direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Smokkelhoek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0678.smokkelhoek-vast

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf'aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 3.1': bedrijven uit ten hoogste categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein';
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 3.2': bedrijven uit ten hoogste categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein';
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 4.1': bedrijven uit ten hoogste categorie 4.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein';
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf ten hoogste categorie 4.2': bedrijven uit ten hoogste categorie 4.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein';
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens een kantoor;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 1': tevens het wonen in een bedrijfswoning al dan niet met aan-huis-gebonden beroepen;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2': tevens het wonen in een bedrijfsvilla, al dan niet met aan-huis-gebonden-beroepen;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'zend/ontvangstinstallatie: tevens een zend- en ontvangstinstallatie;
  • i. ter plaatse van de in de volgende tabel opgenomen aanduidingen: tevens een bedrijfsactiviteit met de SBI-code zoals hierna in de tabel genoemd, uit ten hoogste de voor deze bedrijfsactiviteit in de tabel aangegeven categorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein':

  aanduiding   SBI-code   uit ten hoogste milieucategorie  
1   specifieke vorm van bedrijf - vervaardiging metalen producten   2561, 3311.12   3.2  
2   specifieke vorm van bedrijf - conservenfabriek   1032.1
9001 A2  
3.1
4.2  
3   specifieke vorm van bedrijf - scheepsbouw en reparatie   301, 3315.3   3.2  

  • j. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel perifeer': tevens perifere detailhandel;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - 1': tevens detailhandel in keukens;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - 2': tevens detailhandel in meubels;
  • m. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - 3': tevens detailhandel in winkelinrichtingen;
  • n. detailhandel in auto's, boten en caravans;
  • o. waterberging;
  • p. webshops;
  • q. ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting -1': tevens een risicovolle-inrichting, waarvan de plaatsgebonden risicocontour 10-6 binnen en buiten de inrichting is gelegen;
  • r. ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting - 2': tevens een risicovolle inrichting, waarvan de plaatsgebonden risicocontour 10-6 binnen de inrichting is gelegen;
  • s. ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting uitgesloten' zijn geen risicovolle-inrichtingen toegestaan;
  • t. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Bouwregels voor de bestemming

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen en overkappingen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 1' is ten hoogste één bedrijfswoning per perceel toegestaan, tenzij anders is aangegeven;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2' bedraagt het aantal bedrijfsvilla's niet meer dan is aangegeven;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan 80% van het bouwperceel;
  • e. indien gebouwen niet aaneen worden gebouwd, bedraagt de onderlinge afstand ten minste 5 meter;
  • f. de afstand van een gebouw en/of overkapping tot de zijdelingse en achterste perceelsgrens bedraagt ten minste 3 meter;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2' bedraagt de afstand van bedrijfswoningen tot de voorste perceelsgrens niet meer dan 40 meter;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2' bedraagt de afstand van bedrijfsgebouwen anders dan bedrijfswoningen, tot de voorste perceelsgrens ten minste 40 meter;
  • i. de oppervlakte van een bedrijfsgebouw bedraagt ten minste 100 m2.

4.2.2 Hoogte, oppervlakte en inhoud

De goothoogten, bouwhoogte, de oppervlakte en / of de inhoud van een gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedragen ten hoogste:

  bouwwerk   goothoogten   bouwhoogte   inhoud  
1   bedrijfswoning   6 m   10 m   750 m³  
2   bedrijfsvilla   6 m   10 m   1000 m³  
3   aan- , uit- en bijgebouwen bij bedrijfswoningen en bedrijfsvilla's   3,5 m   7 m    
4   bedrijfsgebouwen en overkappingen   gelijk aan bouwhoogte   zie maat- voeringsaan- duiding    
5   terreinafscheiding voor de gevel van het hoofdgebouw     1 m    
6   terreinafscheiding achter de voorgevel van het hoofdgebouw     2 m  
 
7   zend- en ontvangstinstallatie     40 m    
8   van een reclamemast ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding - reclamemast'     25 m    
9   schoorstenen en vergelijkbare bouwwerken     25 m    
10   overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde     3 m    

4.3 Afwijken van de bouwregels
4.3.1 Bedrijfsactiviteiten

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van lid 4.1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste twee categorieën hoger dan in lid 4.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd;
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein' (Bijlage 1) zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.

