Noord en Over de Keen

Bijlage 3 Verslag inspraakavond

Inspraakavond bestemmingsplan 'Noord en Over de Keen' 14 oktober 2009

Aanwezig: de heer W.J.L.M. van Tilborg (wethouder gemeente Strijen)

mevrouw A. Rotscheid (medewerkster gemeente Strijen)

mevrouw L. Bos (medewerkster gemeente Strijen)

J.C. Swinkels (Roerdompstraat 31 te Strijen)

M.L. de Ruiter (Patrijsstraat 37 te Strijen)

E. Feleus en C. Feleus-de Kort (Nieuwestraat 46 te Strijen)

Bewoner Patrijsstraat 29 te Strijen

De Baat-v/d Pligt (Patrijsstraat 33 te Strijen)

Van Rossen (Ooievaarstraat 3 te Strijen)

J.K. Hambeukers (Binnensingel 20 te Strijen)

C. van Rumpt-Groeneweg (Binnensingel 6 te Strijen)

De heer Van Tilborg heet aanwezigen welkom en geeft mevrouw Rotscheid het woord. Mevrouw Rotscheid licht de inhoud van het bestemmingsplan en de bestemmingsplanprocedure in een presentatie toe. Vervolgens stelt de heer Van Tilborg aanwezigen in de gelegenheid om vragen te stellen.

De heer Swinkels geeft aan dat in de presentatie wordt gesproken over oppervlakte. Aangegeven is dat er totaal 250 m2 bebouwd mag worden. Tevens wordt gesproken over een maximaal bebouwingspercentage van 60%. De heer Swinkels vraagt of dit gaat om 60% van het gehele perceel. Daarnaast vraagt de heer Swinkels of carports, tuinhuizen enzovoorts ook onder deze 60% vallen. Mevrouw Rotscheid geeft aan dat er een onderscheid moet worden gemaakt in vrijstaande, twee-onder-een-kap -en rijtjeswoningen. Per situatie moet bekeken worden wat gebouwd mag worden. De genoemde 60% betreft inderdaad 60% van het perceel. Alle bouwvergunningplichtige bouwwerken vallen onder het bebouwingspercentage. Bouwwerken waarvoor geen bouwvergunning aangevraagd hoeft te worden, tellen niet mee.

De heer Swinkels vraagt of een tuinhuisje dat niet onder bouwvergunningplicht valt, bij de gemeente gemeld moet worden? Mevrouw Rotscheid antwoordt dat dit niet het geval is. De heer Swinkels vraagt of er door de gemeente gehandhaafd wordt als er zonder vergunning gebouwd wordt. De heer Van Tilborg bevestigt dit.

Mevrouw Hambeukers vraagt of het plan op de website bekeken kan worden. De heer Van Tilborg zegt dat dit het geval is. Mevrouw Rotscheid legt uit waar het plan op de website gevonden kan worden.

De heer Feleus vraagt of boekje te verkrijgen is. Mevrouw Rotscheid geeft aan dat dit mogelijk is. Hiervoor worden wel kosten in rekening gebracht. De heer Feleus geeft aan dat voor zijn perceel Nieuwestraat 46 geen bedrijvenbestemming meer is opgenomen. In het bestaande plan is dit wel het geval. Op het perceel is een bedrijf in grond, weg en waterbouw gevestigd. Het is gewenst de bedrijvenbestemming te handhaven. De heer Van Tilborg zegt dat het uitgangspunt is dat de bestaande situatie in het bestemmingsplan wordt opgenomen. Mevrouw Feleus geeft aan dat zij het plan vanmorgen heeft ingezien en zij geeft nogmaals aan dat het perceel nu een bedrijvenbestemming heeft. Mevrouw Rotscheid adviseert de heer en mevrouw Feleus een zienswijze tegen het plan in te dienen. De heer Feleus geeft aan dat hij hierover nadenkt. De heer Van Tilborg zegt toe dat door de gemeente gekeken zal worden naar deze specifieke situatie.

Mevrouw Van Rumpt geeft aan dat het laatste stukje tuin van het perceel Binnensingel 6 in een ander bestemmingsplan valt. Dit stukje grond heeft de vorige bewoner gekocht van het Waterschap. Nu woon ik in het ene bestemmingsplan en ik tuin in de andere. De heer Van Tilborg geeft aan dat de gemeente hier naar kijkt. Bezien wordt of het perceel in één plan gebracht kan worden. Mevrouw Van Rossen geeft aan dat dit op het perceel Ooievaarstraat 3 ook het geval is. Aan de hand van de bestemmingsplankaart licht de heer Van Tilborg toe dat op dit perceel geen sprake is van een bestemmingsplangrens, maar van een andere bestemming, groen in plaats van wonen.

Mevrouw De Ruiter vraagt of een bouwvergunning geldig blijft wanneer deze onder het vorige bestemmingsplan is afgegeven. De heer Van Tilborg geeft aan dat de bouwvergunning blijft gelden. Dit staat los van het bestemmingsplan.

De heer Feleus vraagt of de Nieuwestraat een 30 km-zone wordt. De heer Van Tilborg geeft aan dat als randweg is aangelegd, er in het dorp meer 30 km-zones gerealiseerd worden. Dit wordt veelal tegelijkertijd met het onderhoud van de straat meegenomen. De inrichting van de straat wordt te zijner tijd met de bewoners overlegt.

Mevrouw Van Rumpt geeft aan dat zij een erfafscheiding (hoogte 1.80 m) willen plaatsen met aan de buitenzijde klimop. Hierover is eerder met de gemeente gesproken. Mevrouw Van Rumpt vraagt zich af of zij nu in bestemmingsplan Noord of in bestemmingsplan Dorpskern moet kijken. De heer Van Tilborg geeft aan dat dit niet uitmaakt, omdat langs de straatzijde erfafscheidingen maximaal 1 m hoog mogen zijn.

