direct naar inhoud van 2.5 Vigerend gemeentelijk beleid
Plan: Kom Aagtekerke
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0717.0027BPAagAp-VG01

2.5 Vigerend gemeentelijk beleid

Het gemeentelijk beleid voor de kern Aagtekerke is vastgelegd in verschillende beleidsstukken.

Aangezien het bestemmingsplan Kom Aagtekerke de planologische situatie vastlegt zijn (samenvattingen van) deze gemeentelijke beleidsstukken met uitzondering van " Structuurvisie Aagtekerke' niet opgenomen in deze toelichting.

Structuurvisie Aagtekerke

Het gemeentelijk beleid voor de kern Aagtekerke is vastgelegd in de structuurvisie Aagtekerke, vastgesteld door de gemeenteraad op 15 januari 2002. Hieronder de belangrijkste punten van het beleid.

De landelijke kernen in de gemeente Veere, waaronder Aagtekerke, hebben voornamelijk een woonfunctie. Het gemeentelijk ruimtelijk beleid voor deze kernen heeft een conserverend karakter en is gericht op:

  • 1. het behoud van de huidige woonfunctie en het daarbij behorende niveau van voorzieningen en;
  • 2. het in stand houden en zo nodig verbeteren van de kwaliteit van het woonklimaat.

Op grond van deze uitgangspunten, wordt in de vorm van streefbeelden een ruimtelijke totaalvisie op de kern Aagtekerke gegeven. De streefbeelden hebben betrekking op te onderscheiden deelgebieden en enkele specifieke ruimtelijke functies zoals bedrijvigheid, verkeer en groenstructuur. Binnen de kern Aagtekerke is, op grond van de ruimtelijke en functionele structuur, een onderscheid te maken in de volgende gebieden:

  • het dorpshart (Dorpsplein met monumentale- en karakteristieke bebouwing);
  • het oude lint met karakteristieke bebouwing (bestaande uit de Prelaatweg-Schoolstraat-Burgemeester Bosselaarstraat);
  • het overige (woon)gebied van de bebouwde kom.

Streefbeeld dorpshart/centrumgebied

Het beleid voor het dorpshart, bestaande uit de aan het Dorpsplein gelegen bebouwing zal, gezien de karakteristieke structuur als ringdorp en de aanwezige (monumentale) bebouwing, een conserverend karakter hebben. Teneinde mogelijkheden te creëren voor de vestiging van detailhandels- en dienstverlenende functies is het gewenst dat in het bestemmingsplan rekening wordt gehouden met de mogelijkheid tot uitwisseling van functies.

Streefbeeld oude lint met karakteristieke bebouwing

De oudere bebouwing langs de bebouwingslinten wordt gekenmerkt door de traditionele bouwstijl, de ambachtelijke materialen, de kleinschaligheid en de veelal lage dakvoet. Het beleid van de oude linten is in hoofdzaak gericht op het in stand houden van de verschijningsvorm van de karakteristieke bebouwing en het onregelmatige verkavelingspatroon.

Voor bepaalde delen van de Burgemeester Geuzestraat, de Rijsoordselaan en de Burgemeester Bosselaarstraat dient daarentegen gestreefd te worden naar een verbetering van de visuele kwaliteit. De verspringingen in de dakvoethoogtes en rooilijnen, de diversiteit in de kapvormen en materiaalgebruik veroorzaken een beeld dat aandacht behoeft. In dit kader wordt het wenselijk geacht dat er ten behoeve van de instandhouding en - daar waar nodig- een verbetering van deze karakteristiek, een beeldkwaliteitsplan of een richtlijn voor de beeldkwaliteit wordt opgesteld, die bij de beoordeling van bouwaanvragen kan worden gehanteerd.

Om de bebouwingsstructuur in deze gebieden te waarborgen zijn aanduidingen opgenomen ten aanzien van de bebouwingstypologie (vrijstaand, twee aaneen, aaneengebouwd).

