direct naar inhoud van 3.3 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: De Geer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0642.bp08degeer-3001

3.3 Provinciaal en regionaal beleid

3.3.1 Provinciale Structuurvisie Visie op Zuid-Holland (2010)

De provincie Zuid-Holland heeft een integrale structuurvisie voor de ruimtelijke ordening in Zuid-Holland ontwikkeld. De kern van de structuurvisie 'Visie op Zuid-Holland' is het versterken van samenhang, herkenbaarheid en diversiteit binnen Zuid-Holland. Dit draagt bij aan een goede kwaliteit van leven en een sterke economische concurrentiepositie. Duurzame ontwikkeling en klimaatbestendigheid zijn belangrijke pijlers. Dit wil Zuid-Holland bereiken door realisering van een samenhangend stedelijk en landschappelijk netwerk. Goede bereikbaarheid, een divers aanbod van woon- en werkmilieus in een aantrekkelijk landschap met ruimte voor water, landbouw en natuur, zijn daarin kenmerkende kwaliteiten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0642.bp08degeer-3001_0004.jpg"

Het plangebied is in het ontwerp aangeduid als Bedrijventerrein, de nieuwe ontwikkelingen vallen binnen het bestaand bebouwd gebied.

Om doorwerking van een aantal provinciale belangen te borgen, zijn een aantal beleidsuitgangspunten opgenomen in de verordening Ruimte. Deze verordening werkt door naar lagere overheden (gemeenten).

3.3.2 Provinciale Verordening

In samenhang met de structuurvisie is ook de Verordening Ruimte opgesteld. De regels in deze verordening zijn bindend en werken door in gemeentelijke bestemmingsplannen. Het volgende artikel is relevant voor het bestemmingsplan:

Bedrijventerreinen

In de provinciale verordening is opgenomen dat uitbreiding van kantoren en detailhandel niet mag plaatsvinden op bedrijventerreinen zoals de Geer. Bestaande kantoren en detailhandels vestigingen mogen worden gehandhaafd. Voor perifere detailhandel is in de verordening een specifieke regeling opgenomen. Er is een limitatieve lijst opgenomen wat wordt verstaan onder perifere detailhandel. Daarnaast is opgenomen waar en onder welke voorwaarden perifere detailhandel is toegestaan op bedrijventerreinen.

Dit bestemmingsplan is in overeenstemming met het provinciaal beleid, in het bestemmingsplan worden geen nieuwe kantoren- of detailhandelslocaties mogelijk gemaakt. Daarnaast zijn de bestaande locaties voorzien van een maatbestemming, zodat uitbreiding niet aan de orde is. Tevens is in het bestemmingsplan is het begrip volumineuze detailhandel in overeenstemming met het provinciale begrip.

3.3.3 Kantorenstrategie Drechtsteden 2007

De Kantorenstrategie Drechtsteden 2007 (juni 2007) Drechtsteden is een lange termijn strategie voor de regionale kantoorvoorraad, om:

  • adequaat te kunnen reageren op vragen uit de markt,
  • gezamenlijk te acquireren op de grotere regionale spelers,
  • de bestaande voorraad in de regio te kunnen beheren,
  • een goed, volledig en divers aanbod te kunnen creëren.

In de strategie is een High Five opgenomen die de vijf handgrepen vormt voor markt en overheid. Om doelstellingen te realiseren wordt een actiepuntenlijst opgesteld met concrete taken en afspraken. Deze wordt jaarlijks geactualiseerd en geëvalueerd. Zo zullen de Drechtsteden zich als een eenheid moeten profileren waarbij de drie ambitieniveaus; bovenregionale toplocatie (Maasterras), bestaande themaparken en overige kantoorlocaties gefaciliteerd dienen te worden.

3.3.4 Uitvoeringsstrategie bedrijventerreinen voor de Drechtsteden 2009

De Uitvoeringsstrategie bedrijventerreinen voor de Drechtsteden (mei 2009) definieert de regionale opgave en ambitie voor beleid en stelt de doelstellingen van de Drechtsteden tot 2020 vast. De opgave bestaat uit het ontwikkelen van nieuwe bedrijventerreinen, het herstructureren en onttrekken van bedrijventerreinen om de vraag te honoreren. De strategie heeft de 58 aanwezige individuele bedrijventerreinen gebundeld tot zes regionale terreinclusters die relevant zijn voor de regio als geheel.

Het bedrijventerrein De Geer behoort tot het cluster Oude Maas. Het doel is om binnen dit cluster ruimte te maken voor grote natte bedrijvigheid, langs de kades en binnen de milieucontour. Tevens is behoud van de marktpositie door verbeteren ruimtelijke kwaliteit van belang. Binnen dit cluster is ruimte voor maritieme logistiek, industrie en regionale gemengde bedrijven. De westhoek van het plangebied, Achterlindt, biedt ruimtewinst voor de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein.

3.3.5 Drechtsteden economische visie 2008

De Drechtsteden economische visie (maart 2008) vormt een kop op het sectorale beleid en stemt de ontwikkelingsrichtingen die daar uit voortvloeien af. Het hart van de visie is een geactualiseerd economisch profiel van de regio tot 2020. In de visie ligt de economische focus op de rivieroevers en de gunstige ligging aan meerdere modaliteiten die de grootste kansen vormen voor economische onderscheiding. Om die kansen te benutten zal de regio haar oevers herontdekken en zich profileren als een complete, leefbare regio. Ondermeer een goede bereikbaarheid van de regio, in en buiten de

spits in combinatie met de ligging op een bundeling van water- en spoorwegen vormt een vestigingsfactor van formaat.

3.3.6 Bedrijventerreinenstrategie voor de Drechtsteden 2007

De Bedrijventerreinenstrategie voor de Drechtsteden (januari 2007) beslaat de periode tot 2020, met een doorkijk naar 2030 waarbinnen korte en lange termijnopgaven zijn gesteld voor vernieuwing en ontwikkeling van bedrijventerreinen. De strategie creëert kansen om de strategische positie van de Drechtsteden verder uit te bouwen door, voor 2020:

  • De milieuproblematiek op te pakken met een clusterzonering als basis.
  • De kwaliteit van terreinen op peil te houden door minimaal 250 ha. terrein te herstructureren.
  • Aan de rand van de regio ruimte te bieden door minimaal 100 ha. nieuw terrein aan te leggen voor groei in nieuwe en bestaande sectoren, veelal licht van aard.
  • De grootschalige bestaande industrieën in het hart van de regio te beschermen.
  • De omvang van onttrekkingen te beperken tot maximaal 45 ha.
  • Bedrijventerreinen beter aan te laten sluiten op hun stedelijke omgeving.
  • De bereikbaarheid van terreinen te optimaliseren.

De ligging van Zwijndrecht aan de A16-Betuweroute corridor wordt in de strategie gezien als een gunstige positie om een nieuw terrein aan de A16 aan te leggen, het Maasterras te intensiveren en milieuruimte voor De Geer en Groote Lindt door middel van clusterzonering te garanderen.