Plan: | Woonzorgcomplex Hoornaar |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0689.BP3003-vast |
Waterbeheer en watertoets
De initiatiefnemer dient in een vroeg stadium overleg te voeren met de waterbeheerder over een ruimtelijke planvoornemen. Hiermee wordt voorkomen dat ruimtelijke ontwikkelingen in strijd zijn met duurzaam waterbeheer. Het plangebied ligt binnen het beheersgebied van het Waterschap Rivierenland, verantwoordelijk voor het waterkwantiteits- en waterkwaliteitsbeheer. Bij het tot stand komen van dit bestemmingsplan is overleg gevoerd met de waterbeheerder.
Beleid duurzaam stedelijk waterbeheer
Op verschillende bestuursniveaus zijn de afgelopen jaren beleidsnota's verschenen aangaande de waterhuishouding, alle met als doel een duurzaam waterbeheer (kwalitatief en kwantitatief). Deze paragraaf geeft een overzicht van de voor het plangebied relevante nota's, waarbij het beleid van het Waterschap nader wordt behandeld.
Europa:
Nationaal:
Provinciaal:
Waterschapsbeleid
Het Waterbeheerplan 2010-2015 (2009) heeft een integraal en strategisch karakter. De koers voor de komende zes jaren wordt hierin vastgelegd. In de planperiode staan de volgende aspecten centraal:
Het Waterbeheerplan 2010-2015 borduurt voort op de verschillende beleidsplannen die in de afgelopen jaren zijn vastgesteld. Er is dus geen sprake van een breuk in het waterbeleid maar wel van een verdere intensivering. Het is het eerste volledig integrale waterbeheerplan van het Waterschap. Alle beleidsaspecten van waterkeringen, watersysteem en afvalwaterketen zijn in dit plan verwoord. Ook zijn voor het eerst de nationale, de provinciale en waterschapsplannen tegelijkertijd opgesteld. Omdat deze verschillende plannen elkaar beïnvloeden is er veel geïnvesteerd in een goede afstemming tussen de verschillende overheden.
Huidige situatie
Algemeen
Het plangebied is gelegen aan de noordwestkant van de kern Hoornaar en bestaat uit braakliggend terrein en verharding.
Bodem en grondwater
Volgens de Bodemkaart van Nederland bestaat de bodem ter plaatse uit klei op veengronden. Er is sprake van grondwatertrap III. Dat wil zeggen dat de gemiddeld hoogste grondwaterstand minder dan 0,4 m beneden maaiveld ligt, terwijl de gemiddeld laagste grondwaterstand varieert tussen de 0,8 m en de 1,2 m beneden maaiveld. De maaiveldhoogte ter plaatse bedraagt circa NAP -0,5 m.
Waterkwantiteit
Het plangebied ligt het peilgebied 'Land van de Zes Molens' en heeft een zomerpeil van -1,46 m NAP en een winterpeil van -1,56 m NAP. Aan de noordzijde van het plangebied ligt de Kromme Giessen, een A-watergang. Aan de oost-, west- en zuidzijde van het plangebied ligt een B-watergang. In verbinding met de A-watergang ligt midden in het perceel ook nog een C-watergang. Deze is reeds gedempt. Voor A-watergangen geldt een beschermingszone van 5 m. De Kromme Giessen wordt echter varend onderhouden. Hierdoor is het mogelijk om in overleg met het Waterschap tot een smallere beschermingszone te komen. Voor B-watergangen geldt een beschermingszone van 1 m.
Watersysteemkwaliteit en ecologie
Binnen het plangebied zijn geen KRW-waterlichamen gelegen. De algemene waterkwaliteit wordt sterk beïnvloed door afspoeling van landbouwgerelateerde stoffen.
Veiligheid en waterkeringen
Het plangebied is niet gelegen in een kern- of beschermingszones van een waterkering.
Afvalwaterketen en riolering
Binnen het plangebied is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig.
Toekomstige situatie
Algemeen
In het plangebied wordt een woonzorgcomplex gerealiseerd.
Bodem en grondwater
Door voor het toekomstige vloerpeil uit te gaan van circa NAP -0,4 m en doordat het nieuwe maaiveld boven de hoogte van de hoofdrijbaan (Lage Giessen) zal liggen, worden geen problemen verwacht ten aanzien van ontwatering en wordt geen schade aan de bebouwing verwacht.
