direct naar inhoud van 3.4 Natuur
Plan: Donckse Velden
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0597.BPSLIK2010DoncVeld-OH01

3.4 Natuur

Het plangebied bestaat ecologisch gezien uit twee delen. Eén deel is het landgoed met een oud landschapspark en een wandelgebied ten oosten van het landgoed. Ten westen van de Donckselaan ligt een veel meer divers gebied met akkers, een volkstuinencomplex, (zeer groene) tuinen, opgaande beplanting en langs de Blaakwetering, in het noordwesten van het plangebied, een wandelgebied.

Op 27 september 1979 is een groot gedeelte van het landgoed Huys ten Donck aangewezen als natuurmonument in de zin van de Natuurbeschermingswet. Binnen het plangebied bevinden zich hier ook veruit de meeste ecologische waarden. In het bos bevindt zich een reigerkolonie en zijn 79 soorten paddenstoelen van de Rode Lijst aangetroffen. Veel paddenstoelen kunnen worden aangetroffen op de polderkade die in het zuidelijk deel van het landgoed van west naar oost loopt. De oude bomen en gebouwen in het plangebied kunnen plaats bieden aan vleermuiskolonies en/of foerageergebied vormen en/of onderdeel zijn van migratieroutes van de gewone en ruige dwergvleermuis, watervleermuis, rosse vleermuis, laatvlieger en grootoorvleermuis.

In het plangebied broeden verschillende vogelsoorten van bos, water en tuin. Waargenomen soorten zijn: ijsvogel, boomklever, ransuil, bosuil, buizerd, bruine kiekendief, koekoek, grauwe vliegenvanger, bosrietzanger, holenduif, winterkoning, roodborst, heggenmus, zanglijster, merel, zwartkop, tjiftjaf, koolmees, pimpelmees, boomkruiper, spreeuw, huismus, vink, grote bonte specht en groene specht. In de watergangen binnen het plangebied zijn watervogels als meerkoet, waterhoen en wilde eend te verwachten.

Tussen de laanbeplanting, in de bermen en/of in groenstroken heeft de beschermde brede wespenorchis mogelijk groeiplaatsen binnen het plangebied. Groeiplaatsen van de beschermde zwanenbloem zijn naar verwachting in de watergangen aanwezig. Het ruige plantsoen biedt mogelijk groeiplaatsen aan de beschermde grote kaardenbol.

Daarnaast komen mol, egel, gewone bosspitsmuis, dwergspitsmuis, huisspitsmuis, veldmuis, bosmuis, hermelijn, rosse woelmuis, wezel, konijn, kleine watersalamander, gewone pad, bruine, groene kikker en kleine modderkruiper voor.

Vermeldenswaard is het bij de buitenplaats behorende buitendijkse griend. Deze griend wordt als uiterst waardevol bestempeld. Deze griend is één van de weinige plaatsen waar de getijdenwerking sinds de afsluiting van het Haringvliet niet of nauwelijks is veranderd. Soorten die hier voorkomen zijn: lancetbladig kruiskruid, moeraswespenorchis, bosbies, groot springzaad, bittere veldkers en zomerklokje.