Plan: | Binnenstad herziening 2 - 2010 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0608.BP1041Binnenstad2-VG01 |
Beschermd stadsgezicht
Op 29 juli 1974 werd een gedeelte van de historische binnenstad van Schoonhoven door de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijke Werk en de staatssecretaris van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening gemeenschappelijk aangewezen als beschermd stadsgezicht als bedoeld in (huidig) artikel 35 van de Monumentenwet 1988. Voor het betreffende gebied is overwogen:
dat Schoonhoven, gemeente Schoonhoven, als goed bewaard voorbeeld van een
origineel type van stadsvorming met een rivierhaven als stadscentrum, waarvan het
stratenpatroon dateert uit het begin van de 15e eeuw, een beeld oplevert, dat
van belang is vanwege het karakter en de schoonheid ervan, hetgeen
onder meer tot uitdrukking komt in de met bomen beplante gracht, oevers
en profiel van de stoepen, alsmede in zijn vele beschermde
monumenten en de voor een groot gedeelte nog gaaf bewaarde historische
verdedigingswerken.
De aanwijzing heeft gevolgen voor het gebruik en de vormgeving van panden en terreinen binnen het beschermde stadsgezicht. Doel van de aanwijzing is namelijk de karakteristieke,
met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en ruimtelijke kwaliteit van het gebied te onderkennen als zwaarwegend belang bij de verdere ontwikkelingen binnen het gebied. De aanwijzing beoogt op die wijze een basis te geven voor een ruimtelijke ontwikkeling die inspeelt op de aanwezige kwaliteiten, daarvan gebruik maakt en daarop voortbouwt.
De aanwijzing tot beschermd stadsgezicht is niet bedoeld om de bestaande toestand in al zijn facetten te 'bevriezen'. Een stad moet immers leven en monumentenzorg is iets anders dan een openluchtmuseum. Bovendien kunnen nieuwe ontwikkelingen leiden tot behoud van waardevolle aspecten binnen het gebied. Voor zover bebouwing en openbare ruimte echter aangemerkt zijn als waardevol - en als zodanig ook in de aanwijzing zijn beschreven - is het wel de bedoeling om de toekomstige ontwikke-lingsmogelijkheden van gebouwen en terreinen hierop af te stemmen. Het beschermd stadsgezicht vormt in dit verband een historische stedenbouwkundige eenheid. De opgave is om bij nieuwe ontwikkelingen die eenheid zoveel mogelijk te versterken.
De volledige toelichting met betrekking tot de aanwijzing van het betreffende deel van de binnenstad tot beschermd stadsgezicht is te vinden als bijlage bij het bestemmingsplan Binnenstad.
te beschermen waarden
Op grond van de aanwijzing wordt bij de verdere indeling in het voor aanwijzing voorgestelde gebied, op grond van het historische karakter, de volgende indeling in drie klassen gegeven:
Klasse A: gebieden van groot belang vanwege het patroon van de straten en grachten, het profiel van de openbare ruimte en de afmeting en vormgeving van de bebouwing (hoogte, breedte, gevelindeling en bekappingen), be-nevens de aard van de toegepaste materialen.
Tot klasse A worden gerekend: Haven-Oude Haven en Voorhaven-Tol;
Klasse B: gebied van belang vanwege het patroon van straten en grachten, de rooilijnen van de bebouwing aan de openbare ruimten en de "schaal" van de bebouwing.
Tot klasse B worden gerekend: de Korte Dijk en het zuiden hiervan gelegen gebied tot de lek, de Koestraat, de Lopikerstraat, het Doelenplein, de Oude Singel en de Grote Gracht.
Klasse C: gebied van belang vanwege de hoofdstructuur van straten en wegen, benevens de hoogte van de bebouwing.
Tot klasse C worden de overige straten met aanliggende bebouwing in het binnenstadgebied gerekend, voor zover dit binnen de aangegeven begrenzing is gelegen.
globaal overzicht beschermd stadsgezicht
Aan de hand van de toelichting behorende bij de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht, dienen de volgende waardevolle aspecten en elementen te worden beschermd:
de stedenbouwkundige opzet
de bebouwing- en inrichtingskenmerken
Artikel 36 van de Monumentenwet bepaalt dat de benodigde bescherming moet wor-den geregeld in een bestemmingsplan. Het bestemmingsplan Binnenstad herziening 2 - 2010 bevat derhalve ook een extra regeling waarmee die bescherming kan worden gerealiseerd.
Binnen het plangebied bevinden zich een aantal kleine wijzigingen die vallen binnen het beschermd stadsgezicht. De waarden zijn op de verbeelding opgenomen middels een aanduiding. In de regels is hieraan een aanlegvergunningenstelsel gekoppeld om de waarden te beschermen.
Archeologie
Op de Cultuurhistorische kaart van de provincie Zuid-Holland zijn de gebieden Spoorsingel 13 en Oranjeplaats, wat betreft de mogelijke of verwachte aanwezigheid van archeologische waarden aangemerkt als locaties met een 'middelhoge trefkans', de overige gebiedjes in het plan als locaties met een 'hoge trefkans'.
Met name in de de gebieden Spoorsingel 13 en Oranjeplaats maakt het plan de bouw van nieuwe woningen en eventuele andere gebouwen mogelijk.
Bij nieuwe ontwikkelingen in het plangebied, die een mogelijke verstoring van het bodemarchief kunnen veroorzaken, dient ten minste een nader verkennend archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd om de mogelijk aanwezige archeologische waarden in het bodemarchief in beeld te brengen.
In lijn met met de door de provincie gestelde eisen aan de regeling in het bestemmingsplan met betrekking tot de bescherming van archeologische (verwachtingswaarden) zijn in het plan twee dubbelbestemmingen opgenomen, 'Waarde - Archeologie 1' voor de gebieden met een hoge trefkans, en 'Waarde - Archeologie 2' voor de gebieden met een middelhoge trefkans.
Beide bestemmingen zijn voorzien van de nodige beschermingsbepalingen.