direct naar inhoud van 2.3 Visie op gewenste ontwikkeling
Plan: Oude Uitbreiding West (deelgebied B en C)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0610.bp15OUWdeelBC-3001

2.3 Visie op gewenste ontwikkeling

In deze paragraaf wordt de visie op het oorspronkelijke plangebied (inclusief deelgebied A) gegeven.

Algemeen

De wijk Oude Uitbreiding West wordt deels gesloopt en opnieuw opgebouwd. Dit betekent dat een vooroorlogse buurt, gelegen aan de haven, plaatsmaakt voor een nieuwe woonwijk. Het stedenbouwkundig plan (zie figuur 2.1) voorziet in ruimere woningen en er wordt bijzondere aandacht besteed aan de (her)inrichting van de openbare ruimte (parkeren, verkeer, groen en architectuur). Uitgangspunt hierbij is dat de bestaande infrastructuur zo veel mogelijk wordt gehandhaafd en een kleinschalig woonmilieu wordt gecreëerd dat zo veel mogelijk aansluit bij het bestaande karakter van de wijk.

Met de door de gemeenteraad vastgestelde Startnotitie als uitgangspunt is ervoor gekozen de huidige infra- en verkeersstructuur zoveel mogelijk te handhaven. De belangrijkste bouwvolume-elementen van het stedenbouwkundig plan zijn:

  • zo veel mogelijk grondgebonden eengezinswoningen realiseren;
  • incidenteel gestapelde bouw realiseren aan de Wilhelminastraat;
  • de gesloten bouwstructuur, waarvan de integraal ontworpen erfafscheidingen onderdeel uitmaken;
  • een breder straatprofiel in relatie tot de te bouwen volumes (meestal twee lagen met kap);
  • een kleinschalige plastische gevelstructuur door bijvoorbeeld sprongen in de gevellijn;
  • de verschijningsvorm met kappen zoals in de bestaande bebouwing.

afbeelding "i_NL.IMRO.0610.bp15OUWdeelBC-3001_0003.jpg"

Figuur 2.1: Stedenbouwkundig plan (juni 2011)

Geluidszone industrieterrein Molendijk-Industrieweg

Deelgebied B en C vallen deels binnen de geluidszone van het industrieterrein Molendijk-Industrieweg. De Drechtsteden hebben zich ontwikkeld tot een stedelijk gebied waar industrie, bedrijven en woonfuncties dicht op elkaar zitten. Om als Drechtsteden aantrekkelijk te worden en te blijven is een focus nodig op de kwaliteit van zowel woon- als werkmilieus. Om die reden is binnen de regio Drechtsteden afgesproken dat voor woningbouwplannen binnen een geluidszone per locatie een afweging wordt gemaakt.

In dit geval gaat het om een herstructurering waarbij binnen deelgebied B en C 133 woningen worden gesloopt, waarvan 68 woningen binnen de geluidszone vallen. Deze woningen worden vervangen door 152 nieuwe woningen, waarvan er 87 binnen de geluidszone vallen. Er is dus sprake van een beperkte toename van het aantal woningen binnen de geluidszone. Verlaging van dit aantal leidt tot een financieel onhaalbaar plan. Het bouwplan, dat als onderlegger heeft gediend voor het nieuwe bestemmingsplan en op basis waarvan de gemeente voornemens is om een besluit tot vaststelling van hogere grenswaarden te nemen, is in overeenstemming met de Woonvisie Sliedrecht. In de Woonvisie wordt het plangebied genoemd als herstructureringsgebied voor wonen, met behoud van de cultuurhistorische waarde.

De stedenbouwkundige functie en structuur van het gebied wijzigt niet wezenlijk. De woonfunctie met een min of meer aangesloten bebouwing langs het water komt in het nieuwe plan terug. Uit het akoestisch onderzoek (zie paragraaf 6.9) blijkt dat de woningbouwontwikkeling mogelijk is binnen het wettelijke kader van de Wet geluidhinder. Op de eerstelijnsbebouwing aan de Havenstraat en de A.W. de Landgraafstraat is (evenals in de huidige situatie) sprake van een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde. De uiterste grenswaarde uit de Wet geluidhinder wordt ter plaatse van de woningen niet overschreden. Voor het merendeel van de woningen binnen de geluidszone wordt een hogere waarde vastgesteld.

In het akoestisch onderzoek is tevens de cumulatieve geluidbelasting (inclusief wegverkeerslawaai) berekend. De meeste woningen (ook de meeste belaste woningen) beschikken over een geluidluwe (achter)gevel. Voor de woningen die geen achtergevel hebben, dient een geluidluwe buitenruimte te worden gecreëerd. Doordat de eerstelijns bebouwing langs het water hoger wordt dan de bestaande bebouwing, zal het geluidniveau vanwege industrielawaai ten noorden van de eerstelijns bebouwing lager zijn dan thans het geval is. Daar staat tegenover dat het aantal belaste woningen in de eerste lijn beperkt toeneemt ten opzichte van de huidige situatie. Het aantal woningen neemt alleen binnen bouwblok 6 toe ten opzichte van het huidige aantal woningen. Per saldo leiden de plannen niet tot een relevante wijziging van het totale aantal geluidgehinderden binnen de geluidzone. Projectontwikkelaar en woningbouwcorporatie dragen zorg voor goede objectieve voorlichting aan potentiële nieuwe bewoners over de aard van de locatie.

