direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Dongen: Zuid en West Dongen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0766.BP2010000002-VG02

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. Ter plaatse van de aanduidingen 'bedrijf van categorie A': Bedrijven uit categorie A van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging".
  • b. Ter plaatse van de aanduidingen 'bedrijf tot en met categorie B1': Bedrijven uit ten hoogste categorie B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging".
  • c. Ter plaatse van de aanduidingen 'bedrijf tot en met categorie B2: Bedrijven uit ten hoogste categorie B2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging".
  • d. Ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van bedrijf-1 tot en met 22': tevens een bedrijfsactiviteit met SBI-code zoals hierna in de tabel genoemd:

aanduiding   bedrijfsactiviteit   SBI-code  
specifieke vorm van bedrijf-1   Hoveniersbedrijf   0144  
specifieke vorm van bedrijf-2   Overige metaalwarenfabriek met productieoppervlak >200 m²   287  
specifieke vorm van bedrijf-3   lederwarenfabriek (exclusief kleding en schoeisel)   192  
specifieke vorm van bedrijf-4   Handel en reparatie van motorvoertuigen   501, 502,  
specifieke vorm van bedrijf-5   autowasserij   5020.5  
specifieke vorm van bedrijf-6   Autosloperij met bedrijfsoppervlak >1.000 m²   51571  
specifieke vorm van bedrijf-7   Groothandel in kleding, schoeisel en mode-artikelen   5142  
specifieke vorm van bedrijf-8   Groothandel in overige consumentenartikelen   514  
specifieke vorm van bedrijf-9   Vervaardiging van chemische kantoorbenodigdheden   2466  
specifieke vorm van bedrijf-10   lederfabriek   191  
specifieke vorm van bedrijf-11   Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, productieoppervlak >200 m²   2852  
specifieke vorm van bedrijf-12   Vervaardigen metaalproducten met bedrijfsoppervlak >200 m²   284  
specifieke vorm van bedrijf-13   Goederenvervoerbedrijf met bedrijfsoppervlak >1.000 m²   6024  
specifieke vorm van bedrijf-14   Vervaardigen van schoeisel   193  
specifieke vorm van bedrijf-15   Vervaardigen van metaalproducten inclusief machines   285, 287, 29  
specifieke vorm van bedrijf-16   Vervaardigen van machines en apparaten voor voedings- en genotsmiddelenindustrie   2953  
specifieke vorm van bedrijf-17   Groothandel in huiden, vellen en leder   5124  
specifieke vorm van bedrijf-18   Groothandel in overige oude materialen en afvalstoffen   5157.3  
specifieke vorm van bedrijf-19   Autoplaatwerkerij en autospuitinrichting   5020.4  
specifieke vorm van bedrijf-20   Verhuurbedrijf roerende goederen   714  
specifieke vorm van bedrijf-21   Vervaardigen van snacks met bedrijfsoppervlak >2.000 m²   151.8  
specifieke vorm van bedrijf-22   Aannemersbedrijf of bouwbedrijf met bedrijfsoppervlak >1.000 m²   45  
specifieke vorm van bedrijf-23   Groothandel in dranken   5134  

  • e. Bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'.
  • f. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' en de 'specifieke bouwaanduiding-1' is uitsluitend een bedrijfswoning toegestaan.
  • g. Ter plaatse van de aanduiding 'dansschool':tevens een dansschool.
  • h. Ter plaatse van de aanduiding 'kantoor':tevens een kantoor.
  • i. Ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen':tevens een verkooppunt voor motorbrandstoffen, met uitzondering van lpg, met daarbij behorende andere detailhandel en een autowasstraat.
  • j. Ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': uitsluitend nutsvoorzieningen.
  • k. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop': tevens voor het behoud van de molen Koningin Wilhelmina als werktuig en als beeldbepalend cultuurhistorische waardevol element.
  • l. Bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, laad- en losvoorzieningen en zend- en ontvangstinstallaties voor telecommunicatie.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag gebouwd worden en gelden de volgende regels:

