direct naar inhoud van Artikel 20 Water
Plan: Kom Vinkeveen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0736.bp003komvinkeveen-oh01

Artikel 20 Water

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • b. scheepvaartverkeer en watersport;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' voor de bescherming van de historische zichtlijn;
  • e. uitsluitende ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - beweegbare brug' tevens voor een beweegbare brug;
  • f. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'brug' voor een brug;

met daarbij behorende:

  • g. bermen en taluds;
  • h. duikers voor kruisingen met wegverkeer;
  • i. nutsvoorzieningen.
20.2 Bouwregels
20.2.1 Hoofdregel
  • a. Op of in de in lid 20.1 bedoelde gronden mogen slechts in de bestemming passende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1,5 meter.
20.2.2 Steigers

In afwijking van het bepaalde in lid 20.2.1 mogen steigers, vlonders en andere afmeervoorzieningen slechts worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • b. per aangrenzend bouwperceel is één steiger, vlonder of andere afmeervoorziening toegestaan;
  • c. de steiger dient evenwijdig aan de oeverlijn te worden gebouwd;
  • d. de lengte en de breedte van de steiger mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 6 meter en 1,2 meter;
  • e. de maximale bouwhoogte mag niet meer bedragen dan het peil (aansluitende maaiveld);
  • f. de steiger mag de oeverlijn met niet meer dan 0,50 meter overschrijden;
  • g. een vrije doorvaart dient mogelijk te blijven.
20.2.3 Bruggen
  • h. De breedte van bruggen mag niet meer bedragen dan 6 meter, met uitzondering van de bruggen ter plaatse van de aanduiding 'brug'.
  • i. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - beweegbare brug' is de brug beweegbaar waardoor de doorvaarbaarheid niet in hoogte beperkt wordt.
  • j. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - beweegbare brug' bedraagt de doorvaarbreedte minimaal 5 meter.
20.3 Nadere eisen
20.3.1 Bevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd na afweging van de in het geding zijnde belangen, waaronder begrepen planologisch-stedenbouwkundige belangen en verkeersbelangen, nadere eisen te stellen, met betrekking tot de doorvaart en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen.

20.3.2 Voorwaarden

Alvorens nadere eisen worden gesteld, dient er vooraf advies ingewonnen te worden bij de waterbeheerder.

20.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd af te wijken van het bepaalde in lid 20.1 onder f ten behoeve van nieuwe bruggen, met dien verstande dat de vrije doorvaart niet mag worden belemmerd. Alvorens de omgevingsvergunning wordt verleend, vragen burgemeester en wethouders advies aan de waterbeheerder. De vergunning kan alleen worden verleend indien de waterbeheerder een positief advies heeft gegeven.