direct naar inhoud van 4.3 Luchtkwaliteit
Plan: Strijp R
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80019-0501

4.3 Luchtkwaliteit

Toetsingskader

In de Wet milieubeheer titel 5.2; luchtkwaliteitseisen (hierna: Wet luchtkwaliteit (Wlk)) zijn normen voor concentraties van stoffen in de buitenlucht opgenomen. De grenswaarden voor NO2 en PM10 uit de Wlk zijn in tabel 1 opgenomen. De grenswaarden van de overige stoffen worden op een beperkt aantal plaatsen in Nederland nog overschreden waardoor toetsing slechts in specifieke gevallen relevant is.

Naast een toetsing van de jaargemiddelde toetsingswaarde is er sprake van een toetsing van een termijngemiddelde waarde die een aantal maal per jaar mag worden overschreden. Voor stikstofdioxide ligt de jaargemiddelde waarde veelal kritischer dan de uurgemiddelde waarde. De grenswaarde voor het maximum aantal overschrijdingen van de uurgemiddelde grenswaarde van stikstofdioxide wordt in de Nederlandse situatie nauwelijks overschreden, deze wordt dan ook niet expliciet getoetst.


Tabel 1. Toetsingskader op basis van Wlk

Stof   Grenswaarde   Toetsingsperiode  
NO2
(stikstofdioxide)  
40 µg/m³   Jaargemiddelde  
  200 µg/m³   Uurgemiddelden, mag max. 18x per kalenderjaar overschreden worden  
PM10
(Fijn stof)  
40 µg/m³   Jaargemiddelde  
  50 µg/m³   24 uurgemiddelden, mag max. 35 maal per kalenderjaar overschreden worden  


Derogatie en tijdelijke grenswaarden NO2 en PM10

Op 7 april 2009 heeft Nederland van de Commissie van de Europese Gemeenschappen derogatie verkregen voor het voldoen aan de normen voor NO2 en PM10. De Commissie heeft Nederland voor PM10 derogatie verleend tot 11 juni 2011 en voor NO2 tot 1 januari 2015. Dit betekent dat in Nederland uiterlijk vanaf die data aan de grenswaarden voor NO2 en PM10 voldaan moet worden.

Voor de etmaalgemiddelde PM10 concentraties geldt tot en met de inwerkingtreding van de Europese grenswaarden per 11 juni 2011, een tijdelijke grenswaarde van 75 µg/m3, welke maximaal 35 keer overtreden mag worden. Voor de jaargemiddelde PM10 concentraties geldt voor de zone midden en de agglomeraties Amsterdam/Haarlem, Rotterdam/Dordrecht en Utrecht tot 11 juni 2011 een tijdelijke grenswaarde van 48 µg/m3. Op de rest van Nederland is geen tijdelijke grenswaarde voor de jaargemiddelde PM10 concentraties van toepassing. Voor de concentraties NO2 geldt tot 1 januari 2015 een tijdelijke jaargemiddelde grenswaarde van 60 µg/m3.

Zeezoutcorrectie

Concentraties die zich van nature in de lucht bevinden en die niet schadelijk zijn voor de gezondheid van de mens en haar milieu, worden bij het beoordelen van de luchtkwaliteit voor zwevende deeltjes (PM10) buiten beschouwing gelaten. Er is voor de fractie fijn stof afkomstig van zeezout in de Regeling beoordeling luchtkwaliteit per gemeente een reductie vastgesteld voor de jaargemiddelde concentraties en het etmaalgemiddelde aantal dagen overschrijding. Voor de gemeente Eindhoven bedraagt deze reductie 3 µg/m3, het aantal overschrijdingsdagen mag (binnen heel Nederland) verminderd worden met 6.