Streefbeeld woongebieden

Het buiten het dorpshart gelegen deel van de bebouwde kom heeft voornamelijk een woonfunctie. De periode waarin de verschillende wijken en buurten zijn opgericht komt duidelijk tot uitdrukking in de opzet en structuur van deze woongebieden. De gebieden maken een overwegend verzorgde indruk. Aan de Agathastraat is sprake van een concentratie van maatschappelijke voorzieningen. Bij een eventuele verplaatsing van de school aan de Prelaatweg zou bezien moeten worden of de school in dit gebied ondergebracht zou kunnen worden.

Het beleid voor de woongebieden zal een conserverend karakter hebben en met name gericht zijn op het behoud van de kwaliteit van het woonklimaat. Uit een oogpunt van zuinig ruimtegebruik en de leefbaarheid van de kernen zal het gebruik van woningen als 2e woning waar mogelijk tegengegaan worden.

Streefbeeld bedrijven

Zoals gesteld is het algemene beleid voor de landelijke kernen gericht op de verplaatsing van bedrijven naar een centraal bedrijventerrein. In uitzonderlijke situaties kunnen bestaande, sterk plaatselijk gebonden bedrijven, die aantoonbaar milieuhinderlijk zijn voor de omgeving, naar de omgeving van de kern verplaatst worden. Met betrekking tot Aagtekerke is een locatie op of in de nabijheid van het bestaande bedrijventerreintje aan de oostzijde van de Zuidweg de meest geschikte plaats voor te verplaatsen bedrijven uit de kern. Op deze locatie wordt aangesloten op de reeds aanwezige bedrijfsbebouwing.

Streefbeeld verkeer

Geconstateerd is dat er relatief veel doorgaand autoverkeer stroomt door de Roosjesweg - Burgemeester Bosselaarstraat - Rijsoordselaan. Daarnaast is de Prelaatweg een relatief drukke doorgaande weg. Het dorpshart is gevrijwaard van doorgaand verkeer. Behalve maatregelen in het kader van “duurzaam veilig” zullen naar verwachting geen ingrijpende verkeersmaatregelen, zoals de aanleg van een randweg, plaatsvinden.

Streefbeeld groenstructuur

Geconstateerd is dat Aagtekerke een behoorlijk groen karakter heeft. Als waardevolle elementen zijn onder meer aangemerkt het dorpsbosje aan de noordzijde van Aagtekerke (bij Bouwlust II), 't Vievertje, het groen op het Dorpsplein, de noordelijke entree van het dorp en de westelijke entree van het dorp ter hoogte van de begraafplaats. Behoud van deze waardevolle groenelementen staat voorop. Ook wordt ernaar gestreefd de aanwezige groenstroken, met laanbomen te handhaven en daar waar mogelijk te vervolmaken.

Streefbeeld agrarische randzone

De agrarische randzone om Aagtekerke heeft een zuiver agrarisch karakter. Het beleid zoals dat voor de agrarische randzones is geformuleerd, biedt weinig mogelijkheden voor nieuwe functies. Nieuwbouw of het vestigen van niet-agrarische functies is dan ook uitgesloten. Desondanks worden in dit streefbeeld mogelijkheden binnen de agrarische randzone aangegeven om een zo stabiel mogelijke overgang tussen de kern en het omringende landschap te verkrijgen. De zone aan weerszijden van de Prelaatweg in westelijke richting, waarin onder meer een camping in het buitengebied is gelegen, vormt eveneens een overgangsgebied van de kern Aagtekerke en een meer intensief bebouwd gedeelte van het bebouwingslint. Een versterking van de ruimtelijke relatie tussen beide gebieden zou op termijn wenselijk zijn. In dit kader kan gedacht worden aan het op termijn verplaatsen van de bestaande camping en een invulling met extensieve lintbebouwing.

De entree van de kern aan de Koekoeksweg is momenteel niet duidelijk vormgegeven. Om deze entree te versterken kan het groen voor de molen aan de Prelaatweg doorgezet worden in oostelijke richting tot op het gedeelte aan de Pekelingsweg. Eventueel kan een begeleidende groenstrook aan weerszijden van de Koekoeksweg aangelegd worden om de entree “te begeleiden”. Een eenduidig goed vormgegeven landschappelijke inrichting zou een goede bijdrage kunnen leveren aan de entree-identiteit van het dorp aan deze zijde.