direct naar inhoud van Artikel 3: Agrarisch - Aanverwant bedrijf
Plan: Aldtsjerk, Wyns en Bartlehiem 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0737.10BPI-vi01

Artikel 3: Agrarisch - Aanverwant bedrijf

3.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Aanverwant bedrijf´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van een agrarisch aanverwant bedrijf in de vorm van een bijzondere paardenhouderij in combinatie met educatieve en sociaal-culturele voorzieningen;
  • b. paddocks;
  • c. parkeervoorzieningen, ter plaatse van de aanduiding “parkeerterrein”;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. groenvoorzieningen;
  • e. bebossing;
  • f. wegen, straten en paden;
  • g. cultuurgrond;
  • h. water;
  • i. openbare nutsvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • j. tuinen, erven en terreinen;
  • k. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
3.2. Bouwregels
3.2.1. Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van de in lid 3.1 onder a. genoemde bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding “maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)” zullen de goot- en bouwhoogte van een gebouw en het bebouwingspercentage van een bouwvlak ten hoogste de aangegeven hoogte respectievelijk het aangegeven percentage bedragen.
3.2.2. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van de in lid 3.1 onder k. genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de voorbouwgrens ten hoogste 1 m zal bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 10 m bedragen.
3.3. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van manege-acitviteiten met de daarbijbehorende horecadoeleinden;
  • b. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van horecadoeleinden;
  • c. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel.