direct naar inhoud van Artikel 27 Leiding - Brandstof
Plan: Kapelle Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0678.buitengebied-OW01

Artikel 27 Leiding - Brandstof

27.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Leiding - Brandstof aangewezen gronden zijn – bij wijze van dubbelbestemming – bestemd voor een kerosineleiding.

27.2 Bouwregels
27.2.1 Bouwregels voor de dubbelbestemming

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming, zoals in lid 27.1 bedoeld, slechts bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 3 meter;
  • b. ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemmingen mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – slechts worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
27.3 Ontheffing bouwregels
27.3.1 Ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van lid 27.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.

27.3.2 Advisering over de ontheffing

Alvorens omtrent het verlenen van ontheffing te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en), tevens wordt indien van toepassing advies ingewonnen bij de beheerder van de waterkering.

27.4 Aanlegvergunning
27.4.1 Aanlegverbod

Het is verboden op de in lid 27.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen van paden, wegen en parkeergelegenheden alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • b. het aanbrengen van boven- en ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatie- leidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
  • c. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
  • d. het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, greppels, vijvers en andere wateren;
  • e. het vellen of rooien van struiken of bomen;
  • f. het beplanten van gronden met struiken of bomen;
  • g. het afbranden van de vegetatie.
27.4.2 Uitzondering op het aanlegverbod

Het verbod van lid 27.4.1 geldt niet voor het uitvoeren van werken, of werkzaamheden die:

  • a. behoren tot normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.

27.4.3. Voorwaarden voor een aanlegvergunning

Werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 27.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien daardoor de in lid 27.1 genoemde leidingen niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.

27.4.4. Advisering over de aanlegvergunning

Alvorens te beslissen omtrent een aanlegvergunning als bedoeld in lid 27.4.1 winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van de leidingbeheerder(s).