Plan: | Dorpskern Arkel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0689.BP1009-vast |
Algemeen
Bij ruimtelijke plannen dient rekening te worden gehouden met het aspect externe veiligheid. Daartoe moeten de risico's voor de bevolking, die verbonden zijn aan gevaar veroorzakende activiteiten (bestaand en nieuw), in beeld worden gebracht. Volgens het huidige beleid gebeurt dat door de effecten van bepaalde mogelijke ongevallen te berekenen en uit te drukken in de kans op (aantallen) doden.
Bij onderzoek in het kader van externe veiligheid worden meestal twee grootheden onderscheiden. Het betreft het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Met het plaatsgebonden risico en het groepsrisico kan de relatie worden uitgedrukt tussen opslag en/of activiteiten met gevaarlijke stoffen en hun omgeving. Het plaatsgebonden risico is bedoeld voor de bescherming van individuen tegen de kans op overlijden ten gevolge van een ongeval met gevaarlijke stoffen, het groepsrisico voor de bescherming van (groepen in) de samenleving tegen het ontwrichtende effect van een ramp met een groter aantal slachtoffers.
Het plaatsgebonden risico geeft de kans per jaar aan dat een individu dat continue en onbeschermd op een bepaalde plaats aanwezig is, komt te overlijden ten gevolge van een activiteit. Het plaatsgebonden risico kan worden weergegeven als een contour op een kaart en leent zich daarmee goed voor het vaststellen van een veiligheidszone tussen de risicovolle activiteit en kwetsbare plandelen, zoals woonwijken. De norm voor het plaatsgebonden risico ligt op 10-6 per jaar (is een kans van 1 op 1 miljoen per jaar). Voor nieuwe situaties geldt deze norm als grenswaarde. Dat wil zeggen dat nieuwe kwetsbare bestemmingen buiten de 10-6 contour moeten zijn gelegen. Voor bestaande situaties geldt deze norm als richtwaarde.
Het groepsrisico is een maat om de kans weer te geven dat een incident met dodelijke slachtoffers voorkomt. Het groepsrisico is gedefinieerd als de cumulatieve kansen per jaar dat ten minste 10, 100 of 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting of transportroute en er zich een ongewoon voorval binnen die inrichting of transportroute voordoet waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. In tegenstelling tot het plaatsgebonden risico is het niet mogelijk het groepsrisico in beeld te brengen met contouren rondom de risicobron. Het groepsrisico wordt weergegeven in een grafiek (fN-curve). In de grafiek wordt de groepsgrootte van aantallen slachtoffers (x-as) uitgezet tegen de cumulatieve kans dat een dergelijke groep slachtoffer wordt van een ongeval (y-as).
Toetsing
Bedrijven
Binnen het plangebied zijn geen bedrijven gelegen die in het kader van externe veiligheid relevant zijn. Nabij het plangebied zijn dat er twee:
Transportroutes
Daarnaast lopen door en in de nabijheid van het plangebied diverse transportroutes van gevaarlijke stoffen. Het betreft het tracé Bazelsdijk/Stationsweg alsmede het Merwedekanaal.
Leidingen
Er bevinden zich in of in de nabijheid van het plangebied twee gasleidingen, in onderstaande tabel staat opgenomen welke leidingen dit zijn.
Leiding | Beheerder | Diameter | Druk | 1% letaliteitsgrens |
W-528-03-KR-004 | Gasunie | 168,3 mm | 40,0 bar | 70 m |
A-555-KR-084 | Gasunie | 1067,0 mm | 66,2 bar | 490 m |
Ook bevindt zich een hoogspanningsleiding in de nabijheid en deels binnen het plangebied (150 kV).
Voor zover de gasleidingen en hoogspanningsleiding binnen het plangebied zijn gelegen, hebben deze een beschermende regeling gekregen middels een dubbelbestemming.
Figuur 19: Uitsnede risicokaart
Voorliggend bestemmingsplan is een conserverend plan. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Wanneer zich in de toekomst nieuwe ontwikkelingen voordoen dan moet aangetoond worden dat deze haalbaar zijn.