direct naar inhoud van 9.5 Externe veiligheid (EV)
Plan: Transvaal
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0546.BP00001-0301

9.5 Externe veiligheid (EV)

Inventarisatie van de risicobronnen
Bij de inventarisatie van de voor het plangebied relevante risicobronnen is gekeken naar externe veiligheidsrisico's veroorzaakt door:
- bedrijven waar opslag en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt,
- vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, spoor en water en via buisleidingen.

1. Bedrijven
Binnen het plangebied zijn geen EV relevante bedrijven. In de omgeving van het plangebied zijn geen EV relevante bedrijven waarvan het invloedsgebied zich uitstrekt over het plangebied.

2. Vervoer van gevaarlijke stoffen
a. Vervoer over de weg
Dwars door het plangebied loopt de N206 (Churchilllaan, Doctor Lelylaan). Deze route wordt gebruikt voor het transport van gevaarlijke stoffen (bron: Risicokaart van de provincie Zuid-Holland). De grenswaarde voor het Plaatsgebonden Risico (PR = 10-6) wordt in het plangebied niet overschreden, deze contour ligt niet buiten de wegas. De PR 10-7 contour ligt op 20 meter buiten de wegas en de PR 10-8 contour ligt op 50 meter buiten de wegas.
Een gedeelte van het plangebied ligt binnen een strook van 200 meter waar beperkingen aan het gebruik van de ruimte kunnen worden opgelegd en waarvoor een Groeps Risico-verantwoording (GR-verantwoording) nodig is.
Over de hoogte van het GR langs het deel van de N206 dat door Leiden loopt geeft de Risicoatlas uit 2003 de meest recente informatie:
- de transportintensiteit is lager dan 2500 transporten;
- er is geen transport van brandbare gassen;
- de route is niet aangemerkt als GR knelpunt of als GR aandachtspunt, en ook niet als bijna aandachtpunt; het GR is volgens de systematiek van de Risicoatlas kleiner dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde.
Voor een GR-verantwoording moeten behalve de hoogte van het GR ook aspecten zoals mogelijke risicoreducerende maatregelen, bereikbaarheid voor de hulpdiensten en zelfredzaamheid beschouwd worden. In het geval van plangebied Transvaal geldt dat het bedrijventerrein en de woongebieden in geval van een calamiteit voldoende bereikbaar zijn voor hulpdiensten. In het invloedsgebied zijn geen gebouwen, waarvan verwacht kan worden dat de aanwezigen verminderd zelfredzaam zijn (bv ziekenhuizen, verpleeghuizen, basisscholen). Er is, mede gezien de hoogte van het PR en GR, geen aanleiding tot het treffen van extra risicoreducerende maatregelen.

b. Vervoer over het spoor
Langs het plangebied lopen de spoorlijnen Den Haag-Haarlem/Schiphol en Utrecht-Leiden. De marktprognose vervoerscijfers 2010-2020 van ProRail voorziet geen transport van gevaarlijke stoffen over deze spoorlijnen. Incidenteel kan er, in geval van omleidingen, een transport van gevaarlijke stoffen plaatsvinden. Dit geeft geen significante externe veiligheidsrisico's.

c. Vervoer over het water
De Rijn is geen hoofdvaarweg waarover significante hoeveelheden gevaarlijke stoffen worden getransporteerd. Het vervoer per schip van gevaarlijke stoffen is niet relevant voor het plangebied.

d. Transport via buisleidingen
Er zijn geen buisleidingen in of in de nabijheid van het plangebied die een extern veiligheidsrisico veroorzaken in het plangebied.

Plaatsgebonden risico in het plangebied
Geen van de potentiële bronnen veroorzaakt een overschrijding van de PR grenswaarde.

Groepsrisico in het plangebied
Gezien bovenstaande inventarisatie zijn er geen GR knelpunten. Behalve het transport van gevaarlijke stoffen over de N206 zijn er geen andere bronnen die een GR in het plangebied veroorzaken Het GR veroorzaakt door het transport van gevaarlijk stoffen over de weg is maximaal 0,1 maal de GR oriëntatiewaarde.

Conclusie
Het nieuwe bestemmingsplan zal niets veranderen aan de externe veiligheidssituatie. Het betreft hier een voornamelijk een conserverend bestemmingsplan.
De grenswaarde voor het PR wordt niet overschreden. Het GR ligt ruim onder oriëntatiewaarde. De huidige externe veiligheidsrisico's geven geen dwingende redenen om de externe veiligheidssituatie te verbeteren.