De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
kantoren;
bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, water en groen.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen
Voor bouwen gelden de volgende regels:
op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
gebouwen en overkappingen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
de goothoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' aangegeven goothoogte;
de bouwhoogte van hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale goothoogte vermeerderd met 4 m;
de hoofdgebouwen dienen vrijstaand of aaneen worden gebouwd;
indien de gebouwen niet aaneen worden gebouwd dient de onderlinge afstand ten minste 4 m bedragen;
de afstand van hoofdgebouwen tot de erfgrens dient ten minste 2 m te bedragen;
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen voor zover gelegen voor de voorgevellijn maximaal 1 m mag bedragen;
de maximale bouwhoogte van een overkapping bedraagt 3 m, met dien verstande dat de maximale oppervlakte ten hoogste 50% van het achtererfgebied bedraagt met een maximum van 30 m² en de overkapping niet voor de voorgevellijn wordt opgericht;
de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.