4.3.2 Verkleinen bebouwingsafstand

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.2.1 onder e en f voor het verkleinen van de aangegeven afstand, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de afwijking is noodzakelijk uit het oogpunt van doelmatige bedrijfsvoering en een efficiënt gebruik van het bouwperceel of de bouwpercelen;
  • b. door het verkleinen van de afstand kan nog steeds worden voldaan aan de eisen van brandveiligheid; alvorens vergunning te verlenen vraagt het bevoegd gezag hierover advies aan de gemeentelijke brandweer;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden worden niet onevenredig aangetast.
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Aan-huis-gebonden beroepen

Met betrekking tot aan-huis-gebonden beroepen beroepen gelden de volgende regels:

  • a. het is niet toegestaan de (vrijstaande) bijgebouwen te gebruiken als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
  • b. de vloeroppervlakte voor aan-huis-gebonden beroepen bedraagt ten hoogste 50 m².

4.4.2 Bedrijfsvilla's

Ten aanzien van bedrijfsvilla's gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2' zijn geen bedrijfsgebouwen toegestaan zonder bedrijfsvilla;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfswoning - 2' bedraagt de afstand van bedrijfsgebouwen met uitzondering van bedrijfsvilla's tot de voorste perceelsgrens niet minder dan 40 meter.

 

4.4.3 Detailhandel en voorzieningen

Met betrekking tot het detailhandel en voorzieningen als bedoeld in lid 1.68 gelden de volgende regels:

  • a. detailhandel is niet toegestaan, met uitzondering van detailhandel zoals genoemd in lid 4.1;
  • b. grootschalige detailhandel is niet toegestaan;
  • c. ondergeschikte detailhandel is toegestaan, met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. de ondergeschikte detailhandel is uitsluitend binnen de bestaande bebouwing toegestaan;
    • 2. het vloeroppervlak in gebruik voor de ondergeschikte detailhandelsactiviteiten bedraagt niet meer dan 15% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw, met een maximum van 50 m²;
    • 3. de ondergeschikte detailhandelsactiviteiten worden door het bedrijf zelf uitgevoerd;
  • d. voorzieningen zijn niet toegestaan.

4.4.4 Geluidhinderlijke en risicovolle inrichtingen

Met betrekking tot geluidhinderlijke en risicovolle-inrichtingen gelden de volgende regels:

  • a. activiteiten van Wgh-inrichtingen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van gronden als bedoeld in lid 4.1 onder c;
  • b. ten aanzien van risicovolle inrichtingen:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - risicovolle inrichting uitgesloten' zijn risicovolle inrichtingen niet toegestaan;
    • 2. een risicovolle inrichting, waarvan de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar binnen en buiten de inrichting is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting - 1';
    • 3. een risicovolle inrichting, waarvan de plaatsgebonden risicocontour 10-6 per jaar binnen de inrichting is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'risicovolle inrichting - 2'.

4.4.5 Kantoren

Met betrekking tot kantoren gelden de volgende regels:

  • a. zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan;
  • b. kantoorvloeroppervlakte van niet-zelfstandige kantoren die meer bedraagt dan 50% van de bedrijfsvloeroppervlakte met een maximum oppervlakte van 200 m² per bedrijf, is niet toegestaan.

 

4.4.6 Opslag

Met betrekking tot het opslag gelden de volgende regels:

  • a. opslag van goederen voor de voorgevel van gebouwen en/of langs interne ontsluitingsstructuur en/of langs randen van het bedrijventerrein is niet toegestaan;
  • b. opslag van goederen is voorts uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak;
  • c. opslag van goederen buiten gebouwen is alleen toegestaan tot een stapelhoogte van 6 meter;
  • d. opslag van consumentenvuurwerk is niet toegestaan.

4.4.7 Perceel

Met betrekking tot een perceel gelden de volgende regels:

  • a. per perceel is ten hoogste één zelfstandig bedrijf toegestaan;
  • b. de omvang van een perceel bedraagt niet minder dan 500 m2;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bedrijfsverzamelgebouw' is een bedrijfsverzamelgebouw toegestaan, waarop het bepaalde onder a en b niet van toepassing is.

4.4.8 Waterberging

Met betrekking tot waterberging gelden de volgende regels:

  • a. de oppervlakte waterberging bedraagt ten minste 1.000 m2, tenzij elders in het bedrijventerrein voldoende waterberging is gerealiseerd.

