Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Voscuyl en Bloemenbuurt
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0579.BPVoscuyl-VA01

2.3 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie Oegstgeest 2005-2020
De structuurvisie Oegstgeest 2005-2020 vormt tot 2020 de integrale leidraad voor de beoordeling van ruimtelijke ontwikkelingen binnen Oegstgeest en geeft richting aan nieuwe bestemmingsplannen. De structuurvisie is op 30 juni 2005 vastgesteld door de gemeenteraad. De structuurvisie biedt een kader voor de toekomstige ontwikkelingen van Oegstgeest. De visie is geen volledig uitgewerkt plan, het vormt een sturingskader op hoofdlijnen. Het moet dan ook gevolgd worden door uitwerkingsplannen (bestemmingsplannen, bouwplannen) en eventueel aangevuld worden met aangepast sectoraal beleid. De structuurvisie geeft de grenzen van de planvorming aan: waar en hoe kunnen zich ruimtelijke ontwikkelingen voordoen in de komende 15 tot 20 jaar.
 
De Structuurvisie geeft op hoofdlijnen richting aan de dynamiek binnen de gemeente, waarbij het evenwicht tussen natuur, wonen en economie behouden dient te blijven. Voor de toekomst wil Oegstgeest in de eerste plaats haar bestaande kwaliteiten als woongemeente behouden en versterken. Daarbinnen wil de gemeente bijdragen aan regionale vraagstukken als het leveren van een aantrekkelijk vestigingsklimaat en ruimte voor bedrijven, de ontwikkeling van natuur- en recreatiegebieden en het op peil houden van het voorzieningenaanbod. Uitbreiding van het woningaanbod is alleen mogelijk als het past binnen het dorpse karakter. Er mag binnen de bebouwde kom alleen gebouwd worden op herstructureringslocaties. Binnen de uitbreiding van het woningaanbod heeft het huisvesten van de groeiende groep ouderen en starters (jongeren) prioriteit.
 
Visiekaart Structuurvisie (2005) 
 
Oegstgeest in beweging, Het levende Dorp, Visiedocument 2020 (2011)
De gemeente blijft ook in de toekomst streven naar een goed en evenwichtig leefklimaat. De goede mix van wonen, werken en leven wil de gemeente ook in 2020 koesteren. Er dient een goede balans te zijn tussen rust en reuring.
Om dit te bereiken zoekt Oegstgeest naar samenwerking met inwoners, buurgemeenten en lokale en regionale partners. Dienstverlening en kwaliteit van beleid staan in de gemeente hoog in het vaandel.
Oegstgeest zal zich steeds nadrukkelijker profileren als een proactieve partner, die zich inspant voor een sterke regio. Om dit toekomstbeeld waar te maken, benoemt het college vier hoofdthema’s, die als een rode draad door deze visie zijn verweven. 
  1. Benutten van potentieel
    : In 2020 worden de bronnen van het dorp optimaal benut. De gemeente  onderscheidt enerzijds het fysieke potentieel, waaronder het groen, het water en de gebouwen en monumenten. Anderzijds beschikt de gemeente ook over het potentieel van de inwoners, gekenmerkt door een relatief hoog opleidingsniveau, actief ondernemerschap en een goed georganiseerd sociaal netwerk. Al die bronnen wil de gemeente in de toekomst aanspreken om de gemeentelijke ambities te realiseren.
  2. Gemeente als meewerkkracht
    : De gemeentelijke organisatie heeft de inwoners en partners hard nodig om het aantrekkelijke woon-, werk- en leefklimaat van Oegstgeest in stand te houden. De gemeente wil een rol vervullen als actieve meewerkkracht, die alle betrokken partijen motiveert, faciliteert en ondersteunt om het potentieel van ons dorp aan te wenden.
  3. Verbindingen leggen
    : Als moderne overheid streeft de gemeente Oegstgeest een gelijkwaardige samenwerkingsrelatie met inwoners en partners na. De gemeente brengt mensen, initiatieven en belangen bij elkaar om zo de gewenste ontwikkelingen tot stand te brengen. Ook de fysieke verbinding wordt gelegd door wegen, groen en water op elkaar aan te sluiten.
  4. Duurzaamheid
    : De gemeente en de gemeenschap zetten zich bewust in om invulling te geven aan het begrip duurzaamheid. In de fysieke zin spant de gemeente zich in om het milieu zo min mogelijk te belasten. In de sociale zin wordt geprobeerd het aantal kansarmen, zowel hier als elders op de wereld, te verminderen en maakt men zich  hard voor maatschappelijke verantwoord ondernemen. De gemeente geeft op beide vlakken het goede voorbeeld door duurzaamheid te integreren in alles wat zij doet.
In het visiedocument wordt expliciet aandacht besteed aan de groenstructuur. De groenstructuur en de prominente rol van het water zijn zeer bepalend voor de kwaliteit van wonen, werken en leven. De gemeente wil inwoners meer bij het beheer, het onderhoud en de inrichting van het groen betrekken. Oegstgeest dient uit te groeien tot een verbindende schakel in de regionale groen- en waterstructuur, waardoor er in de regio een doorgaande groene zone ontstaat. De gemeente stimuleert een gevarieerd en levendig gebruik van de omliggende natuur, door langs (water)routes en plassen kansen te bieden aan ondernemers, bijvoorbeeld voor kleinschalige horeca, schooltuinen, een dorpsboomgaard of een kinderboerderij.
 
