechts zeer beperkt toe. Het betreft veel minder woningen dan de in de wettelijke regeling genoemde 500 (nieuwe) woningen. Ook de uitbreiding van het kantooroppervlak is zeer beperkt (veel lager dan de drempelwaarde van 33.333 m2).
De invloed van het project Luciferterrein op de luchtkwaliteit ter plaatse zal bepaald worden door de verkeersaantrekkende werking van het hotel, de detailhandel, de galerie en/of het restaurant. Voor de nieuwe situatie is op basis van de aangeleverde cijfers en een inschatting voor wat betreft de aantallen voertuigbewegingen van en naar de detailhandel, de galerie en het restaurant een worst case raming gemaakt van het totaal aantal voertuigbewegingen in het nieuwe project. Voor de bezoekers van het hotel geldt dat, op grond van 65 kamers, 70% bezetting en de verwachting dat 60% met eigen vervoer of taxi zal komen, sprake is van circa 54 voertuigbewegingen per etmaal. Het personeel maakt 12 bewegingen per etmaal. De leveranciers veroorzaken 8 vrachtwagenbewegingen per etmaal. De uitstoot van NO2 en PM10van een gemiddelde vrachtwagen bedraagt het equivalent van 25 personenwagens. De verkeersaantrekkende werking van het hotel wordt ingeschat op het equivalent van 266 (= 54 + 12 + 8*25) personenwagenbewegingen per etmaal. Voor wat betreft de galerie, detailhandel en restaurant wordt in deze worst case benadering uitgegaan van in totaal 250 personenwagenbewegingen en 8 vrachtwagenbewegingen per etmaal. Op grond van het voorgaande bedraagt de verkeersaantrekkende werking voor dit gedeelte het equivalent van 450 (= 250 + + 8*25) personenwagenbewegingen per etmaal. De verkeersaantrekkende werking van het gehele project bedraagt in de worst case situatie het equivalent van 716 personenwagenbewegingen per etmaal.
Met betrekking tot het Fensterrein geldt dat het momenteel gebruikt wordt als parkeerterrein (110 plaatsen). De ambitie is om deze locatie te transformeren in een ontwikkeling met een mix van functies (detailhandel, horeca, wonen, vermaak en groen). Gezien de huidige functie, met reeds een relatief hoog aantal personenwagenbewegingen van en naar de parkeerplaats, zal het aantal voertuigbewegingen op deze locatie in de toekomst naar verwachting niet toenemen.
De luchtkwaliteitseisen van de Wet luchtkwaliteit vormen geen belemmering voor de plannen wanneer de activiteiten 'niet-in betekenende' mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht (artikel 5.16 lid 1 onder c Wm). In artikel 4 van het 'Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' en de bijlagen van de 'Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' is voor bepaalde categorieën projecten met getalsmatige grenzen vastgesteld dat deze 'niet in betekenende mate' (NIBM) bijdragen aan de luchtverontreiniging. Deze mogen zonder toetsing aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit uitgevoerd worden.
Voor plannen waarin sprake is van wijzigingen en uitbreidingen met een mix van functies zijn (nog) geen grenzen aangegeven. Aangezien de invloed van het bestemmingsplan De Bergen op de luchtkwaliteit wordt bepaald door de verkeersaantrekkende werking, wordt aangesloten bij de grenzen die gesteld worden voor woningbouwlocaties waarbij ook de verkeersaantrekkende werking maatgevend is. Conform voorschrift 3B.2 van bijlage 3a van de 'Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)' draagt een bouwplan niet in betekenende mate bij aan de luchtkwaliteit wanneer het plan voorziet in de bouw van niet meer dan 500 woningen. Uitgaande van een kengetal van 5 verkeersbewegingen per woning, zijn derhalve 2500 personenwagenbewegingen toelaatbaar. Aangezien de verkeersaantrekkende werking van het project Luciferterrein ten hoogste gelijk is aan het equivalent van circa 716 verkeersbewegingen per etmaal en de ontwikkelingen op de overige herstructureringslocaties in het gebied niet of nauwelijks leiden tot een toename van het aantal verkeersbewegingen, kan gesteld worden dat de ontwikkelingen in het bestemmingsplan niet in betekenende mate bijdragen aan de luchtkwaliteit. Op basis van artikel 5.16, lid 1, aanhef en onder c kan het bestemmingsplan zonder nader onderzoek doorgang vinden.