direct naar inhoud van Artikel 7 Gemengd
Plan: Heerjansdam - Gors
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0642.bp16heerjansdam-3003

Artikel 7 Gemengd

7.1 Bestemmingsomschrijving
7.1.1

De voor “Gemengd” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel en dienstverlening (1e bouwlaag);
  • b. wonen (bovenliggende bouwlagen);
  • c. aan huis verbonden beroepen en aan huis verbonden bedrijven in categorie 1 van de bij deze regels behorende 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage);

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.

7.1.2

Onder de uitoefening van aan huis verbonden beroepen/bedrijven in samenhang met het wonen wordt verstaan het gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan huis verbonden beroepen/bedrijven voor zover:

  • a. het vloeroppervlak in gebruik voor aan huis verbonden beroepen niet groter is dan 30% van het vloeroppervlak van hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen, tot een maximum oppervlak van 50 m2;
  • b. ten behoeve van aan huis verbonden beroepen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid conform de ASVV-richtlijnen;
  • c. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • d. het gebruik niet gepaard gaat met horeca en detailhandel, uitgezonderd beperkte verkoop die ondergeschikt is aan het uitoefenen van het aan huisverbonden beroep;
  • e. het gebruik geen onevenredige hinder voor het woonmilieu mag opleveren en geen onevenredige afbreuk mag doen aan het woonkarakter van de omgeving;
  • f. er geen bedrijfsmatige activiteiten plaatsvinden die betrekking hebben op het onderhouden en repareren van motorvoertuigen;
  • g. de woning er als woning uit blijft zien (reclame-uitingen aan o.a. de gevel en dakrand zijn niet toegestaan).
7.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

7.2.1 Hoofdgebouwen:
  • a. de hoofdgebouwen dienen te worden gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
  • c. het bebouwingspercentage van het bouwvlak bedraagt maximaal het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven bebouwingspercentage.
7.2.2

Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij gebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd op het zij- en achtererf en minimaal 1 m, dan wel 3 m indien de oorspronkelijke zijgevel is gelegen aan een weg of het openbaar groen, achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • b. de diepte van aan- en uitbouwen of een aangebouwde overkappingen aan de achtergevel van het hoofdgebouw mag, gemeten uit de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw, niet meer bedragen dan 3 m, dan wel de diepte van een bestaande aanbouw tot een maximum van 4 m;
  • c. de breedte van een aan- of uitbouw aan de zijgevel, gemeten uit de oorspronkelijke zijgevel, niet meer mag bedragen dan 3 m;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte, voor zover gebouwd per hoofdgebouw, bedraagt maximaal 50 m2 voor woningen met een zij- en achtererf kleiner dan 500 m2 en maximaal 70 m2 voor woningen met een zij- en achtererf gelijk aan of groter dan 500 m2;
  • e. het zij- en achtererf mag niet voor meer dan 50% worden bebouwd;
  • f. de afstand van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen tot de zijdelingse bouwperceelsgrens mag bij woningen niet minder bedragen dan 1 m;
  • g. vrijstaande bijgebouwen mogen op het achtererf in de bouwperceelsgrens gebouwd worden;
  • h. goothoogte van een aan- of uitbouw maximaal de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw + 0,25 m met dien verstande dat de goothoogte niet meer dan 4 m mag bedragen;
  • i. bouwhoogte van een aan- of uitbouw of overkapping maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw - 2 m, waarbij geldt dat de bouwhoogte in ieder geval 3 m mag bedragen en maximaal 6 m;
  • j. indien een aan- , uitbouw of overkapping op het zijerf met een kap wordt gerealiseerd dient de dakhelling gelijk te zijn +/- 50 aan het hoofdgebouw met dien verstande dat de nok niet afgetopt mag zijn;
  • k. bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw mag maximaal 3 m bedragen.
7.2.3

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal voor:

  • a. erf- en terreinafscheidingen 1 m;
  • b. erf- en terreinafscheidingen indien gebouwd meer dan 1 m achter (het verlengde van) de voorgevel(s) van het hoofdgebouw en gebouwd meer dan 1 m van de weg of het openbaar groen 2 m;
  • c. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 2 m;
  • d. overkappingen 3 m;
  • e. bedrijfsinstallaties, lichtmasten en vlaggenmasten 3 m;
  • f. antennemasten 12 m.
7.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • b. verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan;
  • c. detailhandel, detailhandel in volumineuze goederen en grootschalige detailhandel zijn niet toegestaan.