4.4.9 Webshops

Met betrekking tot webshops gelden de volgende regels:

  • a. detailhandel vindt in hoofdzaak via internet plaats;
  • b. ter plaatse van de webshop vindt in overwegende mate opslag- en distributie van goederen plaats;
  • c. de vloeroppervlakte ten behoeve van het afhalen, afrekenen en uitstallen van producten bedraagt niet meer dan 15% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw, met een maximum van 50 m²;
  • d. het gebruik heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer en veroorzaakt geen onevenredige toename in de parkeerbehoefte.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Afwijken Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein'

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.1:

  • a. om bedrijven toe te laten twee categorieën hoger dan in lid 4.1 voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd;
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein' zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.

4.5.2 Opslag

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.4.6 en lid 4.2.2:

  • a. voor het toestaan van opslag van goederen anders dan in lid 4.4.6 onder a en b bedoeld;
  • b. opslag van goederen dient te worden afgeschermd door een erfafscheiding met een hoogte van ten minste 2 meter en ten minste gelijk aan de hoogte van opgeslagen goederen;
  • c. de erfafscheiding bestaat uit een hekwerk met beplanting, zodanig dat sprake is van een groene afscherming.

4.6 Wijzigingsbevoegdheid
4.6.1 Aanduidingen

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduidingen binnen de bestemming wijzigen in een bestemming zonder functieaanduiding of met een andere aanduiding, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover het gebruik overeenkomstig de aanduiding voor de duur van ten minste 2 jaar aaneengesloten is onderbroken of zoveel eerder als met belanghebbenden is overeengekomen;
  • b. wijziging is toegepast indien geen milieuhygiënische belemmeringen zijn;
  • c. wijziging leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende bestemmingen en functies;
  • d. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.2 Grootschalige detailhandel

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Bedrijf wijzigen in de bestemming Bedrijf met de aanduiding 'detailhandel grootschalig' ten einde de vestiging van een grootschalig detailhandelsbedrijf mogelijk te maken, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien uit een distributie-planologisch onderzoek blijkt dat:
    • 1. de vestiging van een grootschalig detailhandelsbedrijf geen nadelige invloed heeft op de aanwezige distributieve structuur van de gemeente (geen ontwrichting);
    • 2. geen geschikte locatie beschikbaar is op het bedrijventerrein Marconi in Goes of op een andere geschikte locatie in Goes;
  • b. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de oppervlakte van een grootschalig detailhandelsbedrijf niet minder bedraagt dan 1.500 m²;
  • c. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de vestiging van een grootschalig detailhandelsbedrijf geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • d. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de vestiging van een grootschalig detailhandelsbedrijf voorziet in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaakt op de openbare ruimte;
  • e. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • f. planwijziging is niet toegestaan ten behoeve van detailhandel in de foodsector zoals voor een supermarkt;
  • g. planwijziging is niet toegestaan indien de gronden zijn voorzien van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi';
  • h. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging;
  • i. in het wijzigingsplan worden de volgende bepalingen opgenomen:

“Artikel A Bestemmingsomschrijving
Ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel grootschalig': tevens grootschalige detailhandel.
Artikel B Specifieke gebruiksregel
Met betrekking tot het gebruik geldt de volgende regel:
de oppervlakte van een grootschalig detailhandelsbedrijf bedraagt niet minder dan 1.500 m².”

4.6.3 Beëindiging grootschalige detailhandel

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'detailhandel grootschalig' schrappen, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover het gebruik overeenkomstig de aanduiding voor de duur van ten minste 2 jaar aaneengesloten is onderbroken of zoveel eerder als met belanghebbenden is overeengekomen;
  • b. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.4 Perifere detailhandel

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in de bestemming Bedrijf met de aanduiding 'detailhandel perifeer' ten einde de vestiging van een perifere detailhandelsbedrijf mogelijk te maken, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien uit een distributie-planologisch onderzoek blijkt dat de vestiging van een perifere detailhandelsbedrijf geen nadelige invloed heeft op de aanwezige distributieve structuur van de gemeente (geen ontwrichting);
  • b. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de vestiging van een perifere detailhandelsbedrijf geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • c. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de vestiging van een perifere detailhandelsbedrijf voorziet in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaakt op de openbare ruimte;
  • d. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • e. planwijziging is niet toegestaan indien de gronden zijn voorzien van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi';
  • f. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.5 Beëindiging perifere detailhandel

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'detailhandel perifeer'schrappen, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover het gebruik overeenkomstig de aanduiding voor de duur van ten minste 2 jaar aaneengesloten is onderbroken of zoveel eerder als met belanghebbenden is overeengekomen;
  • b. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.6 Risicovolle bedrijven