Groenbeleidsplan (2011)
Het Groenbeleidsplan vormt het kader voor hoe in Oegstgeest het gewenste groen en blauw er uit zal zien. Het geeft richting aan toekomstige (her)inrichtingen, omvormingen en eventuele uitbreidingen van het openbaar groen. Uitgangspunten zijn:
  • het in stand houden en ontwikkelen van de groenstructuur in Oegstgeest en aansluiting op regionale groenstructuren;
  • het bewaken en verhogen van de kwaliteit en duurzaamheid;
  • het optimaliseren van de gebruikswaarde van het groen;
  • voorlichting.
In het Groenbeleidsplan heeft de gemeente Oegstgeest het streven naar behoud en versterking van de hoofdgroenstructuur verwoord. Dit streven staat ook centraal in de “Structuurvisie Oegstgeest 2005 – 2020”. De hoofdgroenstructuur is voor een groot deel historisch bepaald. De waterlopen (blauwe structuur) en de bos- en landgoederen zijn de belangrijkste onderdelen van de hoofdgroenstructuur. Deze structuur sluit aan op de bovenlokale groenblauwe structuur. Langs de randen van de gemeente Oegstgeest zijn drie omvangrijke groene zones te onderscheiden die van regionaal belang zijn. Binnen Oegstgeest zijn een aantal groene elementen van formaat te onderscheiden die op een lager schaalniveau de groene dooradering van de gemeente vormen. Op een lager niveau zijn er de wegen die de groenvoorzieningen van hogere orden verbinden. Zowel de recreatieve en educatieve, als de ecologische functie van de hoofdgroenstructuur wordt van belang geacht. Om dit streven nader uit te werken zijn in het Groenbeleidsplan projecten geformuleerd.
  
