direct naar inhoud van Artikel 29 Waarde - Natuur en Landschap
Plan: Langeland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0542.BPLangeland-VA01

Artikel 29 Waarde - Natuur en Landschap

29.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Natuur en Landschap' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. behoud en ontwikkeling van de aan de rivier gebonden landschappelijke waarden in de vorm van:
    • 1. de identiteit van de rivier als samenhangend gebied met bijzondere kwaliteiten;
    • 2. de landschappelijke herkenbaarheid van de zoetwatergetijdenrivier;
    • 3. de visueel-ruimtelijke belevingswaarde (beeldkwaliteit) van de rivier vanaf het water en de dijken;
    • 4. het realiseren van een met de zoetwatergetijdenrivier samenhangende inrichting van oevers;
  • b. gebruik ten behoeve van de bescherming van de oevers.
29.2 Bouwregels
  • a. Op de in lid 29.1 bedoelde gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder begrepen damwanden ten behoeve van de in dit artikel bedoelde bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
    Bouwwerken   Op gronden met het wonen samenhangende bestemmingen   Op gronden met groen- of recreatieve functie samenhangende bestemmingen  
    Damwanden   Maximale bouwhoogte 1 meter   Geen damwanden toegestaan  
  • b. Op de in lid 29.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken overeenkomstig de bouwregels van de andere daar voorkomende bestemmingen worden gebouwd, met dien verstande dat voor zover er sprake is van de bouw van damwanden, de maatvoering geldt zoals genoemd onder 29.2 a.
29.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 29.2 a voor de opgenomen hoogtematen voor damwanden tot de bestaande hoogtemaat ten tijde van het ontwerpbestemmingsplan, indien dit noodzakelijk is voor de voortgang en de instandhouding van de bestaande ruimtelijke situatie en activiteiten.

29.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
29.4.1 Werken en werkzaamheden

Het is verboden op of in de in lid 29.1 bedoelde gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

Werken en werkzaamheden   Op gronden met het wonen samenhangende bestemmingen   Op gronden met groen- of recreatieve functie samenhangende bestemmingen  
Het graven, ophogen of egaliseren van de grond   *   *  
Het aanleggen van oppervlakteverhardingen   *   x  
Het aanleggen van een vooroeverconstructie   *   *  

x = verboden

* = vereiste van omgevingsvergunning (voor toelaatbaarheid zie 29.4.3)

29.4.2 Uitzondering

Het in lid 29.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud en beheer van de vaarweg betreffen;
  • b. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip waarop het plan rechtskracht verkrijgt;
  • c. mogen worden uitgevoerd op basis van een reeds verleende vergunning.
29.4.3 Voorwaarden

De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 29.4.1 zijn slechts toelaatbaar, voor zover de waarden van de rivierzone hierdoor niet onevenredig worden geschaad. Van onevenredige schade is geen sprake indien aan navolgende wordt voldaan:

  • a. de helling van de oever bedraagt ten minste 30º en ten hoogste 45º.