Buitengebied West Maas en Waal

1.2 Doel van het bestemmingsplan

De gewenste mogelijkheden voor de ruimtelijke ontwikkeling van het buitengebied heeft de gemeente in 2010 vastgelegd in de 'Structuurvisie buitengebied 2020'. De hoofddoelstelling van deze ruimtelijke ontwikkeling is 'het realiseren van een leefbaar en economisch goed functionerend buitengebied dat recht doet aan en respect heeft voor de landschappelijke kwaliteiten en karakteristieke identiteit van het rivierengebied'.

Dat betekent in de eerste plaats dat in het buitengebied voldoende ruimte moet worden geboden aan de verdere ontwikkeling van de landbouw en de nevenactiviteiten die de agrariërs ontplooien om hun bedrijven sterk en rendabel te houden. Verder wordt ruimte geboden aan de omschakeling van agrarische bedrijven naar nieuwe niet-agrarische bedrijven en activiteiten, waaronder activiteiten in de sfeer van de recreatie. Ook biedt het plan de nodige aandacht aan het landschapsontwikkelingsbeleid, het waterbeleid en de ruimtelijke behoeften en mogelijkheden van de burgers in het buitengebied voor wie het gebied in de eerste plaats een woonfunctie heeft.

In het bestemmingsplan Buitengebied is het beleid dat voor de verschillende beleidsvelden door verschillende overheden (Rijk, provincie, waterschap, gemeente) voor het landelijke gebied is opgesteld tegen elkaar afgewogen en samengevoegd in één integraal plan.

Het bestemmingsplan is het enige ruimtelijke plan dat de burger direct bindt en waarin wordt aangegeven wat is toegestaan met inachtneming van een aantal randvoorwaarden over maatvoering van gebouwen en bouwwerken en inrichting van de gronden. Het bestemmingsplan geeft in de tweede plaats voorwaarden waaronder nieuwe ontwikkelingen mogelijk zijn. Deze ontwikkelingen maken voor de initiatiefnemer een extra procedurestap noodzakelijk in de vorm van een afwijkingsprocedure of planwijzigingsprocedure.