Zones in de hoofdgroenstructuur
 
Voor het plangebied is het volgende van belang. 
  1. A44-zone
    (langgerekte structuur langs de A44 met uiteenlopende functies)
    Deze structuur bestaat uit bomen, struiken en planten langs en rond de sportvelden van de Voscuyl (26) en gaat naar het noorden toe over in volkstuinen langs de Pastoorswetering (27), kleine graslandpercelen en het Oegstgeesterkanaal (33). Het sluit daar aan op groene open gebieden langs de Haarlemmerstraatweg (28) en maakt vervolgens de oversteek over de A44 naar de Elsgeesterpolder. Niet alle delen van het gebied hebben een hoge natuurwaarde maar het gebied is een belangrijke verbinding tussen de zuidelijke en noordelijke groene zones. De in het gebied liggende Pastoorswetering kan weer meer herkenbaar gemaakt worden.
  2. Oegstgeesterkanaalzone
    (verbindingszone tussen Poelmeer en Morsebelzone)
    Langs het Oegstgeesterkanaal (33) ligt aan weerszijden een strook openbaar groen. De noordzijde wordt gedeeltelijk natuurlijk beheerd. Er is een toenemende behoefte aan recreatieruimte dicht bij huis. De noordoever is niet overal toegankelijk voor wandelaars. Hier wordt een wandelpad aangelegd waarmee het gebied recreatief wordt ontsloten. Dit wandelpad legt enerzijds een verbinding met het wandelpad richting het Boerhaaveplein en verder naar het Groene Kerkje, in de andere richting met de wandelroute langs de Haarlemmertrekvaart en vervolgens naar de Klinkenbergerplas.
  3. Hofdijckzone
    (verbindingszone tussen Voscuyl en Oud Poelgeest)
    Deze zone verbindt het drogere Bos van Wijckerslooth (35) met het landgoed van Oud Poelgeest (8). Deze verbindingszone doorkruist het plangebied enkel in de groenzone tussen de M.H. Tromplaan en de Hofdijck (36). Daar het plangebied bevalt slecht een zeer beperkt deel van deze boomrijke verbindingszone. De Hofdijckzone verdient ecologisch versterking.
  4. Irispark - Morsebelzone
    (verbindingszone tussen de Hofdijck en het MEOB-terrein)
    Deze zone loopt van de Hofdijck naar de oude singelstructuur in Haaswijk (oud cultuurelement), langs Poelsteeg (42) en het Componistenpad (44) en daarna weer in zuidelijke richting afbuigend naar het Oegstgeesterkanaal (33). De zone wordt gevormd door een aaneenschakeling van groene elementen: het park langs de Admiraal de Ruyterlaan (40) – Irispark (41) – Frans Halslaan /Narcissenlaan, en ten noorden van het Oegstgeester kanaal Poelsteeg (42) - F.B.Hotzpark (43) - de boog van het Componistenpad etc. (44) - Mien Ruyspark (45) - groenstrook langs het MEOB-terrein (46). De zone is sterk afwisselend wat betreft bomen en ondergroei met als vaste component water in de vorm van vijvers en sloten.
Milieubeleidsplan 2011-2014 (2011)
Het algemene kader voor het milieubeleid van de gemeente Oegstgeest is vastgelegd in het Milieubeleidsplan 2011-2014: “Duurzaamheidagenda Samenwerken en Verbinden” (november 2011) . Dit beleid kent een directe relatie met de ruimtelijke ordening, bijvoorbeeld met betrekking tot de doelstellingen voor duurzame inrichting, voor duurzame (steden-)bouw, alsook voor het klimaat en energiebesparing.
 
Oegstgeest komt op voor een goede leefomgeving, voor veiligheid en duurzaamheid. Duurzaamheid is daarbij de ideale mix van ecologische, economische en sociale belangen voor onze gemeente voor de lange termijn. De gemeente werkt hier al lang aan en gaat met deze Duurzaamheidsagenda 2011-2014 een nieuwe stap maken die gaat leiden tot veel concrete acties. De gemeente wil vooral zo veel mogelijk duurzaamheidkansen benutten.
 
We willen wonen in een gezonde en veilige leefomgeving. We leven echter in een sterk verstedelijkt gebied met veel infrastructuur en bedrijvigheid. Weg-, trein- en vliegverkeer, het vervoer van gevaarlijke stoffen en bedrijfsactiviteiten zijn geregeld zodat ze geen gevaar voor onze gezondheid en veiligheid vormen. De gemeente zorgt er voor dat dit ook zo blijft. Dat betekent aandacht voor luchtkwaliteit en geur, voor geluid en verkeer maar ook voor bedrijfsactiviteiten en het gebruik en vervoer van gevaarlijke stoffen. De bodemkwaliteit moet geschikt zijn om op te wonen. En voor de samenleving moet de informatie hierover eenvoudig beschikbaar zijn.
 
De gemeente en de Milieudienst zorgen er voor dat de bedrijven werken conform de meest actuele regels. Dit betekent dat bedrijven een actuele vergunning hebben of conform Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB) werken (zoals het Activiteitenbesluit, Besluit Landbouw, Besluit glastuinbouw).
 
Mobiliteit veroorzaakt vaak geluidproductie en emissie van lucht verontreinigende stoffen. Dat mag niet tot overlast leiden. Verkeersbewegingen en vervoer van stoffen kunnen tot veiligheidsrisico’s leiden. Die risico’s wil de gemeente tot een minimum beperken. Duurzame mobiliteit is ook onderdeel van ons klimaat- en energiebeleid en van het beleid voor luchtkwaliteit en geluid. Het is ook een aandachtspunt bij duurzame inrichting.
 