De heer Swinkels geeft aan dat het hem opvalt dat op de meeste percelen een woonbestemming ligt. Voorheen waren er meerdere bestemmingen. Mevrouw Bos licht toe dat in de oude plannen sprake was van de bestemmingen wonen, erf en tuin. Deze bestemmingen zijn vervangen door één bestemming Wonen. Wel met aanduiding (z) aangegeven waar niet gebouwd mag worden. Vergunningvrije bouwwerken mogen wel op bestemming (z) geplaatst worden. Swinkels: kan tot verrommeling leiden. De heer Van Tilborg geeft aan dat dit een landelijke discussie is. Men wil meer vergunningvrij. We willen naar minder regels, maar dit brengt soms verrommeling met zich mee.

Mevrouw Hambeukers merkt op dat een airco vergunningplichtig is. De heer Van Tilborg geeft aan dat dit van de plaats van de airco afhangt. Mevrouw Hambeukers geeft aan dat de gemeente wellicht ook regels kan stellen voor de plaats van de airco. Dit kan hinder meebrengen voor omwonenden. De heer Van Tilborg geeft aan dat de gemeente Strijen hierover geen regels heeft opgesteld. Mevrouw Rotscheid geeft aan dat nagekeken moet worden of er een vergunningplicht geldt voor airco's.

De heer Swinkels vraagt of er een lijstje met dingen is wat er veranderd is. Mevrouw Rotscheid geeft aan dat dit per perceel verschillend is. Gekeken kan worden wat voor het perceel Swinkels veranderd is. Wijzigingen zijn bijvoorbeeld de erfbebouwing.

Mevrouw Hambeukers vraagt of in het bestemmingsplan geregeld is dat mensen niet hun hele tuin mogen betegelen. Het geheel verharden van de tuin is niet goed voor de opvang van water. De heer Van Tilborg zegt dat we zien dat er steeds meer verhard oppervlak is. In het plan moet 10% oppervlakte water zitten. We proberen zo veel mogelijk groen te hebben in de gemeente. De gemeente streeft ernaar om zoveel mogelijk groen te hebben in de gemeente. Er moet een balans zijn in de openbare ruimte en bebouwing. De gemeente kan niet regelen dat mensen hun tuin niet mogen betegelen.

Een aanwezige geeft aan dat zij 18 woningen voor haar deur krijgt (plan Patrijspoort). Mevrouw geeft aan dat er reeds parkeerproblemen zijn in de wijk. Waar gaan de nieuwe bewoners hun auto neerzetten. De heer Van Tilborg geeft aan dat voor de nieuwe woningen een parkeernorm van 1,7 parkeerplaats wordt gehanteerd. De nieuwe bewoners zullen van deze nieuwe parkeerplaatsen gebruik gaan maken.

Aansluitend geeft de heer Van Tilborg aan dat men hoopt dat men snel met de bouw kan beginnen. De bouwtijd is circa één jaar. Het is de bedoeling dat in dit jaar ook gekeken wordt naar het herstraten van dit gedeelte van de wijk. Hierbij worden de bewoners van de wijk betrokken.

De heer Swinkels geeft aan dat er door de sloop van de school ruimte vrijkomt die nog ingedeeld kan worden. De ruimte is vrij indeelbaar. De heer Swinkels vraagt waarom dit niet meegenomen is in het plan. De heer Van Tilborg geeft aan dat het bouwen van minder woningen tot gevolg heeft dat de woningen duurder worden. De heer Van Tilborg geeft aan dat er tegen het bouwplan bezwaarmogelijkheden bestonden. Hij neemt kennis van het feit dat er mensen zijn die parkeerproblemen in de wijk ondervinden. Mevrouw De Ruiter merkt op dat er groen opgeofferd wordt voor de bouw van woningen. De heer Van Tilborg geeft aan dat de woningen in de plaats van de school gebouwd worden. Dit was al verhard. Het groen van de inrichting van de bestrating staat los van het bouwplan. We gaan nog praten over de inrichting van de straat.

Een aanwezige vraagt of de woningen eerst verkocht moeten worden of dat er eerst gebouwd gaat worden. De heer Van Tilborg geeft aan dat Woningstichting de Maashoek verwacht dat de woningen half november in de verkoop gaan. Men verwacht de woningen snel te verkopen.

Mevrouw De Ruiter geeft nogmaals aan dat zij grote problemen voorziet in het parkeren. Er wordt nu geparkeerd in grasstroken. Straks zijn deze weg, waardoor de auto's op een andere plaats moeten staan. Dit kan tot gevolg hebben dat hulpdiensten er niet meer doorkunnen. De heer Van Tilborg geeft aan dat plannen ook bekeken worden door bijvoorbeeld de brandweer. Dergelijke adviezen worden betrokken bij de beoordeling. Ten aanzien van het parkeren merkt de heer Van Tilborg op dat hij erkent dat er parkeerdruk is, net als in andere wijken. Het probleem wordt door het bouwplan echter niet groter. Mevrouw De Ruiter zegt dat het in feite wel groter wordt omdat niet meer in de groenstrook geparkeerd kan worden. De heer Van Tilborg zegt dat hij hier nog eens naar wil kijken om te bezien of er iets gedaan kan worden door bijvoorbeeld het opofferen van een stukje groen ten behoeve van het parkeren.

Niets meer aan de orde zijnde bedankt de heer Van Tilborg aanwezigen voor hun komst en sluit de bijeenkomst.