Plan: | Stadscentrum / Dorpsstraat |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0637.BP00017-0004 |
De antidubbeltelregel uit artikel 34 strekt er toe dat gronden die al eens als berekeningsgrondslag voor een omgevingsvergunning zijn meegenomen, niet nogmaals als zodanig kunnen worden gebruikt. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als (onderdelen van) één bouwvlak van verschillende eigenaars is, of wanneer gronden zijn doorverkocht.
In dit bestemmingsplan is in artikel 35 één algemene aanduidingsregel opgenomen. Het betreft de vrijwaringszone rondom de korenmolen 'De Hoop' ten behoeve van een vrije windvang en het zicht op de molen. Om de vrije windvang van en het zicht op de korenmolen aan de Eerste Stationsstraat 37A te garanderen is een molenbiotoop (vrijwaringszone) opgenomen waarbinnen beperkingen gelden ten aanzien van de toegestane bouwhoogtes. De molen zelf ligt buiten het plangebied, maar de molenbiotoop, zijnde een cirkel met een straal van 400 meter rond de molen, ligt gedeeltelijk over het plangebied.
De regeling geldt voor alle bestemmingen.
Er is een afwijkingsbevoegdheid voor het college van burgemeester en wethouders opgenomen om af te wijken van de hoogtebeperkingen.
Artikel 36.1 bevat de algemeen gebruikelijke afwijkingsmogelijkheden. Het betreft mogelijkheden voor beperkte afwijkingen van de regels van het bestemmingsplan die gelden voor het gehele plangebied.
Artikel 36.2 is opgenomen, om nadere eisen te kunnen stellen die moeten voorkomen dat een teveel aan GSM-masten en installaties een stedenbouwkundig onwenselijke situatie oplevert. Daarnaast spelen op de achtergrond (in planologisch opzicht niet relevant) klachten op het gebied van de volksgezondheid. Hoewel de meetbare straling voldoende in kaart is gebracht en aan voldoende objectieve normen kan worden getoetst, lijken (nog) niet alle aspecten op het gebied van gezondheid glashelder in beeld te zijn. Vooralsnog heeft de gemeente Zoetermeer besloten vast te houden aan de thans beschikbare wetenschappelijke kennis en het rijksstandpunt. Het beleid voor telecommunicatie is hierop gebaseerd. De afwijkingsregels houden in dat het - onder voorwaarden - mogelijk is om een omgevingsvergunning te verlenen voor het plaatsen van een antennemast met een maximum hoogte van 40 m;
De genoemde omgevingsvergunningen kunnen alleen worden verleend na een belangenafweging zoals opgenomen in artikel 36.3.
In artikel 37.1 is een rangorde aangegeven tussen de dubbelbestemmingen, voor het geval voor dezelfde gronden meerdere dubbelbestemmingen gelden.
Artikel 37.2 bevat een nadere regeling ten aanzien van de verhouding tussen de regels bij dit bestemmingsplan en de regels in de gemeentelijke Bouwverordening. Gebruik is gemaakt van de mogelijkheid die artikel 9, lid 2 Woningwet biedt, om in het bestemmingsplan de aanvullende werking van een aantal regels van stedenbouwkundige aard uit te sluiten. De bepaling bestaat uit een limitatieve opsomming van de regels uit de Bouwverordening die wel van toepassing zijn, zoals de verplichting om op eigen terrein in de parkeerbehoefte te voorzien.