Plan: | Centrum Stadsplein |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0612.BP00019-4001 |
Om richting te geven aan de ruimtelijke opgave van Spijkenisse in de periode 2010-2020 is door de gemeenteraad van Spijkenisse op 13 mei 2009 de 'Structuurvisie Spijkenisse 2010-2020' vastgesteld. Deze visie vervangt het Structuurplan uit 1991. De Structuurvisie geeft de ruimtelijke en functionele ontwikkeling in Spijkenisse op hoofdlijnen weer. Het geeft richting aan de fysieke ontwikkeling van Spijkenisse voor de komende 10 jaar. Ook geeft deze ruimtelijke vertaling inzicht in de ruimtelijke kaders en beperkingen, waarvoor Spijkenisse zich in de toekomst gesteld ziet. In het plan zijn ten aanzien van een aantal aspecten knelpunten geconstateerd op het gebied van de ruimtelijke situatie, wonen, werken en verkeer en vervoer. Aan de hand van deze knelpunten zijn hoofddoelstellingen geconcretiseerd in plandoelen voor de structuurplanperiode. Vervolgens zijn de plandoelen vertaald in ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven voor de planperiode tot circa 2020. De visie is het uitgangspunt voor de politieke agenda. Geen dichtgetimmerd eindplan, maar het vertrekpunt van de gemeente voor gesprekken met hogere overheden en marktpartijen om ontwikkelingen en investeringen in de stad te initiëren.
In de Structuurvisie is als 9e agendapunt bijzondere aandacht geschonken aan de herstructurering en afronding van de nieuwbouw van het stadscentrum. Als inleiding bij genoemd agendapunt is de volgende tekst opgenomen: 'Spijkenisse kent een bijzonder stadscentrum met goede culturele kwaliteiten. De gemeente heeft al veel geïnvesteerd in het centrum. Nu is het belangrijk om de overgangsgebieden en aanlooproutes van de stad naar het stadscentrum aan te pakken. Het centrumplan moet geactualiseerd worden. Ook zet de gemeente in op de verbetering van de regionale culturele functie van Spijkenisse-Centrum'. De aan de hand van onderhavig bestemmingsplan te realiseren projecten passen geheel in de Structuurvisie Spijkenisse 2010-2020.
Tot voorheen was het niet mogelijk om binnen de gemeente een speelautomatenhal te exploiteren. In de Verordening speelautomaten biedt de burgemeester de mogelijikheid een vergunning te verlenen voor één speelautomatenhal binnen het bij de verordening vastgestelde gebied. De beoogde locatie van de E-facory valt binnen dit gebied.
Met het oog op een verantwoorde exploitatie van een speelautomatenhal zijn in de Beleidsuitgangspunten en de Verordening speelautomaten kaders en regels opgenomen met betrekking tot onder andere openbare orde, het voorkomen en beperken van gokverslaving en de gewenste uitstraling van de speelautomatenhal. Één van de regels geeft aan dat een speelautomatenhal alleen wenselijk wordt geacht, indien deze gerealiseerd en geëxploiteerd wordt binnen een breder (horeca)concept. Het planvoornemen om een speelautomatenhal te exploiteren binnen het concept E-factory, sluit aan op deze beleidsuitgangspunten.
De verordening speelautomaten zal op een door de burgemeester nader te bepalen tijdstip in werking treden.
In de Horecanota 2009-2014 wordt het horecabeleid van de gemeente uiteengezet. Voor het Stadsplein is hierin opgenomen dat de komst van een theatercafé en een family entertainment centre, waar horeca en vermaak gecombineerd wordt, wenselijk is en dat het belangrijk is dat beide horecagelegenheden worden gekoppeld aan de andere horecagebieden bij het Havenplein en de Voorstraat. Om dit mogelijk te maken is het wenselijk om ook in het winkelcentrum Stadsplein een of twee horecagelegenheden voor dag/avondhoreca te vestigen. Ook bij de uitbreiding van het centrum richting het Kolkplein is het denkbaar dat de mogelijkheid moet worden geboden om daar daghoreca te vestigen.
