Plan: | Landgoed Offem en omgeving |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0575.BPOffemlandg-OH01 |
Het bestemmingsplan is voor het grootste deel opgezet als een bestemmingsplan, bedoeld in artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Verlening van een 'omgevingsvergunning voor het bouwen' (per 1 oktober 2010 nieuwe terminologie ingevolge Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo); was: 'bouwvergunning') is direct mogelijk.
De ruimtelijke indeling van het gebied, alsmede de toegestane functies en maten zijn op de verbeelding en in de regels geregeld.
Regels
Het is wenselijk dat het bestemmingsplan de mogelijkheid biedt om in te spelen op redelijke en acceptabele veranderingswensen. Daartoe wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheden die de Wro biedt, in de vorm van de daarin opgenomen zogenaamde flexibiliteitbepalingen namelijk de bevoegdheid van burgemeester en wethouders om 'bij een omgevingsvergunning af te wijken van .....', ex artikel 3.6 lid 1 c Wro (per 1 oktober 2010 nieuwe terminologie ingevolge Wabo; was: 'ontheffing') en het plan te wijzigen, ex artikel 3.6 lid 1 a Wro.
De bedoelde afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden dienen voldoende 'objectief' begrensd te zijn. De kwantitatieve omvang/reikwijdte ervan is vaak al in de betreffende regels zelf bepaald.
De regels zijn als volgt gestructureerd:
De omschrijving van een aantal (kern)begrippen en meetwijzen en de naamgeving van bepaalde onderdelen van de regels is overigens letterlijk voorgeschreven in de Standaard Vergelijkbare bestemmingsplannen SVBP2008 (met bijbehorende werkafspraken), onderdeel van de ministeriƫle Regeling standaarden ruimtelijke ordening.
Verbeelding
Op de verbeelding van het bestemmingsplan (de plankaart) wordt door middel van letters, cijfers, lijnen en aanduidingen het toegestane gebruik van de gronden en de mogelijke bouwhoogtes/volumes aangegeven.
Als ondergrond is een topografische kaart gehanteerd. Daarmee kan exact worden bepaald waar het plan is gelegen en hoe begrenzingen lopen. Om de goede leesbaarheid van de plankaart te waarborgen is voor wat betreft de analoge verbeelding gekozen voor een schaal van 1:1000. De analoge verbeelding is voorzien van een legenda en een noordpijl. Het plangebied van het bestemmingsplan is aan de hand van een plangrens (bolletjeslijn) op de verbeelding weergegeven.