direct naar inhoud van 6.3 Luchtkwaliteit
Plan: Driebruggen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0595.KernDriebruggen10-BP80

6.3 Luchtkwaliteit

Beleid en normstelling

Wet luchtkwaliteit

Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door de Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen (kortweg Wet Luchtkwaliteit, Wlk). De Wlk bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. In de ruimtelijke ordeningspraktijk zijn langs wegen met name de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 6.3 weergegeven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet.

Tabel 6.3 Grenswaarden maatgevende stoffen Wlk

stof   toetsing van   grenswaarde   geldig vanaf  
stikstofdioxide (NO2)   jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³   2010  
fijn stof (PM10)1)   jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³   2005  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer p.j. meer dan 50 µg/m³   2005  
  • 1. Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).

Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit (zoals de vaststelling van een bestemmingsplan) uitoefenen indien:

  • de bevoegdheden/ontwikkelingen niet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden (lid 1 onder a);
  • de concentratie in de buitenlucht van de desbetreffende stof als gevolg van de uitoefening van die bevoegdheden per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft (lid 1 onder b1);
  • bij een beperkte toename van de concentratie van de desbetreffende stof, door een met de uitoefening van de betreffende bevoegdheid samenhangende maatregel of een door die uitoefening optredend effect, de luchtkwaliteit per saldo verbetert (lid 1 onder b2);
  • de bevoegdheden/ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht (lid 1 onder c);
  • het voorgenomen besluit is genoemd of past binnen het omschreven Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of een vergelijkbaar programma dat gericht is op het bereiken van de grenswaarden (lid 1 onder d).

Besluit niet in betekenende mate bijdragen (nibm)

In het Besluit niet in betekenende mate (nibm) zijn gevallen aangewezen, waarbij de gevolgen voor de luchtkwaliteit niet aan de grenswaarden hoeven te worden getoetst. Er worden 2 situaties onderscheiden:

  • een project heeft een effect van minder dan 1% van de jaargemiddelde grenswaarde NO2 en PM10;
  • een project valt in een categorie die is vrijgesteld aan toetsing aan de grenswaarden; deze categorieën betreffen onder andere woningbouw met niet meer dan 500 woningen bij een ontsluitingsweg (of 1.000 bij twee ontsluitingswegen met gelijkmatige verkeersverdeling) en kantorenlocaties met niet meer dan 33.333 m² bruto vloeroppervlak bij een ontsluitingsweg (of 66.6667 m² bij 2 ontsluitingswegen met gelijkmatige verkeersverdeling).

In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het opstellen van een bestemmingsplan uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens tevens rekening gehouden met de luchtkwaliteit.

Onderzoek en resultaten

Omdat de vaststelling van dit bestemmingsplan geen relevante gevolgen heeft voor de luchtkwaliteit is toetsing aan de grenswaarden van de Wlk niet nodig.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt wel inzicht gegeven in de luchtkwaliteit ter plaatse van het plangebied. Uit de resultaten van de meest recente Rapportage Luchtkwaliteit kan worden opgemaakt dat er (in het onderzoeksjaar 2006) alleen sprake is van overschrijding van de grenswaarde voor stikstofdioxide (NO2) rond de rijksweg A12 tot maximaal 60 m vanaf de weg. Het plangebied ligt op ruim 2 km van de A12.

Aangezien langs de drukste en meest maatgevende wegen binnen de gemeente wordt voldaan aan de grenswaarden uit de Wlk, dan zal dit in de rest van de gemeente ook het geval zijn. De concentraties luchtverontreinigende stoffen worden immers lager naarmate locaties verder van de wegas liggen.

Conclusie

Het bestemmingsplan wordt niet beperkt door het aspect luchtkwaliteit. Er wordt voldaan aan de grenswaarden van de Wlk. Het plan voldoet uit het oogpunt van luchtkwaliteit aan de eisen van een goede ruimtelijke ordening.