direct naar inhoud van 5.5 Archeologie
Plan: Strijensas
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0617.bpss-vg01

5.5 Archeologie

Regelgeving en beleid

Verdrag van Malta

Het Verdrag van Malta is in 1992 ondertekend en in 1995 in werking getreden. Doelstelling van het Verdrag van Malta is de bescherming en het behoud van archeologische waarden. Als gevolg van dit verdrag wordt in het kader van de ruimtelijke ordening het behoud van het archeologisch erfgoed meegewogen zoals alle andere belangen die bij de voorbereiding van het plan een rol spelen. De inhoud van het Verdrag van Malta is neergelegd in de Wet op de Archeologische Monumentenzorg die op 1 september 2007 van kracht is geworden en een wijziging van de Monumentenwet 1988 tot gevolg heeft gehad. Op grond van deze aangescherpte regelgeving stellen Rijk en provincie zich op het standpunt dat in het ruimtelijk beleid zorgvuldig met het archeologische erfgoed moet worden omgegaan. Voor gebieden waar archeologische waarden voorkomen of waar reële verwachtingen bestaan dat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn, dient voorafgaand aan bodemingrepen archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. De uitkomsten van het archeologisch onderzoek dienen vervolgens volwaardig in de belangenafweging te worden betrokken.

Het Rijk heeft deze beleidsuitgangspunten neergelegd in onder meer de Cultuurnota 2005 - 2008, de Nota Belvedère, het Structuurschema Groene Ruimte 2, de Nota Ruimte, de Wijziging van de Monumentenwet 1988 en diverse publicaties van het Ministerie ven OC&W.

Onderzoek

Om de verwachtingswaarden te bepalen wordt gebruik gemaakt van de Cultuurhistorische Waardenkaart Zuid-Holland. Het plangebied ligt, zoals figuur 5.2 laat zien, in een gebied met een kleine kans op archeologische sporen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0617.bpss-vg01_0007.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0617.bpss-vg01_0008.png"

Figuur 5.2 Archeologische verwachtingswaarde

(Bron: Cultuurhistorische Waardenkaart Zuid-Holland)

Conclusie

Op gronden met een kleine kans op archeologische sporen hoeft geen verkennend archeologisch onderzoek plaats te vinden. Eventuele vondsten, gedaan tijdens bijvoorbeeld de planuitvoering, vallen wel onder de meldingsplicht zoals vastgelegd in artikel 53 van de Wet op de archeologische monumentenzorg.