Plan: | Beschermd stadsgezicht Nieuwpoort |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0694.BPbsgNieuwpoortNPT-VG01 |
Structuurplan Liesveld 2006
Het structuurplan heeft betrekking op het hele gebied van de gemeente Liesveld. In hoofdlijnen is aangegeven hoe de gemeente zich de komende jaren kan ontwikkelen. De centrale strategische visie in het kort luidt: Liesveld streeft naar een duurzaam leefbare gemeente met versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het landelijk karakter van zowel de dorpsgebieden als het buitengebied.
De belangrijkste beleidsuitgangspunten zijn:
Aanwijzing beschermd stadsgezicht
Op 27 november 1972 hebben de toenmalige Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Nieuwpoort aangewezen als beschermd stadsgezicht in de zin van artikel 35 van de Monumentenwet (destijds artikel 20).
"Overwegende dat in Nieuwpoort de fraaie wallen, de historische stedenbouwkundige structuur en de bebouwing - met als hoofdaccenten het stadhuis en de kerk - tezamen een intiem stedelijke totaliteit vormen, die vanwege de schoonheid en het karakter ervan van algemeen belang is." |
Het beschermde stadsgezicht omvat het op figuur 2.3 door de stippellijn begrensde gebied.
Figuur 2.3 Begrenzingskaart aanwijzing
Op basis van dit aanwijzingsbesluit is het verboden in het beschermde stadsgezicht een bouwwerk geheel of gedeeltelijk af te breken zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag.
Welstandsnota
In de welstandsnota zijn de welstandscriteria ten behoeve van de welstandstoets van de gemeente Liesveld uitgewerkt. Er worden verschillende typen criteria onderscheiden. Aan welke criteria een bouwplan getoetst wordt hangt af van het soort gebied en type bouwwerk. Voor de stedelijke kern van Nieuwpoort worden de volgende deelgebieden met karakteristieke bebouwingselementen onderscheiden:
Op de typologiekaart is de historische stedelijke bebouwing met bovenstaande coderingen aangegeven.
Figuur 2.4 Typologiekaart Welstandsnota
H1.1 Centrumgebieden
Met de centrumgebieden worden centrale punten in de vesting bedoeld waaraan belangrijke gebouwen liggen als het stadhuis, de kerk, het arsenaal en de routes die traditioneel de vesting doorkruisten. Vanaf de stadspoort liepen zij verder het land in. Dit waren van oudsher de handelsroutes tussen de steden en nederzettingen. Langs de routes en centrale punten hebben zich traditioneel veel ambachtelijke bedrijvigheid en nijverheidsfuncties gevestigd. Tegenwoordig zijn hier de meeste winkels en publieke voorzieningen gevestigd. In Nieuwpoort zijn de centrumgebieden de Hoogstraat, Binnenhaven en Buitenhaven.
Het profiel van de centrumgebieden bestaat uit smalle straten. Op de kruising van de aanloopwegen is een brede pleinruimte met het voormalig stadhuis. De noord-zuidlopende aanloopgebieden worden doorsneden door water. De bebouwing in de aanloopgebieden is over het algemeen laag (één tot twee lagen met kap). Door het veelvuldig gebruik van topgevels krijgt de bebouwing in deze straten een groteske indruk.
Welstandsniveau
Voor de centrumgebieden in de vesting van Nieuwpoort geldt BIJZONDER niveau van welstand. De bijbehorende gebiedsspecifieke welstandscriteria zijn opgenomen in de welstandsnota. Voor het plangebied zijn de volgende criteria van belang:
rooilijn:
zijdelingse afstanden:
oriëntatie:
bouwmassa:
bouwhoogte:
H1.2 Binnengebieden
Achter de centrumgebieden liggen de zogenaamde binnengebieden van Nieuwpoort. Dit is het rustige gedeelte van de vesting dat vooral in gebruik is als woongebied. Door de kleine schaal van de vesting Nieuwpoort beperken de binnengebieden zich hier tot een aantal straten.
Het profiel van de binnengebieden bestaat uit smalle straten die te bereiken zijn vanuit de centrumgebieden. Door het smalle profiel zijn ze alleen toegankelijk voor bestemmings- of eenrichtingsverkeer. Voor voetgangers en fietsers zijn ze via kleine gangen en paden langs diverse panden in het centrumgebied te bereiken. De bebouwing in de binnengebieden is over het algemeen laag (één tot twee lagen met kap). De bebouwing staat vrijwel direct op de straat, waardoor de gebieden een besloten en dicht karakter krijgen.
Welstandsniveau
Voor de binnengebieden in de vesting van Nieuwpoort geldt BIJZONDER niveau van welstand. De bijbehorende gebiedsspecifieke welstandscriteria zijn opgenomen in de welstandsnota. Voor het plangebied zijn de volgende criteria van belang:
rooilijn:
zijdelingse afstanden:
oriëntatie:
bouwmassa:
bouwhoogte:
H6.2 Uitlopers en buurtschappen
De uitlopers van de polderlinten zijn kleine clusters van bebouwing soms direct aan de kern, als uitloper van de verdichting in de dorpskern en soms als buurtschap solitair aan het lint. De bebouwing in de uitlopers en bebouwingsclusters zijn gesitueerd op de kop van de kavel, aan het polderlint (de wetering of de weg). De bebouwingsvorm is divers, maar heeft een duidelijke richting. Ook de kapvormen variëren sterk. Naast zadeldaken komen mansardekappen voor.
Aan de uitlopers van de polderlinten zijn in de loop der tijd meer niet-agrarische bedrijven gevestigd. Kenmerkend voor de uitlopers is de expressionistische architectuurstijl bij de woonbebouwing. Deze woonbebouwing is in de jaren '20/30 in de polderlinten gebouwd. Deze bebouwing vormden als het ware de eerste uitbreidingen van de kern.
Welstandsniveau
Voor de uitlopers en buurtschappen in Liesveld geldt het PLUS-niveau van welstand. Er zijn drie typen hoofdbouwmassa's in de gebieden te onderscheiden:
De bijbehorende gebiedsspecifieke welstandscriteria zijn opgenomen in de welstandsnota. Voor het plangebied zijn de volgende criteria van belang:
rooilijn:
zijdelingse afstanden:
oriëntatie:
bouwmassa (type A):
bouwmassa (type B):
bouwhoogte (type A):
bouwhoogte (type B):