direct naar inhoud van Artikel 14 Tuin
Plan: Holy-Zuidwest
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0622.0200bpHozw2009-0040

Artikel 14 Tuin

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor

  • a. tuinen behorende bij de op de aangrenzende gelegen hoofdgebouwen;
  • b. erfafscheidingen;
  • c. voorzieningen van algemeen nut;
  • d. het bepaalde in artikel 22 (Waarde - Archeologie 3).

14.2 Bouwregels
14.2.1 Gebouwen

Op of in de voor Tuin aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van voor de gevellijn van en aansluitend aan woningen gelegen:

  • a. erkers en serres;
  • b. luifels en dakoverstekken;
  • c. balkons;
  • d. scootmobielstallingen uitsluitend bij woningen (gs);

met dien verstande, dat:

  • e. de maximale bouwhoogte voor balkons 4 meter bedraagt;
  • f. de maximale bouwhoogte voor erkers, luifels en serres 3 meter bedraagt;
  • g. de maximale oppervlakte van een gebouw 15 m² bedraagt;
  • h. de maximale oppervlakte van een scootmobielstalling 40 m² en de maximale bouwhoogte 3.50 meter bedraagt;

voor het bepaalde onder sub a, b en c geldt dat tot een diepte van maximaal 1,5 m en een breedte van maximaal 2/3 van de betreffende voorgevel mag worden gebouwd, een en ander voor zover de afstand tot de voorste perceelsgrens grenzend aan de openbare ruimte niet kleiner wordt dan 1 meter.

14.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt 2 meter, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen voor zover gelegen vóór de voorgevellijn maximaal 1 meter mag bedragen;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 5 meter.

14.2.3 Verbod

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Tuin ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onbebouwd' op de verbeelding, gebouwen of bouwwerken geen gebouwen zijnde, te realiseren.

14.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.