4.2.1 Gebouwen
  • a. Gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. De goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de met de aanduiding aangegeven goothoogte.
  • c. De bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste 4 m meer dan de met de aanduiding aangegeven goothoogte.
  • d. De maximaal toelaatbare goothoogte van bedrijfswoningen mag worden overschreden door dakkapellen, indien:
    • 1. De afstand tot de goothoogte, de nok en de zijkanten van het dakvlak ten minste 0,5 m bedraagt.
    • 2. De bouwhoogte van de dakkapel, gemeten vanaf de voet van de dakkapel, ten hoogste 1,5 m bedraagt.
    • 3. De breedte van dakkapellen aan de voor- of zijkant van de bedrijfswoning ten hoogste 50% van het dakvlak bedraagt.
    • 4. De breedte van dakkapellen aan de achterkant van de bedrijfswoning ten hoogste 70% van het dakvlak bedraagt.
  • e. De totale oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste het met de aanduiding aangegeven bebouwingspercentage van het bouwvlak; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwvlak.
  • f. De afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 3 m.
  • g. Indien gebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 3 m.
  • h. De afstand tussen niet aaneen gebouwde gebouwen bedraagt ten minste 3 m.
  • i. Het aantal bedrijfswoningen in een bouwvlak bedraagt ten hoogste het met de aanduiding aangegeven aantal; indien geen aanduiding is aangegeven, geldt ten hoogste één bedrijfswoning per bouwvlak.
  • j. Ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding-1' mag per bouwperceel ten hoogste één bedrijfswoning worden gebouwd ten behoeve een bedrijf op de gronden met de specifieke bouwaanduiding-2.
  • k. Ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding-1' gelden de volgende aanvullende regels:
    • 1. De oppervlakte van een bedrijfswoning, inclusief aan- en uitbouwen, bedraagt ten hoogste 200 m².
    • 2. De oppervlakte van bijgebouwen bij een bedrijfswoning, inclusief overkappingen / per woning, bedraagt ten hoogste 80 m².
    • 3. Van een bijgebouw bij een bedrijfswoning bedraagt de goothoogte ten hoogste 3 m en de bouwhoogte ten hoogste 6 m.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten, vlaggenmasten en antennes bedraagt ten hoogste 10 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 m.

4.3 Ontheffing van de bouwregels
4.3.1 Hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van lid 4.2.2 onder c voor een hogere bouwhoogte:

  • a. Voor gronden die liggen buiten het bouwvlak tot een hoogte van 6 m.
  • b. Een zend- of ontvangstmast voor telecommunicatie of een daarmee vergelijkbare constructie tot een hoogte van 40 m.

4.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Wgh-inrichtingen en Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan.
  • b. Opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan.
  • c. Activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.
  • d. Het gebruiken of te laten gebruiken van gronden en / of bouwwerken als seksinrichting of voor straatprostitutie is niet toegestaan.
  • e. Zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan, met uitzondering van het bepaalde in 4.1onder h;
  • f. Opslag van goederen op gronden gelegen tussen bedrijfsgebouwen en de meest nabij gelegen bestemming Verkeer is niet toegestaan, met uitzondering van het uitstallen ter verkoop van auto's ten behoeve van autobedrijven.
  • g. Het gebruik van onbebouwde gronden voor de opslag van goederen met een stapelhoogte van meer dan 4 m is niet toegestaan.
  • h. Ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt voor motorbrandstoffen, zonder lpg' bedraagt de verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van detailhandel ten hoogste 50 m²;.
  • i. Een lpg-vulpunt is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg'.
  • j. Het gebruiken van een gebouw ten behoeve van het ontvangen of verlenen van mantelzorg is niet toegestaan.

4.5 Ontheffing van de gebruiksregels
4.5.1 Ontheffing van de Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging"

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 4.1onder a:

  • a. Om bedrijven toe te laten uit ten hoogste één categorie hoger dan in lid 4.1 onder a, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 4.1 onder a toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging";
  • b. Om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging" zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot volgens lid 4.1 onder a toegelaten categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten "functiemenging",

met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • c. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan.
  • d. Opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan.
  • e. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan.
  • f. Activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage.

4.6 Aanlegvergunning
4.6.1 Aanlegverbod

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone – molenbiotoop' geldt het aanlegvergunningenstelsel van artikel 31.1.

4.7 Wijzigingsbevoegdheid
4.7.1 Wijziging bij bedrijfsbeëindiging

Burgemeester en wethouders kunnen, na bedrijfsbeëindiging, de bestemming Bedrijf wijzigen in de bestemming Wonen met dien verstande dat:

  • a. Het aantal woningen binnen het bestemmingsvlak en het bouwvolume van de gebouwen niet mogen worden vergroot.
  • b. De maximaal toelaatbare goot- en bouwhoogte van de gebouwen niet mag worden gewijzigd.
  • c. Wijziging niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.