In oktober 2005 stelde de gemeenteraad de herziening van het Stadsplan vast. Het betreft hier een integrale en intersectorale analyse en herijking van doelen en uitgangspunten voor de periode tot 2020. De herziening moet beschouwd worden als een richtinggevende visie die uitgewerkt dient te worden in beleid en projecten. Zo kent het plan ook een ruimtelijke vertaling. Deze ruimtelijke vertaling zal een beeld schetsen van welke ruimtelijke mogelijkheden waar en onder welke condities mogelijk zijn. Eveneens zal deze ruimtelijke vertaling inzicht geven in de ruimtelijke kaders en beperkingen waarvoor Spijkenisse zich in de toekomst gesteld ziet. De op te stellen Structuurvisie zal dit ruimtelijk beeld schetsen. Deze visie zal het Structuurplan uit 1991 vervangen.
Het Beeldkwaliteitplan Openbare Ruimte van het centrum van Spijkenisse (september 2001) geeft het beleid aan ten aanzien van de inrichting en het beheer van het openbaar gebied in het stadscentrum. In de doelstellingen van het plan wordt benadrukt dat bij de inrichting een hoog ambitie- en kwaliteitsniveau en een heldere samenhang wordt nagestreefd. Als belangrijke kwaliteitsaspecten worden onder andere genoemd sfeer, eenheid, functionaliteit, veiligheid, duurzaamheid en visuele aantrekkelijkheid. Voorts staat in het Beeldkwaliteitsplan aangegeven in welke kleuren, maten, types en op welke wijze de diverse materialen aangebracht kunnen worden.
Het Beeldkwaliteitsplan onderkent in het centrumgebied de volgende drie identiteiten: de historische dijkenstructuur, het moderne winkelgebied en de haven, die onderscheidend van elkaar tot uitdrukking komen in de inrichting van de publieke ruimte.
Het Centrumplan (vastgesteld door de gemeenteraad op 1 december 1999) vormt een nadere uitwerking voor het centrumgebied van het Stadsplan 2010 en het Structuurplan 1991. Doelstelling is het centrum verder te ontwikkelen tot de “huiskamer van de stad”. De nadruk ligt daarbij op versterking van de kwaliteit en niet op het “zomaar” toevoegen van woningen, winkels en voorzieningen. Die kwaliteit zal vooral moeten komen van de ruimtelijk functionele samenhang en van de mogelijkheid om “nieuw en bestaand” zo aan elkaar te koppelen dat het geheel meer is dan de som der delen. Een samenhangend stelsel van kwalitatief goede openbare ruimtes en routes (inclusief het water) zal als drager moeten fungeren voor het nieuwe centrum.
Concreet zal de centrumontwikkeling gestalte moeten krijgen door:
Uit onderzoek en discussies met gemeentebestuur, externe deskundigen en marktpartijen is geconcludeerd dat de verschillende aspecten van de gewenste centrumontwikkeling het best tot hun recht komen in een 'supercompact model': een integrale ontwikkeling van alle belangrijke centrumvoorzieningen binnen zones die ruimtelijk en functioneel samenhangen.
Binnen het gekozen hoofdmodel voor de centrumontwikkeling wordt een aantal belangrijke samenhangende zones tot ontwikkeling gebracht. Eén van die zones betreft het kernwinkelgebied, lopend vanaf de Stadhuispassage, via het Uitplein/Nieuwstraat. De Kopspijker en het Stadsplein naar het Kolkplein, met diverse dwarsverbindingen naar de Voorstraat en het Noordeinde.
Na de beëindiging van de groeikerntaak en het op gang komen van de realisatie van de voorlopige laatste uitbreidingswijk (Maaswijk), werd in Spijkenisse breed de behoefte gevoeld aan een nadere oriëntatie en visieontwikkeling op de toekomst van de stad. In 1997 werd daarom gestart met het opstellen van een stadsplan voor de periode tot 2010.
De algemene visie op de verdere ontwikkeling van de stad is als volgt geformuleerd:
'Spijkenisse wil een complete stad worden met een sterkere regiofunctie en een daaraan gekoppelde, kwaliteitsvolle identiteit'.
Op basis van deze doelstelling werd een drietal ontwikkelingsscenario's geformuleerd. Spijkenisse wil zich ontwikkelen tot een complete en volwassen stad met circa 80.000 inwoners. Dit vereist het realiseren van een strategisch en (dus) selectief programma van ontwikkelingen op die terreinen die meerwaarde opleveren (financieel, ruimtelijk, imago, woningmarkt), terwijl tegelijkertijd nadrukkelijk wordt ingezet op verbetering van de bestaande stad.
Kort samengevat worden de nieuwe kansen gerealiseerd door:
Met de ontwikkelingen van het Stadsplein wordt invulling gegeven aan de laatste twee speerpunten van het Stadsplan.