direct naar inhoud van Artikel 3 Gemengd
Plan: Defensie-eiland Woerden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0632.defensieeiland-bVA1

Artikel 3 Gemengd

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. cultuur en ontspanning;
  • b. horeca, categorie 3 en 5;
  • c. wonen op de verdieping;
  • d. warmte koude opslag, met in achtneming van het bepaalde in 12.3;

met de daarbij behorende:

  • e. erven;
  • f. terrassen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. water;
  • i. nutsvoorzieningen;
  • j. parkeervoorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
  • b. Het aantal wooneenheden mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding, met inachtneming van het bepaalde in 12.1.
  • c. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd.
  • d. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 meter, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen op het voorerf niet meer mag bedragen dan 1 meter.
  • b. De bouwhoogte van palen en vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 6 meter.
  • c. De bouwhoogte van de bestaande schoorsteen mag niet meer bedragen dan 27 meter.
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag op het voorerf niet meer bedragen dan 1 meter en op het zij- en achtererf mag het niet meer bedragen dan 3 meter.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de plaats van de bebouwing;
  • b. de afmetingen van de bebouwing;
  • c. de plaats van kwetsbare objecten en activiteiten binnen de gebouwen of op het bouwperceel;
  • d. de te treffen maatregelen in verband met eisen aan de inrichting van het perceel (vrijwaren van vluchtroutes, brandgangen e.d.);

  • 1. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • 2. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • 3. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • 4. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • 5. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  • 6. in verband met de risicobeheersing binnen het plangebied.