direct naar inhoud van 5.5 Bodem
Plan: Krabbendijke
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0703.02KrBPKom-va02

5.5 Bodem

Analyse

Beleidskader
Het beleid van de provincie Zeeland gaat uit van het principe dat de bodem geschikt dient te zijn voor de beoogde functie. De gewenste functie bepaalt als het ware de gewenste bodemkwaliteit.

Voor alle bestemmingen waar een functiewijziging of herinrichting wordt voorzien, dient ten minste het eerste deel van het verkennend bodemonderzoek, het historisch bodemonderzoek te worden verricht. Indien op grond van historische informatie blijkt dat in het verleden activiteiten hebben plaatsgevonden met een verhoogd risico op bodemverontreiniging dan dient een volledig verkennend bodemonderzoek te worden uitgevoerd. Op basis van geconstateerde belemmeringen uit dit onderzoek, kan vervolgens worden nagegaan welke maatregelen moeten worden genomen om die belemmeringen weg te nemen (functiegericht saneren).

Wijzigingsgebieden

Voor functies waarvoor een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen, kan in een later stadium een afweging plaatsvinden aangaande de bodemkwaliteit. In de wijzigingsregels is opgenomen dat de bodemkwaliteit ter plaatse geschikt is voor de toekomstig beoogde functie.

Conclusie

De volgende conclusies worden getrokken.

  • De bodemkwaliteit ter plaatse van de wijzigingsgebieden wordt bij effectuering van de wijzigingsbevoegdheid in beeld gebracht.

Bodemkwaliteit vormt daarmee voor deze locatie geen belemmering voor het bestemmingsplan.