Een groene omgeving draagt bij aan een gezonde leefomgeving en heeft een belangrijke recreatieve functie. De gemeente wil die groene omgeving daarom beschermen waar nodig. Het kan gaan om natuur, maar ook over agrarisch gebied. Landelijke geuren kunnen echter ook negatief worden beleefd. Overlast in dat kader zal de gemeente tegengaan en voorkomen. Er wordt gewerkt aan de vitaliteit en de uitbreiding van de groene gebieden.
     
Ecologische verbindingen in Oegstgeest (2007)
Deze rapportage verschaft inzicht in de huidige biodiversiteit binnen de gemeente en gaat na hoe de biodiversiteit binnen de gemeente kan worden versterkt. De rapportage is een eerste aanzet tot een verandering in beheer op basis waarvan de gemeente Oegstgeest keuzes kan maken. De landgoederen zijn de kroonjuwelen binnen de gemeente. Het beheer moet gericht zijn op instandhouding van de landgoederen. In samenwerking met de stichtingen die de landgoederen in eigendom hebben zou tot een gezamenlijk beheerplan gekomen kunnen worden. Het overige groen in de gemeente is vrij eenvormig. De inzet van de gemeente moet zich richten op verbetering van ecologische verbindingen, door omvorming en een natuurlijker beheer van de groene zones en watergangen.
 
Terrassenbeleid gemeente Oegstgeest 2005
Het terrassenbeleid gemeente Oegstgeest 2005 is door burgemeester en wethouders op 8 november 2005 gewijzigd vastgesteld en op 1 januari 2006 in werking getreden. In het terrassenbeleid zijn beleidsregels opgenomen die betrekking hebben op het plaatsen, uitstraling, situering en openingstijden van terrassen. De beleidsregels uit het terrassenbeleid zijn van toepassing op het plaatsen van terrassen op de openbare weg, waarbij het niet relevant is of een terras op eigen terrein of op gemeentegrond is gesitueerd. Als een terras voor klanten bereikbaar is, en dus voor het publiek toegankelijk, dan dient een terrasvergunning aanwezig te zijn. Slechts voor terrassen in particuliere tuinen geldt het terrassenbeleid niet. Tevens wordt verwezen naar de Algemene Plaatselijk Verordening van de gemeente Oegstgeest.
 
Archeologische Waardenkaart/erfgoedverordening
Zie hoofdstuk 4.
 
Erfgoedverordening 2010
Naast de Monumentenwet 1988 worden monumenten waaronder de dorpsgezichten ook beschermd op grond van de gemeentelijke Erfgoedverordening 2010. Oegstgeest telt momenteel 45 beschermde gemeentelijke monumenten. Oegstgeest kent de aangewezen beschermd dorpsgezichten Oranje Nassau en Wilhelminapark en Geesten. Op grond van de gemeentelijke monumentenverordening is ook een procedure voor het gemeentelijke beschermd dorpsgezicht Kerkbuurt opgestart.
 
Voor monumenten gelden andere regels dan voor 'normale' gebouwen en terreinen, omdat de gemeente monumenten extra wil beschermen en in stand wil houden. Er bestaan voor sommige categorieën van beschermde monumenten verschillende subsidieregelingen voor het in stand houden door middel van onderhoud of restauratie.     
 
Wonen en werken aan huis (2003/2004)
De gemeente kent een eigen beleidsregel met betrekking tot wonen en werken aan huis. Deze beleidsregel weerspiegelt de lijn die de afdeling VROM inzet voor alle nieuwe bestemmingsplannen in Oegstgeest. De combinatie van wonen en aan huis werken moet, op eenduidiger wijze dan nu, mogelijk worden gemaakt in Oegstgeest. Juridische valkuilen dienen daarbij echter vermeden te worden.
 
