Plan: | Buitengebied Zwijndrecht |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0642.bp15buitengebied-3002 |
In het hoofdstuk Bestemmingsregels zijn in de planregels alle bestemmingen opgenomen met de daarbij behorende bestemmingsomschrijving. Waar noodzakelijk is gebruikgemaakt van aanduidingen om toegestaan gebruik nader te specificeren.
Agrarische bedrijven
Op de agrarische gronden ten noorden van het spoor/Kijfhoek komt veel akker- en tuinbouw voor. In dit gebied bevinden zich geen speciale natuur- en landschapswaarden die planologisch beschermd dienen te worden. Daarom is voor deze zone de bestemming Agrarisch opgenomen. De overige agrarische gronden bevatten belangrijke landschappelijke patronen en elementen met waardevolle water- en oevervegetaties. De natuurlijke en landschappelijke waarden binnen dit gebied zijn waardevol en dienen beschermd te worden. Daarom is aan dit gebied de bestemming Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden toegekend. Bij alle flexibiliteitsbepalingen dient getoetst te worden of de ontwikkeling de bestaande natuur- en landschapswaarden niet aantast.
Naast de uitoefening van het agrarische bedrijf zijn binnen de agrarische bestemmingen enkele nevenfuncties rechtstreeks toegestaan ter ondersteuning van de agrarische bedrijfsvoering. Voor de zone Agrarisch en Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden betreffen het dezelfde nevenfuncties.
Bouwmogelijkheden
In de vigerende bestemmingsplannen van Heerjansdam en Zwijndrecht zijn voor de agrarische bedrijven bouwsteden opgenomen. Een bouwstede is met een ster of driehoek op de plankaart weergegeven en in de regels is woordelijk beschreven op welke afstand de bedrijfsbebouwing gebouwd mag worden.
In 2013 dienen alle bestemmingsplannen digitaal raadpleegbaar te zijn. Op de verbeelding moet elke bestemming en aanduiding geheel omlijnd zijn. Er kan daarom geen gebruik meer gemaakt worden van bouwsteden. Alle agrarische bedrijven krijgen in het nieuwe bestemmingsplan een bouwvlak toegekend. Binnen dit bouwvlak dienen alle bedrijfsgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals voeder- en mestsilo's en paardenbakken geplaatst te worden. Uitgangspunt voor de agrarische bouwvlakken zijn de bestaande rechten (0,75, 1 en 1,5 ha). Binnen een agrarisch bouwvlak mag één agrarische bedrijfswoning gebouwd worden met een maximaal oppervlak van 125 m² (inclusief aan- en uitbouwen). Bij de bedrijfswoning mogen daarnaast nog bijgebouwen worden gebouwd met een gezamenlijk oppervlak van ten hoogste 75 m².
Flexibiliteitsbepalingen
Binnen de bestemming Agrarisch en Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden zijn de volgende flexibiliteitsbepalingen opgenomen.
Afwijking van het bestemmingsplan met een omgevingsvergunning ten behoeve van:
Wijziging van het bestemmingsplan ten behoeve van:
Omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden
Binnen de bestemming Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden is een omgevingsvergunning nodig voor het uitvoeren van bepaalde werken en werkzaamheden buiten het bouwvlak. Deze omgevingsvergunning is nodig omdat deze werken en werkzaamheden de bestaande cultuurhistorische en natuur- en landschapswaarden kunnen aantasten. Bij de aanvraag van de omgevingsvergunning dient de aanvrager een schriftelijk advies van een deskundige inzake cultuurhistorie, landschap en natuur aan te leveren waarin getoetst wordt of de werken en werkzaamheden de bestaande waarden aantasten.
Niet-agrarische bedrijven
In het plangebied komen veel niet-agrarische bedrijven voor. Deze hebben de bestemming Bedrijf gekregen. Ter categorisering van niet-agrarische bedrijven is in de regels van het bestemmingsplan de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegevoegd. Bedrijven die vallen in de categorie 1 en 2 zijn rechtstreeks toelaatbaar binnen elke bedrijfsbestemming. Bedrijven in een hogere categorie hebben een specifieke aanduiding toegekend gekregen. Op deze specifieke locatie mag alleen dit type bedrijf gevestigd zijn of een bedrijf in de categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.
Door middel van een bebouwingspercentage is aangegeven hoeveel bedrijfsbebouwing binnen het bouwvlak is toegestaan (exclusief de bedrijfswoning). Indien geen bebouwingspercentage is opgenomen mag het bouwvlak volledig worden bebouwd.
Wonen
In het bestemmingsplan zijn drie verschillende artikelen voor wonen opgenomen: Wonen - 1 voor de woningen in het landelijk gebied, Wonen - 2 voor de woningen in het lint van de Lindtsedijk en Wonen - 3 voor de landhuizen in polder Buitenland.
Voor de woningen in het landelijk gebied is een generieke regeling opgenomen; namelijk een maximaal oppervlak van 125 m² (inclusief aan- en uitbouwen) met daarnaast ten hoogste 75 m² aan bijgebouwen. Voor de woningen aan de Lindtsedijk is aangesloten bij de vigerende regeling uit het bestemmingsplan Dijken. Hierbij wordt uitgegaan van een getrapte regeling waarbij woningen die kleiner zijn dan 450 m³ vergroot mogen worden naar 500 m³. Woningen die al groter zijn dan 450 m³ mogen vergroot worden met 50 m³. Voor de landhuizen in het Buitenland is een specifiek bestemmingsplan opgesteld, welke 1-op-1 is vertaald in het nieuwe bestemmingsplan.
Voormalige bedrijfscomplexen bieden door de aanwezige (voormalige) bedrijfsbebouwing mogelijkheden voor diverse nevenfuncties. Na bestemmingswijziging naar wonen kan daarom een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan worden aangevraagd ten behoeve van diverse nevenfuncties. De nevenfuncties die ter plaatse zijn toegestaan, komen overeen met de nevenfuncties die toelaatbaar worden geacht voor de agrarische bedrijven.
In het bestemmingsplan zijn de volgende dubbelbestemmingen opgenomen:
Leidingen
Door het plangebied loopt een aardgastransportleiding, een waterstofgastransportleiding, rioolleidingen en waterleidingen. De ligging van de leidingen is beschermd door de dubbelbestemmingen. Voor werken en werkzaamheden in de grond, die daarmee de leiding kunnen beschadigen, is een omgevingsvergunning noodzakelijk.
Archeologie en cultuurhistorie
Het gemeentelijk archeologiebeleid is vertaald naar het bestemmingsplan. Er zijn 7 verschillende dubbelbestemmingen Waarde - Archeologie met elk een apart beschermingsregime voor de betreffende zone.
Waterstaat
In het vigerende bestemmingsplan was voor de waterkeringen de dubbelbestemming Primair Waterkering opgenomen. Deze regelgeving is opgenomen in de nieuwe dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering. De vigerende dubbelbestemming Primair waterstaatsdoeleinden is overgenomen in de nieuwe dubbelbestemming Waterstaat.
In het bestemmingsplan zijn de volgende gebiedsaanduidingen opgenomen: