Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Koewacht Overslag Zuiddorpe
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0715.BPKOZ01-VG99

Artikel 12 Maatschappelijk (M)

12.1 Bestemmingsomschrijving

De op de verbeelding voor ‘Maatschappelijk’ (M) aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. ter plaatse van de gronden zonder aanduiding: gebouwen ten behoeve van maatschappelijke voorzieningen;
  2. ter plaatse van de functieaanduiding (bi): een bibliotheek;
  3. ter plaatse van de functieaanduiding (bp): een begraafplaats;
  4. ter plaatse van de functieaanduiding (re): religieuze voorzieningen;
  5. ter plaatse van de functieaanduiding (cw): tevens cultuurhistorische waarden;
  6. ter plaatse van de functieaanduiding (on): een onderwijsinstelling;
  7. ter plaatse van de functieaanduiding (zoi): een zorginstelling;
  8. ter plaatse van de functieaanduiding (sm-rm): specifieke vorm van maatschappelijk, een Rijksmonument;
met de daarbij behorende:
  1. wegen en paden;
  2. parkeervoorzieningen;
  3. waterlopen, -partijen en groenvoorzieningen;
  4. erven, tuinen en terreinen;
  5. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

12.2 Bouwregels

12.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
  1. gebouwen mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden opgericht;
  2. ter plaatse van de bouwaanduiding [-bg] zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan;
  3. bedrijfswoningen zijn uitgesloten;
  4. het maximaal toelaatbaar oppervlak aan gebouwen en overkappingen mag per bouwperceel niet meer bedragen dan 60%, tenzij op de verbeelding anders is bepaald;
  5. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen op hetzelfde bouwperceel dient ten minste 1 meter te bedragen;
  6. als de gebouwen en overkappingen niet in de perceelsgrens worden gebouwd, dient de afstand tot de perceelsgrens ten minste 1 meter te bedragen;
  7. de goothoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 6 meter bedragen, tenzij anders is bepaald op de verbeelding;
  8. de bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan de op de verbeelding aangegeven maat bedragen en anders 4 meter hoger dan de toegestane goothoogte.
  9. ter plaatse van de functieaanduiding (cw) is het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de geldende bestemming op deze gronden niet toelaatbaar, tenzij burgemeester en wethouders daarvan met een omgevingsvergunning afwijken, zoals bedoeld in artikel 12 lid 3.

12.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel: de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 meter bedragen, met dien verstande dat:
  1. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  2. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 meter mag bedragen.
  3. ter plaatse van de functieaanduiding (cw) is het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de geldende bestemming op deze gronden niet toelaatbaar, tenzij burgemeester en wethouders daarvan met een omgevingsvergunning afwijken, zoals bedoeld in artikel 12 lid 3.

12.2.3 Maximale hoogtematen

Voor bouwwerken gelden voorts de volgende maximale hoogtematen:
 
  
goothoogte
bouwhoogte
1.
van hoofdgebouwen
zie verbeelding en
anders 6,00 m
zie verbeelding en anders 4,00 m hoger
dan goothoogte;
2.
van aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen
3,00 m
6,00 m;
3.
van erfafscheidingen achter de voorgevel
-
2,00 m;
4.
van andere bouwwerken achter de voorgevel
-
3,00 m;
5.
van bouwwerken vóór de voorgevel
-
1,00 m.

12.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 12 lid 2 en toestaan dat ter plaatse van de aanduiding (cw) bouwwerken worden opgericht. Met een omgevingsvergunning wordt van de regels afgeweken, indien de cultuurhistorische waarde door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad en de voorgenomen bouwactiviteit strekt tot behoud, herstel en beheer van de cultuurhistorische elementen, rekening wordt gehouden met de cultuurhistorische kwaliteiten en de samenhang en herkenbaarheid hiervan wordt vergroot.
Bij het toepassen van deze afwijkingsmogelijkheid wordt de procedure genoemd in artikel 33 lid 1 doorlopen.

12.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde inartikel 12 lid 1 sub d teneinde de functies Cultuur en Ontspanning, Dienstverlening, Kantoor of Wonen toe te laten, indien is aangetoond dat dit strekt ter behoud van de waarden van het religieus gebouw en indien:
  1. voldaan moet worden aan de vereisten inzake de bodemkwaliteit, flora- en faunawet, externe veiligheid, luchtkwaliteit alsmede de economische uitvoerbaarheid;
  2. de nieuwe bedrijfswoning mag geen onnodige beperkingen opleveren voor de aanwezige (agrarische) bedrijven binnen en/of nabij het plangebied - als zij dat wel doet zijn de hieruit voortkomende planschadekosten voor de rekening van de initiatiefnemer;
  3. vooraf dient het Waterschap Zeeuws-Vlaanderen om advies te worden gevraagd;
  4. een besluit tot planwijziging wordt pas genomen nadat, ingeval van ligging in een gebeid dat is aangewezen op de IKAW en/of AMK, archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden en wanneer eenmaal aangetroffen archeologische waarden blijkens rapportage van de archeologisch deskundige in voldoende mate zijn zeker gesteld;
  5. bij het afwijken dient aandacht te worden besteed aan de gemaakte belangenafwe­ging;
  6. bij het toepassen van deze afwijkingsmogelijkheid, wordt de procedure genoemd in artikel 33 lid 1 doorlopen.

12.5 Dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 1

Indien voor de in lid 1 bedoelde gronden tevens op de verbeelding de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 1 is opgenomen, dan is op deze gronden tevens de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 1 van toepassing een en ander onder verwijzing naar het bepaalde in Waarde - Archeologie - 1.

12.6 Dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 2

Indien voor de in lid 1 bedoelde gronden tevens op de verbeelding de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 2 is opgenomen, dan is op deze gronden tevens de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 2 van toepassing een en ander onder verwijzing naar het bepaalde in Waarde - Archeologie - 2.

12.7 Dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 3

Indien voor de in lid 1 bedoelde gronden tevens op de verbeelding de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 3 is opgenomen, dan is op deze gronden tevens de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 3 van toepassing een en ander onder verwijzing naar het bepaalde in Waarde - Archeologie - 3.