direct naar inhoud van Artikel 18 Wonen - 3
Plan: De Vesting
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BPDeVesting2011-VG01

Artikel 18 Wonen - 3

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen in de vorm van appartementen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'gemengd': detailhandel of horeca in de categorie 1 en 3 en kantoren op de begane grond en wonen op de verdieping;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage': een half verdiepte parkeerkelder;
  • d. bijbehorende voorzieningen, zoals groen, water, parkeervoorzieningen en verharding;

Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

  • e. hoofdgebouwen;
  • f. bijbehorende bouwwerken;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • h. tuinen en erven;
  • i. gebouwen en bouwwerken voor doeleinden van openbaar nut.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. als hoofdgebouw mag uitsluitend een appartementencomplex worden gebouwd;
  • b. een hoofdgebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • c. de goot- en/of bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven hoogte, indien geen bouwhoogte is aangegeven geldt de bestaande hoogte als maximale bouwhoogte;
  • d. de gronden buiten het bouwvlak mogen per bouwperceel voor maximaal 50% worden bebouwd tot een maximum van 40 m²;
  • e. het maximum oppervlak ten behoeve van horeca of kantoor bedraagt ten hoogste 215 m²;
  • f. het maximum gezamenlijk oppervlak ten behoeve van detailhandel, horeca of kantoor bedraagt ten hoogste 317 m²;
  • g. bijbehorende bouwwerken dienen in het achtererfgebied te worden gebouwd;
  • h. de goothoogte van bijbehorende bouwwerken mag maximaal 3 m en de bouwhoogte maximaal 4,5 m bedragen.

18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte maximaal 3 m mag bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen die voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 m hoog en achter de voorgevelrooilijn 2 m mogen bedragen.

18.2.3 Bouwwerken van openbaar nut

Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van doeleinden van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:

  • a. de inhoud van bouwwerken mag maximaal 50 m³ per op te richten bouwwerk bedragen;
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen.

18.3 Specifieke gebruiksregels
18.3.1 Aan-huis-verbonden beroep

Gebouwen mogen worden gebruikt voor een aan-huis-verbonden beroep of een aan-huis-verbonden bedrijf, met dien verstande dat:

  • a. de woonfunctie in overwegende mate wordt gehandhaafd;
  • b. het vloeroppervlak ten behoeve van het aan-huis-verbonden bedrijf of een aan-huis-verbonden beroep maximaal 25 m² mag bedragen.

18.3.2 Overig
  • a. uitgezonderd het bepaalde in lid 18.1 onder b is detailhandel niet toegestaan;
  • b. bij realisatie van een half verdiept of ondergronds bouwwerk mogen grondwaterstand en grondwaterstromingen niet negatief worden beïnvloed.

 

18.4 Afwijken van de gebruiksregels
18.4.1

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.3 teneinde het vloeroppervlak ten behoeve van aan huis gebonden bedrijf of een aan huis gebonden beroep te vergroten tot 40 m², een en ander met dien verstande dat kan worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid.

18.4.2

De omgevingsvergunning als bedoeld in lid 18.4.1 en wordt uitsluitend verleend indien:

  • a. het doel en de uitgangspunten van het plan niet onevenredig worden aangetast;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.

18.5 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van de grondwaterstand.