direct naar inhoud van Regels
Plan: De Zilk, Het Zilt
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0576.UP201600001-0003

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het uitwerkingsplan 'De Zilk, Het Zilt' met identificatienummer NL.IMRO.0576.UP201600001-0003 van de gemeente Noordwijkerhout;

1.2 dove gevel:
  • a. een bouwkundige constructie waarin geen te openen delen aanwezig zijn met een in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidbelasting van die constructie en 33 dB onderscheidenlijk 35 dB(A), alsmede,
  • b. een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits deze niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte (functie). In dit geval wordt onder een geluidsgevoelige ruimte verstaan een ruimte binnen een woning voor zover die kennelijk als slaap-, woon-, of eetkamer wordt gebruikt of voor een zodanig gebruik is bestemd, alsmede een keuken van ten minste 11 m2;
1.3 pergola:

overdekte wandelgang van latwerk in een tuin;

1.4 uitwerkingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.5 wonen:

het gehuisvest zijn in (een) woning(en);

1.6 bestemmingsplan:

het bestemmingsplan 'De Zilk' met identificatienummer NL.IMRO.0576.BP201200010-0004 van de gemeente Noordwijkerhout.

Hoofdstuk 2 Uitwerkingsregels

Artikel 2 Reikwijdte

Dit uitwerkingsplan werkt de bestemming 'Woongebied - Uit te werken' van het bestemmingsplan op de volgende wijze uit:

  • a. de verbeelding van de bestemming 'Woongebied - Uit te werken' wordt uitgewerkt overeenkomstig de wijze zoals vervat in de geometrische bepaalde planobjecten met identificatienummer NL.IMRO.0576.UP201600001-003;
  • b. de regels worden uitgewerkt overeenkomstig de wijze zoals vervat in de artikelen 3 tot en met 8, met dien verstande dat de overige regels van het bestemmingsplan onverkort van toepassing zijn.

Hoofdstuk 3 Bestemmingsregels

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen (beplanting, plantsoenen, en andere groenvoorzieningen);

met daarbij behorende voorzieningen zoals:

  • b. voet- en fietspaden;
  • c. de ontsluiting van de aangrenzende woonpercelen;
  • d. fietsenstallingen;
  • e. speelvoorzieningen;
  • f. bergbezinkbassins;
  • g. afvalcontainers;
  • h. water en voorzieningen voor de waterhuishouding.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Op en onder de in lid 3.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. maximum bouwhoogte straatmeubilair: 9 meter;
  • b. maximum bouwhoogte geluidsschermen: 5 meter;
  • c. maximum bouwhoogte speeltoestellen: 4 meter;
  • d. maximum bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 3 meter.

Artikel 4 Tuin

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen;

met daarbij behorende voorzieningen zoals:

  • b. water;
  • c. toegangswegen en paden behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op en onder de in lid 4.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. maximum bouwhoogte voor erf- en terreinafscheidingen tussen de voorgevel van het hoofdgebouw en de openbare weg: 1 meter;
  • b. maximum bouwhoogte voor overige erf- en terreinafscheidingen: 2 meter;
  • c. maximum bouwhoogte tuinmeubilair: 2 meter;
  • d. maximum bouwhoogte pergola's: 3 meter.
4.2.3 Aanbouw voorerfgebied

Een uit- of aanbouw aan de gevel, erkers en luifels ter plaatse van de aangrenzende gevel binnen de bestemming 'Wonen' (het voorerfgebied) is toegestaan mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. diepte niet meer dan 1,5 meter, waarbij tenminste 1 meter tuindiepte dient te resteren;
  • b. de breedte ten hoogste 40% van de gevelbreedte of de volle breedte van het bestaande raamkozijn bedraagt;
  • c. niet hoger dan:
    • 1. 0,3 meter boven de bovenkant van de eerste verdiepingsvloer van het bijbehorende hoofdgebouw met een maximum van 4 meter, of;
    • 2. het hoofdgebouw;
    • 3. één bouwlaag;
  • d. de voorgevelrooilijn van de achtergelegen bebouwing niet wordt overschreden;
  • e. met dien verstande dat het bouwperceel maximaal voor 50% bebouwd mag worden.

Artikel 5 Verkeer

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verkeersdoeleinden;

met daarbij behorende voorzieningen zoals:

  • b. wegen;
  • c. fiets- en voetpaden;
  • d. de ontsluiting van de aangrenzende woonpercelen;
  • e. fietsenstallingen;
  • f. parkeerplaatsen;
  • g. bergbezinkbassins;
  • h. speelvoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. water en voorzieningen voor de waterhuishouding.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op en onder de in lid 5.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. maximum bouwhoogte straatmeubilair: 9 meter;
  • b. maximum bouwhoogte speeltoestellen: 4 meter;
  • c. maximum bouwhoogte overige bouwwerken geen gebouwen zijnde: 3 meter.

Artikel 6 Wonen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen met aan-huis-gebonden beroepen;

met daarbij behorende voorzieningen zoals:

  • b. tuinen en erven;
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. water en voorzieningen voor de waterhuishouding.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Algemeen

Op en onder de in lid 6.1 genoemde gronden mag slechts worden gebouwd ten behoeve van de aldaar genoemde bestemming.

