Wijckel

Artikel 21 Waarde - Cultuurhistorie

21.1 Bestemmingsomschrijving

21.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor Waarde - Cultuurhistorie aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het instandhouden van de cultuurhistorische waarden. Eén en ander overeenkomstig de in 21.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

21.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

De cultuurhistorische waarden ter plaatse van de dubbelbestemming Waarde - Cultuurhistorie bestaan onder meer uit het volgende:

• a. de onderlinge samenhang in het gebied met de oudste bebouwing met de radiale ontwikkelingstructuur die daaromheen nog gaaf aanwezig is;
• b. de 'voelbare' relatie tussen de bebouwing en het Toursche bos;
• c. de karakteristieke positionering van de gebouwen waarbij niet de weg maar het stramien van de oude verkaveling gevolgd is;
• d. de gebouwen, bestaande uit één bouwlaag met (sobere) symmetrische en asymmetrische gevels afgedekt met eenvoudige kapvormen (een zadeldak of een schilddak);
• e. de binnen het gebied gelegen te behouden beeldbepalende gebouwen. Het betreft naast het kerkgebouw de als 'Wonen - Karakteristiek' bestemde woningen.

21.2 Bouwregels

Op de in 21.1 bedoelde gronden gelden voor bouwwerken de bouwregels als opgenomen in de onderliggende bestemming.

21.3 Nadere eisen

21.3.1 Bevoegdheid tot stellen van nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van de instandhouding van de cultuurhistorische waarden zoals omschreven in 20.1.2 nadere eisen stellen aan:

• a. de plaats;
• b. de afmetingen; en/ of
• c. de kapvorm en/ of dakhelling;

van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

21.3.2 Advies monumentencommissie

Alvorens een besluit tot het stellen van nadere eisen als bedoeld in 21.3.1 wordt genomen, wordt door burgemeester en wethouders advies gevraagd aan de gemeentelijke monumentencommissie.