Plan: | Landelijk gebied Oudewater & Willeskop |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0589.000006-0711 |
In deze paragraaf wordt ingegaan op de ontwikkelingsmogelijkheden van bestaande, niet-agrarische bedrijven. De bestaande niet-agrarische bedrijven, voor zover niet illegaal gevestigd, hebben de bestemming "Bedrijf" gekregen. Een uitzondering hierop wordt gevormd door de partyboerderij aan de Hoenkoopse Buurtweg. Dit bedrijf heeft een aparte bestemming "Horeca" gekregen. Bedrijven zijn concreet begrensd, de vorm van de bouwvlakken is zodanig gekozen dat bestaande doorzichten zo min mogelijk worden aangetast.
Aan de bestaande niet-agrarische bedrijven wordt enig ontwikkelingsperspectief geboden. Dit dient in voorkomende gevallen te gebeuren met in achtneming van de ruimtelijke waarden in het gebied. Op basis van vaste jurisprudentie kan niet zonder meer worden volstaan met het vastleggen van de bestaande bebouwing. Met het oog op het toekomstperspectief van de bedrijven is getoetst in hoeverre enige uitbreidingsmogelijkheid kan worden geboden aan de bedrijven. De maximaal toelaatbare oppervlakte aan bebouwing ten behoeve van niet-agrarische bedrijven, bestaat uit de bebouwing die aanwezig is op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, vermeerderd met 10%. De maximale maatvoering is per perceel aangegeven in de regels.
Nieuwvestiging van bedrijven, anders dan in vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen, wordt in dit bestemmingsplan niet mogelijk gemaakt.
In dit bestemmingsplan is gebruik gemaakt van een zogenaamde Staat van Bedrijfsactiviteiten. Met behulp van een indeling in categorieën is aangegeven of de milieubelasting van een bedrijf of bedrijfsactiviteit toelaatbaar kan worden geacht. Gelet op de aard en de omvang van het plangebied is het niet wenselijk om bedrijven uit hogere categorieën dan 1 en 2 uit de Staat van Bedrijfsactiviteiten als vervolgfunctie toe te staan, wanneer bedrijven met hun huidige bedrijfsvoering stoppen.
Momenteel komen in het plangebied niet-agrarische bedrijven voor, die behoren tot een hogere categorie dan milieucategorie 2. Het is om milieuhygiënische en financiële redenen niet noodzakelijk en direct gewenst deze bedrijven te beëindigen. Deze bedrijven zijn apart aangeduid. Dit betekent dat bij bedrijfsbeëindiging op deze locaties, zich alleen nog een gelijksoortig bedrijf kan vestigen of een bedrijf dat past binnen de algemene toelaatbaarheid (categorie 1 of 2).