De beperkte toename van het aantal woningen binnen de geluidzone wordt op basis van het voorgaande aanvaardbaar geacht. In het bestemmingsplan is op zorgvuldige wijze omgegaan met de belangen van zowel de bestaande bedrijven als de toekomstige bewoners:

  • Enerzijds worden de bedrijven op het industrieterrein Molendijk-Industrieweg door de woningbouwontwikkeling niet in hun bedrijfsvoering beperkt. Bij het vast stellen van de hogere waarden wordt een marge van 2 dB(A) gehanteerd (vast te stellen hogere waarde is 2 dB(A) hoger dan de berekende waarde). Op deze wijze wordt voorkomen dat het industrieterrein Molendijk-Industrieweg 'op slot wordt gezet' door een geringe toename van de geluidbelasting door kleine wijzigingen in de overdracht, zoals reflecties ten gevolgen van nieuwbouw of het wegvallen van afscherming door sloop van gebouwen (waardoor de vastgesteld hogere waarden worden overschreden).
  • Anderzijds is in de regels geborgd dat ter plaatse van alle nieuwe woningen binnen het plangebied sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Hiertoe is in de bestemmingsregeling aangesloten bij de voorwaarden uit het gemeentelijk hogere grenswaardenbeleid.

Verkeer en infrastructuur

Langzaam verkeer

De bestaande infra- en verkeersstructuur worden zoveel mogelijk gehandhaafd, waarbij wel het totale straatprofiel wordt verbreed. In afwijking hierop wordt centraal in het plan een plein gecreëerd. De straten zullen het plein niet doorkruisen, maar worden langs de randen om de bebouwing geleid. Het plein zal wel toegankelijk zijn voor langzaam verkeer en hulpdiensten.

Autoverkeer

Om zo weinig mogelijk verkeersbewegingen in de wijk zelf te krijgen, wordt de huidige eenrichtingsverkeer structuur gehandhaafd. Dit houdt in dat het verkeer zich naar de buitenkant van de wijk verplaatst, namelijk naar de Havenstraat, de Wilhelminastraat en de A.W. de Landgraafstraat.

Parkeren

Met betrekking tot het parkeren is in het stedenbouwkundig plan het plangebied in drie deelgebieden opgedeeld. Per deelgebied is er een berekening van de parkeerbalans (Bijlage 3) gemaakt. Er kan worden geconcludeerd dat in de totale wijk een overschot is van 2,2 parkeerplaatsen. Daarnaast is er voldoende parkeergelegenheid op de laad- en loswal aan de haven, die niet is meegerekend in de parkeerbalans. Hiermee kan worden geconcludeerd dat er voldoende parkeergelegenheid in de totale wijk is, rekening houdend met de parkeerkentallen uit de ASVV 2004.

In het stedenbouwkundig plan is in de straatprofielen ruimte gereserveerd voor parkeren in het openbaar gebied. Daarnaast wordt er op een tweetal plekken in het plan een gebouwde parkeervoorziening aangebracht (1 in deelgebied A en 1 in deelgebied B). Deze gebouwde parkeervoorzieningen worden half verdiept aangebracht.

Architectuur

Het uitgangspunt is dat de architectuur van de nieuwe bebouwing moet aansluiten op de aanwezige kleinschalige kwaliteiten van de wijk. Dit betekent niet dat ze historiserend moet zijn, maar wel dat ze blijk geeft van dezelfde zorgvuldigheid in detaillering en schaal; referentiebeeld hiervoor is onder andere de nieuwbouw aan de Wilhelminastraat.

De nieuwbouw moet zich harmonieus voegen in de oude omgeving, zodat in schaal, maat, vormgeving en materiaal geen conflicten ontstaan tussen het nieuwe en dat wat is blijven staan. In de straten en op het plein moeten de gevels eenduidige architectonische verwantschap hebben, ook bij de combinatie van bestaande met nieuwe gevels.

De nieuwbouw op een straathoek mag zich in hoogte als duidelijk accent onderscheiden van de aangrenzende nieuwbouw mits de open ruimte daarvoor voldoende maat heeft.

Erfafscheidingen in de rooilijn van de straat moeten mee ontworpen worden in dezelfde architectuur als de woongebouwen; deze kunnen bijdragen aan de karakteristiek van gesloten bouwblokken.

Groen en spelen

Bomen dragen sterk bij aan de beeld- en leefkwaliteit in de wijk. Mede daarom is er voor een breder straatprofiel gekozen, zodat aan beide zijden van de straat bomen geplaatst kunnen worden.

Het plein halverwege de Julianastraat dient een groen karakter te krijgen bestemd voor kleine kinderen, voorzien van bomen maar zonder doorgaand verkeer. Dit vergrote plein komt in de plaats van de speelplaats aan de Klopstraat.

Evenals in de bestaande situatie, zullen ook in de toekomst voortuinen ontbreken. Om de overgang tussen de woningen en de bestrating te verzachten kunnen heggen geplant worden in een smalle marge voor de woning, mits sprake is van voldoende groeiruimte.