Paraplubestemmingsplan Mantelzorg
De vergrijzing heeft tot gevolg dat er een grotere behoefte komt aan thuis- en mantelzorg in Oegstgeest. In april 2008 is in opdracht van de gemeente Oegstgeest een onderzoek uitgevoerd naar de woonvoorkeuren van 55-plussers binnen de gemeente met als doel te achterhalen welke aspecten senioren belangrijk vinden. Ongeveer 80% van de respondenten heeft aangegeven zolang mogelijk in de eigen woning te willen blijven wonen.
De gemeente Oegstgeest acht het van groot belang dat hulpverlening door naasten daadwerkelijk plaats kan vinden in de eigen woonomgeving. Nut en noodzaak van mantelzorg worden dus erkend, maar in de meeste gevallen is er sprake van strijdigheid met het bestemmingsplan. Door middel van het paraplubestemmingsplan wil de gemeente mantelzorg voor alle bestemmingsplannen regelen.
Uitgangspunt van het Paraplubestemmingsplan Mantelzorg is een verbod tot het gebruik van aan-, uitbouw of bijgebouwen voor mantelzorg. Van dit verbod kan worden afgeweken door middel van een bevoegdheid van burgemeester en wethouders. De definitie voor mantelzorg die daarbij in dit bestemmingsplan wordt gehanteerd, is:
 
'Langdurige, intensieve niet georganiseerde zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak door één of meer leden uit diens directe dan wel sociale omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie.'
 
Mantelzorg is dus alle langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep (de gebruikelijke zorg overstijgend) wordt geboden aan een hulpbehoevende. Dit gebeurt door personen uit de directe omgeving van de hulpbehoevende, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de bestaande sociale relatie. Het gaat dus om zorg die wordt geboden buiten de professionele/betaalde zorg om.
Mantelzorg is onder voorwaarden mogelijk binnen alle woonbestemmingen van de gemeente Oegstgeest met uitzondering van de Elsgeesterpolder. Op bedrijfswoningen bij overige bestemmingen is dit plan ook van toepassing. Recreatiewoningen zijn echter uitgesloten van de regeling.
 
Actieplan Geluid Oegstgeest (2008)
De richtlijn Omgevingslawaai 2002/49/EG van de Europese Commissie stelt het maken van geluidskaarten en actieplannen verplicht voor gemeentes die deel uitmaken van een agglomeratie. De minister van VROM heeft in Nederland 6 van zulke agglomeraties aangewezen. Oegstgeest ligt in de agglomeratie Den Haag – Leiden. Daarom moet Oegstgeest geluidskaarten en een actieplan produceren.
 
Oegstgeest wil de geluidbelasting terugbrengen door in de eerste plaats maatregelen aan de bron te nemen. Dat zijn maatregelen die leiden tot minder verkeer én tot verkeer dat minder geluid produceert. Zulke maatregelen worden ook in het kader van de luchtkwaliteit al overwogen. Voor geluid denkt de gemeente aan toepassing van stille wegdekken op enkele knelpuntsituaties. Om bestaande knelpunten aan te pakken neemt de gemeente zich voor de wegen met plandrempeloverschrijding (en ook de overige wegen) te voorzien van stil asfalt. Dit zal plaatsvinden wanneer die wegen volgens het regulier onderhoudsschema van nieuw wegdek voorzien zullen worden.
 
De gemeente wil ook voorkomen dat er nieuwe situaties ontstaan met hoge geluidbelastingen. Maar Oegstgeest moet niet helemaal “op slot”. Er moeten nieuwe ontwikkelingen mogelijk blijven, die zorgvuldig worden ingepast. De invloed van geluid op de leefomgeving wordt daarin meegewogen met andere factoren.
      