Niet in betekenende mate bijdragen

Plannen die niet in betekenende mate (NIBM) bijdragen aan een verslechtering van de luchtkwaliteit, kunnen in een overschrijdingssituatie conform de Wlk toch gerealiseerd worden (Wm; art 5.16, lid 1 sub c). Sinds de inwerkingtreding van het NSL op 1 augustus 2009 geldt hiervoor een grens van 3% van de jaargemiddelde grenswaarde voor stikstofoxide (NO2) en fijn stof (PM10). Dit betekent dat voor NO2 en PM10 planbijdragen zijn toegestaan van maximaal 1,2 µg/m³ in situaties waarin de jaargemiddelde concentraties de grenswaarde overschrijden. In de regeling NIBM is voor verschillende categorieën projecten (woningbouw en kantoren) de kwantitatieve projectomvang voor het voldoen aan NIBM benoemd. Wanneer een plan binnen een dergelijke projectomvang valt, is het vrijgesteld van toetsing en zijn de grenswaarden uit de Wlk geen belemmering voor het realiseren van het project. Voor woningbouw is de maximale projectomvang, in geval van één ontsluitingsweg, 1500 woningen.

Op het Strijp R terrein worden ongeveer 512 tot 630 woningen gerealiseerd, zodat het als niet in betekenende mate gekwalificeerd kan worden en vrijgesteld is van toetsing. Dit zou op zich voldoende moeten zijn om het plan toelaatbaar te maken.

Als extra controle is gevraagd de concentraties in het plangebied te toetsen aan de grenswaarden uit de Wlk, in het kader van de duurzaamheid.

Onderzoek

Het onderzoek is uitgevoerd in het meest actuele zichtjaar (2008), het zichtjaar waarin de eerste woningen opgeleverd worden (2011) en in het zichtjaar 2015, waarin de landelijke grenswaarde voor NO2 van kracht wordt. In beide zichtjaren is de situatie berekend met het maximale aantal woningen (630).

Er is sprake van een binnenstedelijke situatie. De berekeningen zijn daarom uitgevoerd met Standaardrekenmethode 1 (SRM 1), overeenkomstig de voorschriften uit de ministeriële regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007. Hierbij is gebruik gemaakt van de implementatie middels het rekenmodel CAR II, versie 8.1.

Er is gebruik gemaakt van de verkeersgegevens uit het eerdere onderzoek (HL.B0284-01.B01), geleverd door de Milieudienst Regio Eindhoven. De intensiteiten voor 2008, 2011 en 2015 zijn verkregen door middel van interpolatie. De intensiteiten voor 2011 en 2015 zijn inclusief 3.780 motorvoertuigbewegingen als gevolg van het nieuwbouwplan. De gebruikte verkeersgegevens zijn in weergegeven.

Tabel 2. Verkeersgegevens Strijp R

Weg   Etmaal [mvt]   Verkeersverdeling [%]  
  2008   2011   2015   Licht   Middel-
zwaar  
Zwaar  
Zwaanstraat tussen Halvemaanstraat en Beuke nlaan   12.698   16.748   17.115   95,5   3,5   1,0  
Halvemaanstraat tussen Koenraadlaan en Tilburgseweg   4.568   8.981   9.964   97,0   2,5   0,5  
Koenraadlaan tussen Halvemaanstraat en Beukenlaan   5.973   9.823   9.918   97,0   2,5   0,5  
Beukenlaan   35.503   40.158   41.358   93,5   4,5   2,0  
Zwaanstraat tussen Halvemaanstraat en Elburglaan   pm   pm   pm   pm   pm   pm  

630 woningen met gemiddeld 6 motorvoertuigbewegingen per etmaal per woning

Aangenomen is dat er één ontsluitingsroute is en dat al het verkeer van en naar de wijk gebruik maakt van bovenstaande wegen (worstcase). De verdeling licht-, middelzwaar- en zwaar verkeer is gelijk gehouden aan de aangeleverde cijfers.

Berekening concentraties

Op basis van bovenstaande intensiteiten en verkeersverdeling is een berekening gemaakt van de concentraties NO2 en PM10. De berekening is uitgevoerd met het CARII-model, versie 8.1. De hierbij gebruikte invoergegevens zijn in bijlage 1 weergegeven.

