Kapelle-Biezelinge 2e wijziging

1.2 Het plan

Wijziging verkaveling

Langhors

Aan Langhors (zie figuur 1.1) ligt een perceel waarop een zestal twee-onder-een-kapwoningen zijn voorzien. De verkaveling van dit perceel wordt zodanig aangepast dat vier kavels voor vrijstaande woningen ontstaan.

De Stampertjes

Aan De Stampertjes is een relatief klein perceel gelegen, bestemd voor aaneengebouwde woningen. Dit perceel wordt zodanig verkaveld dat twee kavels voor vrijstaande woningen ontstaan.

Figuur 1.1. Plangebied

Afstemming planologische regeling Kapelle-Biezelinge op gerealiseerde situatie

Aan De Stampertjes, Langhors en Jip en Janneke zijn in het vigerende bestemmingsplan Kapelle-Biezelinge bouwstroken met de bouwaanduiding [tae], twee-aaneen aangegeven. Voor de Stampertjes is ook een aanduiding [aeg], aaneengebouwd opgenomen.

In de oorspronkelijke planologische regeling (een artikel 19 lid 2 WRO-procedure, ondersteund door het voorontwerpbestemmingsplan Zuidhoek) is ter plaatse van deze percelen de bouwaanduiding W(t) aangegeven. Hierop zijn maximaal twee-aaneen gebouwde woningen te realiseren. Op de betreffende percelen zijn, passend in het planologisch regime, reeds een aantal vrijstaande woningen gerealiseerd.

Bij het omzetten van de bouwaanduiding uit de oorspronkelijke planologische regeling naar het nieuwe bestemmingsplan Kapelle-Biezelinge, waarbij de codering uit de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP) is toegepast, is onvoldoende rekening gehouden met de reeds gerealiseerde vrijstaande woningen.

Wijziging Kapelle-Biezelinge

Het gemeentebestuur wenst de planologische regeling af te stemmen op de marktvraag en de feitelijke situatie. Het is daarom gewenst ter plaatse van de percelen aan Langhors, De Stampertjes en Jip en Janneke de bouwaanduiding [vrij], vrijstaand op te nemen.

Wijzigingsbevoegdheid

Het bestemmingsplan voorziet in een wijzigingsbevoegdheid (artikel 17 lid 8), waarbij burgemeester en wethouders de functie- en bouwaanduidingen binnen de bestemming kunnen wijzigen in een bestemming zonder functie- of bouwaanduiding of met een andere functie- of bouwaanduiding. Hiervoor zijn regels opgesteld waaraan hierna is getoetst.

Toetsing

• a. De wijzigingsbevoegdheid wordt toegepast voor zover geen stedenbouwkundige bezwaren bestaan, gelet op de aanwezige functie en woningtypen in de omgeving, tegen verandering van functie- of bouwaanduiding.

In de stedenbouwkundige opzet van Zuidhoek is ter plaatse van de locaties Langhors, De Stampertjes en Jip en Janneke in de oorspronkelijke opzet en het vrijstellingsbesluit ex artikel 19 lid 2 WRO en de bijbehorende onderbouwing in de vorm van een voorontwerpbestemmingsplan Zuidhoek rekening gehouden met een invulling van vrijstaande- of twee onder een kapwoningen. Het wijzigen van de bouwaanduiding naar “vrijstaand” leidt daarom niet tot bezwaren.

• b. Wijziging is toegepast indien geen milieuhygiënische belemmeringen zijn.
  

Indertijd is het plangebied onderzocht op de aspecten archeologie, bodem, water, ecologie, geluid en luchtkwaliteit. Geconcludeerd is dat er geen milieuhygiënische belemmeringen zijn. Het gebied is geschikt gemaakt voor bewoning (bouw- en woonrijp). Nu wordt een lagere bebouwingsdichtheid (minder woningen) voorgestaan. De onderzochte aspecten vormen geen belemmering. Geconcludeerd wordt dat er geen belemmeringen zijn voor het opnemen van een andere bouwaanduiding.

• c. Wijziging leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende bestemmingen en functies.

De voorgenomen wijziging van de bouwaanduiding leidt niet tot de aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende bestemmingen. Het realiseren van vrijstaande woningen in plaats van twee-onder-een-kapwoningen heeft hierop juist een positief effect. Het bebouwingsbeeld wordt minder dicht. Voorts is er sprake van een lagere parkeervraag, waardoor er minder parkeervoorzieningen noodzakelijk zijn dan eerder berekend.

• d. In het wijzigingsplan wordt aandacht besteed aan de gemaakte belangenafweging.

De resultaten van de toetsing onder a, b en c leiden niet tot ruimtelijke bezwaren. Evenmin worden belangen van derden geschaad door de verlaging van de bebouwingsdichtheid, de percelen blijven aangewend voor het wonen. Verandering van de bouwaanduiding vindt plaats op initiatief van de grondeigenaren.

• e. Indien burgemeester en wethouders toepassing geven aan deze regels moet de procedure worden gevolgd als omschreven in artikel 30 (Algemene procedureregels).

Het wijzigingsplan doorloopt de voorgeschreven procedure.