21.1 Strijdig gebruik
Onder een strijdig gebruik, zoals bedoeld in art. 2.1, lid 1 onder c Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval verstaan het gebruiken of laten gebruiken van gronden ten behoeve van:
-
a. een seksinrichting;
-
b. het opslaan van bouwmaterialen, werktuigen en machines of onderdelen daarvan, vaten, kisten, en dergelijke goederen;
-
c. het opslaan van (onklare) voer- en/of vaartuigen of onderdelen daarvan;
-
d. het plaatsen en/of geplaatst houden van onderkomens;
-
e. het storten en/of lozen van puin, vuil of andere vaste of vloeibare afvalstoffen;
-
f. het ontgronden, afgraven, indrijven van voorwerpen en anderszins uitvoeren van grondbewerkingen in afwijking van de voorwaarden en uitgangspunten voor de eindsituatie in de provinciale beschikking op grond van de Wet bodembescherming.