direct naar inhoud van Artikel 26 Waterstaat - Waterkering
Plan: Kom Vianen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0620.bp0005-VG01

Artikel 26 Waterstaat - Waterkering

26.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de waterkering, waterhuishouding en waterstaat.

26.2 Bouwregels

Op de voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden is uitsluitend bebouwing ten dienste van de waterkering, waterhuishouding en waterstaat toegestaan (behoudens ontheffing), onder de voorwaarde dat daarvoor een keurontheffing is verkregen van de waterbeheerder.

26.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor bouwwerken ten behoeve van de medebestemmingen, mits de belangen van de waterstaat en de waterkering daardoor niet onevenredig worden aangetast en de beheerder van de waterkering daar positief over heeft geadviseerd.

26.4 Aanlegvergunning
26.4.1 Verbod:

Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke aanlegvergunning van burgemeester en wethouders, op de in lid 1 bedoelde gronden de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:

  • a. het afgraven of ophogen van gronden;
  • b. het egaliseren van gronden;
  • c. het beplanten met diepwortelende beplanting;
  • d. het vellen, rooien van bomen en andere houtopstanden;
  • e. aanleggen van onder- en/of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen, en de daarmee verband houdende constructies en/of installaties.

26.4.2 Uitzonderingen op het verbod:

Het in 26.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:

  • a. noodzakelijk zijn voor het normale onderhoud van de gronden;
  • b. noodzakelijk zijn voor de realisering van een bouwwerk waarvoor de aanvraag tot bouwvergunning is gehonoreerd;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

26.4.3 Criteria voor verlening:

De in 26.4.1 genoemde vergunning wordt slechts verleend indien:

  • a. de werken en/of werkzaamheden nodig zijn voor de realisering of handhaving van de aan de gronden gegeven bestemming, functies of waarden;
  • b. de belangen van de waterstaat en de waterkering daardoor niet onevenredig worden aangetast en de beheerder van de waterkering daar positief over heeft geadviseerd.