direct naar inhoud van Artikel 4 Natuur
Plan: Numansgors
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0611.BPNDNumansgors-VG01

Artikel 4 Natuur

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de duurzame instandhouding van natuurgebieden;
  • b. behoud, versterking en/of ontwikkeling van de aan de natuurgebieden eigen zijnde natuurwaarden, waaronder houtopstanden, rietlanden, kruidachtige vegetaties en poelen, in samenhang met de waterhuishouding;
  • c. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding zoals een duiker, waterinlaat, syphon en een sluis;
  • d. behoud of versterking van de landschapswaarde;
  • e. extensieve (dag)recreatie;
  • f. groenvoorzieningen en water;
  • g. paden en wegen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Ten aanzien van de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met dien verstande dat:

  • a. de hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten hoogste 1,5 meter bedraagt.
4.3 Afwijken van de bouwregels

Bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 voor de bouw van gebouwen, ten behoeve van de beleving en observatie van de natuur, waarbij:

  • a. het aantal gebouwen ten hoogste 2 bedraagt;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen ten hoogste 3 meter bedraagt;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen maximaal 20 m2 bedraagt;
4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.4.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 4.1 de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het aanleggen van dijken of andere taluds en het vergraven of ontgraven van reeds aanwezige dijken of taluds;
  • c. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage;
  • d. het aanleggen of aanbrengen van oeverbeschoeiingen, kaden en aanlegplaatsen;
  • e. het vellen van houtopstanden;
  • f. het aanleggen van boven- of ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
4.4.2 Uitzonderingen op het aanlegverbod

Het bepaalde in lid 4.4.1 is niet van toepassing:

  • a. op normale onderhoudswerkzaamheden gericht op en noodzakelijk voor de instandhouding van het onderhavige gebied zoals het kappen van bomen en verwijderen van struiken;
  • b. op werken en/of werkzaamheden ten behoeve van extensieve recreatief medegebruik;
  • c. op normale onderhoudswerkzaamheden gericht op de instandhouding van de oeververdediging en in stand houden van maaiveldhoogte;
  • d. op andere werken en/of werkzaamheden die uit een oogpunt van ruimtelijke ordening van niet-ingrijpende betekenis zijn.
4.4.3 Voorwaarde voor een omgevingsvergunning

Een vergunning als bedoeld in lid 4.4.1 wordt uitsluitend verleend indien de natuurwaarden en de landschappelijke waarden van deze gronden niet in onevenredige mate worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het behoud, versterking en/of herstel van die waarden niet worden verkleind.