Waterkwantiteit
Tabel 4.1 Verharding oude versus toekomstige situatie
verharding | niet te compenseren | wel te compenseren |
asfaltverharding bestaand | 810 m2 | |
supermarkt gesloopt in 2008 | 495 m2 | |
woonkeet gesloopt in 2003 | 50 m2 | |
boerderij gesloopt in 2003 | 416 m2 | |
schuur oost gesloopt in 2003 | 60 m2 | |
schuur wetering gesloopt in 2003 | 25 m2 | |
schuur west gesloopt in 2003 | 56 m2 | |
1e veeschuur gesloopt in 2003 | 1.000 m2 | |
2e veeschuur gesloopt in 2003 | 900 m2 | |
diverse kuilplaten gesloopt | onbekend |
De verharding in het plangebied zal toenemen. De toekomstige oppervlakte aan verharding bedraagt 5.610 m². In de huidige situatie is er een verharding van 1.305 m² aanwezig. De bebouwing die niet langer als 5 jaar geleden is gesloopt is hierbij eveneens meegeteld. De in 2003 gesloopte en verwijderde verharding is hierbij niet meegerekend. Conform het beleid van het Waterschap geldt tevens een vrijstelling voor de eerste 500 m² aan verharding. Dit betekent dat (5.610 m² - 1.305 m² - 500 m² =) 3.805 m² gecompenseerd dient te worden door het realiseren van oppervlaktewater. Conform de vuistregel van het Waterschap komt dit neer op 166 m³ waterberging hetgeen overeenkomt met 829 m² aan water. Daarbij dient dan nog het oppervlaktewater dat is gedempt aan toegevoegd te worden. Deze demping dient 1:1 gecompenseerd te worden. De gedempte sloot had een oppervlakte van 104 m². Het compenserende water wordt extern afgekocht uit het waterplan (moerasrijk groen- en watergebied ten noorden van het plangebied) en past binnen de reservecapaciteit aan oppervlaktewater. De afspraak inzake afkoop van de waterbergingscapaciteit wordt vastgelegd in de anterieure overeenkomst die wordt afgesloten tussen de gemeente en KleurrijkWonen.
Watersysteemkwaliteit en ecologie
Ter voorkoming van diffuse verontreinigingen van water en bodem geldt een verbod op het toepassen van zink, lood, koper en PAK's-houdende bouwmaterialen. De ontwikkeling is niet van invloed op KRW-waterlichamen.
Veiligheid en waterkeringen
De beschermingszones van de watergangen worden grotendeels obstakelvrij gehouden. Afwijking van dit uitgangspunt is echter mogelijk in overleg met het Waterschap aangezien de Kromme Giessen varend onderhouden wordt. Hierover zijn in het verleden reeds afspraken gemaakt met het waterschap.
Afvalwaterketen en riolering
Conform de Leidraad Riolering en vigerend waterschapsbeleid is het voor nieuwbouw verplicht een gescheiden rioleringsstelsel aan te leggen zodat schoon hemelwater niet bij een rioolzuiveringsinstallatie terecht komt. Afvalwater wordt aangesloten op de bestaande gemeentelijke riolering. Voor hemelwater wordt de volgende voorkeursvolgorde aangehouden:
Het vasthouden en benutten van hemelwater en het infiltreren van hemelwater bij een dergelijk hoge grondwaterstand is geen optie. Het hemelwater zal daarom ook naar het oppervlaktewater (De Kromme Giessen) afgevoerd worden.
Waterbeheer
Voor aanpassingen aan het bestaande watersysteem dient bij het Waterschap vergunning te worden aangevraagd op grond van de 'Keur'. Dit geldt dus bijvoorbeeld voor het graven van nieuwe watergangen, het aanbrengen van een stuw of het afvoeren van hemelwater naar het oppervlaktewater. In de Keur is ook geregeld dat een beschermingszone voor watergangen en waterkeringen in acht dient te worden genomen. Dit betekent dat binnen de beschermingszone niet zonder ontheffing van het Waterschap gebouwd, geplant of opgeslagen mag worden. De genoemde bepaling beoogt te voorkomen dat de stabiliteit, het profiel en/of de veiligheid wordt aangetast, de aan- of afvoer en/of berging van water wordt gehinderd dan wel het onderhoud wordt gehinderd. Ook voor het onderhoud gelden bepalingen uit de 'Keur'. Het onderhoud en de toestand van de (A)watergangen worden tijdens de jaarlijkse schouw gecontroleerd en gehandhaafd.
Conclusie
De ontwikkeling heeft geen negatieve gevolgen voor het waterhuishoudkundige systeem ter plaatse.