In tabel 3 zijn de berekende NO2 en PM10 concentraties voor 2008, 2011 en 2015 weergegeven. De concentraties in 2011 en 2015 zijn inclusief de maximale planbijdrage (realisatie 630 woningen). De waarden voor PM10 zijn gepresenteerd inclusief de zeezoutcorrectie van 3 µg/m3 of 6 dagen.

De tijdelijke grenswaarden (conform derogatieverlening) gelden vanaf 1 augustus 2009 en waren in 2008 nog niet van kracht. De berekende jaargemiddelde NO2 concentratie in 2008 is daarom getoetst aan de destijds geldende plandrempel (44 µg/m3). Voor PM10 is getoetst aan de grenswaarden geldend in 2008.

Tabel 3. Berekende concentraties NO2 en PM10

Zichtjaar   Straat   NO2
jaargemiddeld
[µg/m3]  
PM10 jaargemiddeld
[µg/m3]  
PM10 etmaalgemiddeld
[#]  
2008 (actueel)   Grenswaarde/
Plandrempel  
44   40   35 (50 µg/m3)  
  Zwaanstraat   36,3   25,9   21  
  Halvemaanstraat   31,4   24,3   16  
  Koenraadlaan   32,0   24,5   16  
  Beukenlaan   43,2   28,1   29  
2011
(incl. plan)
 
Grenswaarde   60
(tot 1 januari 2015)  
40   35 (50 µg/m3)  
  Zwaanstraat   34,1   25,4   19  
  Halvemaanstraat   29,0   24,1   15  
  Koenraadlaan   29,3   24,2   15  
  Beukenlaan   40,7   27,2   25  
2015
(incl. plan)  
Grenswaarde   40   40   35 (50 µg/m3)  
  Zwaanstraat   29,8   23,7   14  
  Halvemaanstraat   25,7   22,8   12  
  Koenraadlaan   25,5   22,7   11  
  Beukenlaan   35,7   25,1   18  

Tabel 3 toont aan dat zowel de jaargemiddelde- als de etmaalgemiddelde grenswaarden voor PM10 op basis van de huidige prognoses in geen van de zichtjaren worden overschreden. De hoogste jaargemiddelde PM10-concentraties doen zich voor langs de Beukenlaan.

De in 2008 geldende plandrempel voor NO2 werd in dit zichtjaar niet overschreden. De per 1 augustus 2009 van kracht zijnde tijdelijke jaargemiddelde grenswaarde voor NO2 (60 µg/m3) wordt op basis van de huidige prognoses in 2011 ook niet overschreden. De vanaf 1 januari 2015 geldende definitieve grenswaarde voor NO2 (40 µg/m3) wordt in 2015 niet overschreden.

Na 2015 zullen de concentratiewaarden naar verwachting verder dalen door de dalende trend in emissiefactoren en achtergrondconcentraties.

Conclusie

Het plan draagt met maximaal 630 woningen niet in betekenende mate bij aan de jaargemiddelde concentratiewaarden en voldoet het hiermee op grond van art 5.16, lid 1 sub c aan de luchtkwaliteitseisen uit de Wet milieubeheer (Wm).

Uit de resultaten van het uitgevoerde onderzoek (door DHV B.V. d.d. 9 november 2009) blijkt dat de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentratie van NO2, de jaargemiddelde concentratie van PM10 en het aantal overschrijdingen van de 24-uurgemiddelde grenswaarde van PM10 uit de Wlk in geen van de zichtjaren worden overschreden. Dit geldt voor de situatie inclusief het plan in de zichtjaren 2011 en 2015. In de jaren na 2015 zullen de concentraties naar verwachting verder dalen door de dalende trend in emissiefactoren en achtergrondconcentraties.

Het plan voldoet hiermee op grond van art. 5.16 lid 1 sub a niet alleen aan de luchtkwaliteitseisen uit de Wet milieubeheer, maar bovendien kan op basis van het niet overschrijden van de grenswaarden geconstateerd worden dat er sprake is van een goed woon- en leefklimaat.