Landelijk Gebied Binnenmaas

Artikel 17 Sport

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. sportactiviteiten ter plaatse van de aanduidingen:
  • 1. 'specifieke vorm van sport - handboogsport': uitsluitend handboogsport;
  • 2. 'specifieke vorm van sport - manege 1': uitsluitend een manege en handboogschietbaan;
  • 3. 'specifieke vorm van sport - manege 2': uitsluitend een manege;
  • 4. 'sportveld': uitsluitend een sportveld;
• b. één bedrijfswoning met bijgebouwen per bestemmingsvlak, met dien verstande dat:
  • 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
  • 2. mantelzorg in de bedrijfswoning is toegestaan;
  • 3. aan huis verbonden beroepen in de bedrijfswoning en de bestaande bijgebouwen zijn toegestaan met een vloeroppervlakte van maximaal 30% van het vloeroppervlak van de bedrijfswoning en bijgebouwen tot maximaal 50 m2 per bedrijfswoning;
  • 4. aan huis verbonden bedrijven in de bedrijfswoning en de bestaande bijgebouwen zijn toegestaan met een vloeroppervlakte van maximaal 30% van het vloeroppervlak van de bedrijfswoning en bijgebouwen tot maximaal 50 m2 per bedrijfswoning;
  • 5. bed & breakfast in de bedrijfswoning is toegestaan;
• c. water en voorzieningen voor de waterhuishouding;

met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen.

17.2 Bouwregels

Uitsluitend de volgende bouwwerken zijn toegestaan:

• a. binnen het bouwvlak:
  • 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - handboogsport': gebouwen met een goothoogte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 9 m en een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 153 m2;
  • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - manege1': gebouwen met een bouwhoogte van maximaal 9 m en een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 533 m2;
  • 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - manege2': gebouwen met een bouwhoogte van maximaal 9 m en een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 2.233 m2;
  • 4. ter plaatse van de aanduiding 'sportveld': gebouwen met een goothoogte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 9 m en een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 500 m2;
  • 5. een bedrijfswoning met bijgebouwen, met dien verstande dat:
    a. herbouw van een bedrijfswoning uitsluitend is toegestaan op de bestaande locatie binnen het bestemmingsvlak;
    b. de inhoud van een bedrijfswoning met bijgebouwen gezamenlijk maximaal 775 m3 bedraagt dan wel de bestaande grotere inhoud;
    c. de goothoogte van bedrijfswoningen maximaal 6 m bedraagt dan wel de bestaande grotere goothoogte;
    d. de bouwhoogte van bedrijfswoningen maximaal 9 m bedraagt dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
    e. de goothoogte van bijgebouwen bij bedrijfswoningen maximaal 3 m bedraagt dan wel de bestaande grotere goothoogte;
    f. de bouwhoogte van bijgebouwen bij bedrijfswoningen maximaal 6 m bedraagt dan wel de bestaande grotere bouwhoogte;
• b. binnen de gehele bestemming:
  • 1. ter plaatse van de aanduiding 'sportveld': ballenvangers met een bouwhoogte van maximaal 9 meter;
  • 2. lichtmasten met een bouwhoogte van maximaal 8 m, dan wel de bestaande grotere hoogte;
  • 3. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een bouwhoogte van maximaal 2 m, dan wel de bestaande grotere hoogte.

17.3 Afwijken van de bouwregels

17.3.1 Vergroten oppervlakte gebouwen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 17.2 onder a voor het vergroten van de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

• a. de vergroting mag maximaal bedragen 10% van de toegestane oppervlakte met een maximum van 200 m2;
• b. de vergroting mag niet tot gevolg hebben dat hiermee de totale inhoud met meer dan 10% toeneemt;
• c. aangetoond moet worden dat (gedeeltelijke) verplaatsing van de functie naar een geschiktere locatie niet mogelijk is;
• d. het bepaalde in artikel 17.2 onder a met betrekking tot de maximale bouwhoogte en goothoogte is van toepassing;
• e. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
• f. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.

17.3.2 Herbouw bedrijfswoning

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 17.2 sub a onder 5 sub a voor de herbouw van een bedrijfswoning op een andere dan de bestaande locatie, met inachtneming van tenminste de volgende voorwaarden:

• a. de nieuwe locatie moet in stedenbouwkundig, ruimtelijk, milieuhygiënisch en/of verkeerstechnisch opzicht een verbetering ten opzichte van de oude locatie vormen;
• b. er moet zekerheid bestaan omtrent het afbreken van de bestaande bedrijfswoning;
• c. de herbouw dient qua verschijningsvorm aan te sluiten op de bouwvorm van de streekeigen bebouwing en op het landelijk karakter van het gebied;
• d. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
• e. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.

17.4 Afwijken van de gebruiksregels

17.4.1 Mantelzorg

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 17.1 voor het toestaan van mantelzorg in bestaande bijgebouwen bij de bedrijfswoning dan wel het toestaan van extra aan- of uitbouwen of vrijstaande bijgebouwen ten behoeve van mantelzorg, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

• a. de noodzaak van de mantelzorg dient te worden aangetoond;
• b. de oppervlakte aan extra gebouwen bedraagt maximaal 75 m2 en de bouwhoogte maximaal 3,5 m;
• c. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
• d. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.

17.4.2 Bed & breakfast in bijgebouwen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 17.1 voor het toestaan van bed & breakfast in bestaande karakteristieke, historisch waardevolle bijgebouwen of vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

• a. de betreffende gebouwen vertonen een duidelijke ruimtelijke samenhang met het hoofdgebouw;
• b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in de omgeving aanwezige functies en waarden;
• c. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.