Plan: | Hoek van Holland - Woongebied |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0599.BP1051HvHWoongeb-oh02 |
De ontwikkellocaties in het plangebied zijn gelegen in de polder Hoek van Holland in het beheersgebied van Hoogheemraadschap van Delfland. In het oosten van de polder wordt het water afgevoerd naar de Krimsloot en de Nieuwe Waterweg. In de nabijheid van de ontwikkellocaties is vrijwel geen water aanwezig dat aansluit op het watersysteem van de polder. Alleen de Krimsloot grenst aan de ontwikkellocatie Lemaireweg.
Binnen het plangebied liggen meerdere peilbuizen waar de grondwaterstanden regulier worden gemeten. In de directe omgeving van de ontwikkellocaties bevinden zich enkele peilbuizen. Het maaiveldniveau ligt hier gemiddeld op circa N.A.P. + 3,10 meter. De gemeten waterstanden variƫren van N.A.P. + 1,08 meter en N.A.P. + 1,87 meter.
De ontwateringsdiepte (verschil tussen grondwaterstand en maaiveld) varieert dus ongeveer van 1,1 tot 2 meter. Deze is hiermee groot genoeg, zodat geen grondwateroverlast wordt verwacht.
Waterkeringen
Aan de zuidzijde grenst het plangebied aan een primaire waterkering, de Delflandsedijk. Aan de oostzijde grenst het gebied aan een regionale waterkering (polderkade langs de Krimsloot).
De primaire waterkering aan de zuidzijde betreft een deel van de zeedijk van Hoek van Holland tot aan de Maeslantkering. In de leggertekst van Delfland wordt aangegeven wat de beschermingszone en het profiel van vrije ruimte is.Schematisch is dit weergegeven in de onderstaande figuur.
Figuur: Schematische weergave waterkeringenbeleid HHvD.
Waterveiligheid: Gevolgen van een overstroming.
Om het gevolg van een overstroming te kunnen bepalen zijn meerdere aspecten van belang, zoals de locatie waar de overstroming plaatsvindt, de afstand tot de waterkering en de maaiveldhoogtes in het gebied. Onafhankelijk van de eerste twee aspecten heeft de provincie Zuid-Holland voor de gehele provincie berekend welke delen van de provincie in de huidige situatie bij hoog water onder water lopen en welke overstromingsdiepte er op de kwetsbare locaties bereikt kan worden.
Met name het noordoostelijk deel van het plangebied is gevoelig voor overstromingen. Maatregelen zijn op dit moment niet aan de orde. Het zuidwestelijk deel is de verwachting dat er geen water blijft staan.
De ontwikkelingen binnen het plangebied vallen binnen rioleringsdistricten 14 (Kaapweg) en 15 (Krimsloot). In dit bemalingsgebied ligt voornamelijk een gemengd rioolstelsel, waarbij afval- en hemelwater gezamenlijk worden afgevoerd. Zowel rioleringsdistrict 14 als 15 voeren het water via het hoofdgemaal direct af naar AWZI Hoek van Holland. De hoofdgemalen hebben daarnaast de mogelijkheid om via een aparte persleiding (overstortbemaling) water direct af te voeren naar een buitendijkse overstort. De vuilwateroverstorten in het bestemmingsplan liggen in het noordoosten van het plangebied. In het zuiden van het plangebied ligt geen oppervlaktewater en dus ook geen vuilwateroverstort.