direct naar inhoud van Artikel 13 Wonen - 4
Plan: Elahuizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0653.BPL2009130000-VS01

Artikel 13 Wonen - 4

 

13. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Wonen - 4’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a.    woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep dan wel een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, zoals genoemd in bijlage 1;

b.    aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;

met daaraan ondergeschikt:

c.    woonstraten en paden;

d.    parkeervoorzieningen;

e.    groenvoorzieningen;

f.     speelvoorzieningen;

g.    water;

met de daarbijbehorende:

h.    tuinen, erven en terreinen;

i.      bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

13. 2.    Bouwregels

13. 2. 1. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

a.    als hoofdgebouw mogen uitsluitend de in lid 13.1. onder a genoemde gebouwen worden gebouwd;

b.    een hoofdgebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;

c.    de bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 10,00 m bedragen.

13. 2. 2. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

a.    de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zullen achter de naar de weg(en) gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw dan wel het verlengde daarvan worden gebouwd;

b.    de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen per hoofdgebouw zal ten hoogste 60 m² bedragen;

c.    de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste 80% van de oppervlakte van het hoofdgebouw bedragen;

d.    de goothoogte van een aan- of uitbouw of bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen;

e.    de bouwhoogte van een overkapping zal ten hoogste 3,50 m bedragen;

f.     de dakhelling van een aan- of uitbouw of bijgebouw zal ten hoogste 60° bedragen.

13. 2. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a.    de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw c.q. het verlengde daarvan ten hoogste 1,00 m zal bedragen;

b.    de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

13. 3.    Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, ontheffing verlenen van:

-       het bepaalde in lid 13.2.1. onder b en toestaan dat een hoofdgebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits:

1.    het buiten het bouwvlak gelegen gedeelte van het hoofdgebouw ten hoogste 20% van de oppervlakte van het hoofdgebouw zal bedragen;

2.    bij de beoordeling van de voorgenomen uitbreiding van een hoofdgebouw, vooraf gekeken is of de bouw van een aan- of uitbouw wenselijker is.

13. 4.    Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

a.    het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning;

b.    het gebruik van de onbebouwde gronden voor bedrijfsmatige op­slagdoeleinden;

c.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van de uitoefening van detailhandel;

d.    het gebruik van woonhuizen in combinatie met een aan-huis-verbonden beroep dan wel een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, zodanig dat de bedrijfsvloeroppervlakte:

1.    meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen op het bouwperceel;

2.    meer bedraagt dan 50 m²;

e.    het gebruik van bijgebouwen voor een aan-huis-verbonden-beroep dan wel een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

f.     het gebruik van woonhuizen ten behoeve van recreatieve bewoning.