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in de bestemming Bedrijf met de aanduiding 'risicovolle inrichting -2' teneinde de vestiging van een risicovol bedrijf met een plaatsgebonden risicocontour 10 -6 binnen de inrichting mogelijk te maken, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. de maatgevende risicocontour van het plaatsgebonden risico (contour met kans 10-6 per jaar) is gelegen binnen het bestemmingsvlak van het risicovol bedrijf.
  • b. in de toelichting bij het wijzigingsbesluit dient een verantwoording te worden gegeven van het groepsrisico in het invloedsgebied van de inrichting;
  • c. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • d. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.7 Beëindiging risicovolle bedrijven

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'risicovolle inrichting -1' en 'risicovolle inrichting -2' schrappen, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover het gebruik overeenkomstig de aanduiding voor de duur van ten minste 2 jaar aaneengesloten is onderbroken of zoveel eerder als met belanghebbenden is overeengekomen;
  • b. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.8 Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein'

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding wijzigen, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de categorie-indeling van de bij dit artikel behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein' mag worden gewijzigd, indien en voor zover wijziging van de belasting van de daarin opgenomen typen van bedrijven op het milieu daartoe aanleiding geeft, dan wel het Inrichtingen en Vergunningen besluit van de Wet milieubeheer met betrekking tot geluidproducerende inrichtingen wordt gewijzigd;
  • b. voor de vaststelling van een wijziging wordt de milieudeskundige schriftelijk advies gevraagd omtrent de voorgenomen wijziging.

4.6.9 Voorzieningen

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in de bestemming Bedrijf met de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - voorzieningen' teneinde de vestiging van voorzieningen mogelijk te maken, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien uit een onderzoek blijkt dat geen geschikte vestigingslocaties in het stedelijk gebied beschikbaar zijn, in verband met:
    • 1. de omvang;
    • 2. de verkeersaantrekkende werking;
    • 3. de parkeerdruk op de openbare ruimte;
  • b. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de voorziening heeft een binding met de gemeente Kapelle, zoals blijkt uit de herkomst van het bedrijf, medewerkers en (toekomstig) klantenbestand;
  • c. de vestiging van een voorziening heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer en veroorzaakt geen onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte;
  • d. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • e. planwijziging is niet toegestaan indien de gronden zijn voorzien van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi';
  • f. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • g. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging;
  • h. in het wijzigingsplan worden de volgende bepalingen opgenomen:
    “Artikel A Bestemmingsomschrijving
    Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - voorzieningen': tevens voorzieningen."

4.6.10 Beëindiging voorzieningen

Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - voorzieningen' schrappen, met in achtneming van de volgende regels:

  • a. de wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover het gebruik overeenkomstig de aanduiding voor de duur van ten minste 2 jaar aaneengesloten is onderbroken of zoveel eerder als met belanghebbenden is overeengekomen;
  • b. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

4.6.11 Kleine op de lokale markt gerichte vestigingen van detailhandel in doelgerichte, laagfrequente aankopen

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming Bedrijf wijzigen in de bestemming Bedrijf met de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - kleine lokale detailhandel in doelgerichte, laagfrequente aankopen' ten einde de vestiging mogelijk te maken, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien uit een distributie-planologisch onderzoek blijkt dat de vestiging geen nadelige invloed heeft op de aanwezige distributieve structuur van de gemeente (geen ontwrichting);
  • b. planwijziging is uitsluitend toegestaan voor zover wordt aangetoond dat de vestiging een lokaal karakter heeft, waarbij onder meer wordt ingegaan op de relatie met het centrumgebied, het verzorgingsgebied en brancheontwikkeling;
  • c. planwijziging is toegestaan indien de vestiging geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • d. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien de vestiging voorziet in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein en geen onevenredige parkeerdruk veroorzaakt op de openbare ruimte;
  • e. planwijziging is uitsluitend toegestaan indien er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • f. planwijziging is toegestaan die vanwege de omvang van het bedrijf en de verkeersontsluiting plaatsvindt buiten de reguliere winkelcentra, niet zijnde detailhandel in de foodsector zoals een supermarkt;
  • g. planwijziging is niet toegestaan indien de gronden zijn voorzien van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi';
  • h. in het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging;
  • i. in het wijzigingsplan kunnen bepalingen worden opgenomen als waarborg van het lokale karakter.