6.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. er mogen maximaal 98 woningen worden gebouwd;
  • b. gebouwen zijn alleen toegestaan binnen de bouwvlakken;
  • c. gevels van de gebouwen aan de zijde van de figuur 'gevellijn' moeten voorzien zijn van een dove gevel;
  • d. maximum bebouwingspercentage: 100% van het bouwvlak, met dien verstande dat het bouwperceel maximaal voor 50% bebouwd mag worden;
  • e. maximum bouwhoogte en goothoogte: zoals met de aanduiding 'maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m)' staat aangegeven.
6.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. maximum bouwhoogte erfafscheidingen: 2 meter;
  • b. maximum bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 3 meter.
6.2.4 Aanbouw voorerfgebied

Een uit- of aanbouw aan de gevel, erkers en luifels in het voorerfgebied is toegestaan mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. diepte niet meer dan 1,5 meter, waarbij tenminste 1 meter tuindiepte dient te resteren;
  • b. de breedte ten hoogste 40% van de gevelbreedte of de volle breedte van het bestaande raamkozijn bedraagt;
  • c. niet hoger dan:
    • 1. 0,3 meter boven de bovenkant van de eerste verdiepingsvloer van het bijbehorende hoofdgebouw met een maximum van 4 meter, of;
    • 2. het hoofdgebouw;
    • 3. één bouwlaag;
  • d. de voorgevelrooilijn van de achtergelegen bebouwing niet wordt overschreden;
  • e. met dien verstande dat het bouwperceel maximaal voor 50% bebouwd mag worden.
6.2.5 Aanbouwen en bijgebouwen achtererfgebied

Een aan-of uitbouw in het achtererfgebied is toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. niet hoger dan:
    • 1. 0,3 meter boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw, met een maximum van 4,5 meter;
    • 2. het hoofdgebouw;
    • 3. één bouwlaag;
  • b. de afstand van de voorgevel van de uitbreiding of bijgebouw tot aan de voorgevel van het bijbehorende hoofdgebouw bedraagt tenminste 3 meter;
  • c. de uitbreiding niet breder is dan de helft van de voorgevelbreedte van het bijbehorende hoofdgebouw zijwaarts gemeten loodrecht op de bebouwingsgrens, die op de plankaart is aangegeven, waarbij de breedte in elk geval 3 meter mag bedragen;
  • d. op een afstand van meer dan 1 meter vanaf openbaar toegankelijk gebied;
  • e. het bij het oorspronkelijk hoofdgebouw behorende achtererfgebied als gevolg van het bouwwerk voor niet meer dan 50% bebouwd is, met dien verstande dat:
    • 1. minimaal 25 m2 van het achtererfgebied onbebouwd dient te blijven;
    • 2. het bouwperceel maximaal voor 50% bebouwd mag worden;
  • f. het is niet toegestaan het dak van aan- en uitbouwen te gebruiken voor een balkon/terras. Het inrichten als zodanig is niet toegestaan.
6.2.6 Vrijstaande bijgebouwen

Een vrijstaand bijgebouw in het achtererfgebied is toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. goot en/of boeihoogte maximaal 2,5 meter;
  • b. bouwhoogte maximaal 4 meter;
  • c. de oppervlakte bedraagt gezamenlijk met aan-of uitbouwen:
    1. niet meer dan 60 m2;
    2. niet meer dan 85 m2 bij woningen waarvan de gronden van de bij de woning behorende achtererfgebieden tenminste 250 m2 bedraagt;
    met dien verstande dat het bouwperceel maximaal voor 50% bebouwd mag worden.
6.3 Afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.2 lid a voor het toestaan van een groter aantal woningen, mits is aangetoond en gewaarborgd dat binnen de gehele ontwikkelingslocatie Het Zilt te De Zilk maximaal 130 woningen worden gerealiseerd.

6.4 Specifieke gebruiksregels
6.4.1 Aan-huis-gebonden beroepen
  • a. de vloeroppervlakte ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen bedraagt ten hoogste 30% van de vloeroppervlakte van de betrokken woning, waarbij geldt dat:
    • 1. ten behoeve van het beroep en/of de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
    • 2. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer.
6.4.2 Strijdig gebruik

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend:

  • a. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van wonen, indien dit leidt tot een toename van de stikstofdepositie op voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied ten opzichte van de stikstofdepositie welke kan worden afgeleid uit de op het moment van het vaststellen van het uitwerkingsplan onherroepelijke vergunning als bedoeld in artikel 2.7 lid 2 van de Wet natuurbescherming d.d. 9 juli 2018 en nummer 00508923. Genoemde vergunning geldt eveneens voor 'het vast te stellen bestemmingsplan' voor de gronden met de bestemming 'Woongebied - Uit te werken' van het bestemmingsplan, welke niet in dit plan zijn meegenomen.
6.4.3 Voorwaardelijke verplichting 1

De woningen mogen uitsluitend in gebruik worden genomen onder de voorwaarde dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - lift' een bouwwerk wordt gerealiseerd van ten minste 9 meter hoog ter afscherming van het geluid.

6.4.4 Voorwaardelijke verplichting 2

De woningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 1' mogen uitsluitend gebruikt worden voor de functie wonen onder de voorwaarde dat uiterlijk 5 jaar na realisatie van de woningen, de gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 2' zijn gerealiseerd.

Hoofdstuk 4 Algemene regels

Artikel 7 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de gronden ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied 4b' te wijzigen in water ten behoeve van de hydrologische bufferzone met dien verstande dat:

  • a. een besluit tot planwijziging wordt niet eerder genomen dan nadat de betrokken gronden in eigendom zijn overgedragen aan de waterbeheerder / terreinbeherende instantie;
  • b. de wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast voor de aanleg van een randsloot met een breedte van maximaal 10 meter.

Artikel 8 Parkeren

Een omgevingsvergunning voor het bouwen of uitbreiden van een gebouw bedoeld voor wonen of een ander soort verblijf van mensen wordt slechts verleend, indien is aangetoond dat wordt of zal worden voldaan aan het gemeentelijke parkeerbeleid.

Hoofdstuk 5 Slotregel

Artikel 9 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het uitwerkingsplan De Zilk, Het Zilt.