Regeling Kelderbeleid (2004)
Vanuit het bestuur van Oegstgeest is de wens geuit beleidsregels te formuleren ten aanzien van het realiseren van kelders bij woningen. Met name doordat vaak in de erfgrens wordt gebouwd leidt dit tot overlast bij belendende percelen. De bouw van kelders bij woningen binnen de bebouwde kom kan worden toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende criteria:
  • het verzoek dient een objectieve dringende reden te bevatten waarom in het specifieke geval van het bestemmingsplan wordt afgeweken;
  • er mag geen strijdigheid ontstaan met eventueel aanwezig rijksbeleid dan wel provinciaal beleid;
  • belanghebbenden mogen niet worden geschaad door het toepassen van de afwijkingsmogelijkheid;
  • er mag bij het toepassen van de afwijkingsmogelijkheid geen strijd ontstaan met geldende milieuwetgeving;
  • het verzoek om afwijking moet passen binnen de ruimtelijke structuur voor het betreffende gebied.
Welstand Oegstgeest, herziening 2009
Met de herziening van 2009 wil de gemeente het welstandsbeleid vereenvoudigen. In 2004 is een eerste nota opgesteld, waarin op basis van de samenhang in gebieden en objecten beoordelingscriteria zijn geformuleerd. De nieuwe versie moet het welstandsbeleid toegankelijker en inzichtelijker maken en tegelijkertijd de burger meer inzicht geven in de eigenschappen die van belang zijn bij het opstellen en indienen van een bouwplan.
 
Welstandstoezicht heeft allereerst ten doel te voorkomen, dat bouwwerken de openbare ruimte ontsieren. Het welstandsbeleid van de gemeente is echter opgesteld vanuit de overtuiging, dat het belang van een goede leefomgeving eveneens een rol speelt. Bij iedere aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt bekeken of de plannen voldoen aan redelijke eisen van welstand, wat inhoudt dat de plaatsing en het uiterlijk van het beoogde bouwwerk wordt beoordeeld. 
 
Doel van de welstandstoets is het behartigen van het publieke belang door de lokale overheid, waarbij de individuele vrijheid van de burger of ondernemer wordt afgewogen tegen de aantrekkelijkheid van de leefomgeving als algemene waarde. Het beleid is opgesteld vanuit de gedachte, dat welstand een bijdrage levert aan de totstandkoming en het beheer van een aantrekkelijke bebouwde omgeving. Het welstandsbeleid geeft de gemeente de mogelijkheid om cultuurhistorische, stedenbouwkundige en architectonische waarden te benoemen en een rol te geven bij de ontwikkeling en beoordeling van bouwplannen. Met de gebiedsgerichte benadering wil de gemeente in principe de waardevolle eigenschappen van de kernen behouden. Binnen het plangebied zijn vier verschillende gebieden gedefinieerd; Dorpslinten Oegstgeest, Rechte wijken, Meanderwijken en Sport & recreatie. Doel van het welstandsbeleid is het welstandstoezicht helder onder woorden te brengen en op een effectieve en controleerbare wijze in te richten. 
 
Snippergroenbeleid 2005
Oegstgeest heeft in de meeste buurten behoorlijke openbare groenvoorzieningen. Het openbaar groen heeft een belangrijke functie als zichtgroen, recreatief groen maar ook de ecologische waarde van het groen rondom bebouwing is van belang. De gemeente kan besluiten openbaar groen te verkopen of te verhuren. In de nota zijn de mogelijkheden uitgewerkt om percelen openbaar groen van beperkte omvang te verkopen.
 
Notitie Parkeren 2003
De gemeenteraad van Oegstgeest heeft in 2003 het beleid met betrekking tot parkeren vastgesteld. Dit hield onder andere in dat wordt aangesloten aan de landelijk geldende CROW-richtlijnen.
 
Startnotitie Duurzaamheid
In de gemeenteraadsvergadering van maart is de Startnotitie Duurzaamheid vastgesteld. Hierin zijn ‘people’, ‘planet’ en ‘profit’ het basisprincipe: bij elke beslissing zorgen we dat deze drie pijlers met elkaar in balans zijn. Hoe we dit concreet gaan doen, wordt uitgewerkt in het Duurzaamheidsbeleid.
 
De gemeente gaat op drie niveaus verduurzamen, in volgorde van hoeveel invloed je er op hebt: 1) de eigen bedrijfsvoering, 2) de gemeentelijke taken en 3) initiatieven van derden. We beginnen bij onszelf en kijken daarna naar ‘de rest van de wereld’, op een manier die past in de werkwijze van de Toekomstvisie 2020: potentieel in de samenleving benutten, gemeente als meewerkkracht en verbindingen leggen.
 
In de komende maanden wordt de Startnotitie doorontwikkeld naar Duurzaamheidsbeleid. Daarvoor wordt gesproken met ambtenaren en de Oegstgeester samenleving.