direct naar inhoud van 5.2 Ecologie
Plan: Buitengebied Hellevoetsluis
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BPBuitengebied2011-VG01

5.2 Ecologie

5.2.1 Huidige situatie

Het plangebied van onderhavig bestemmingsplan bestaat voornamelijk uit agrarische gronden. Deze agrarische gronden hebben over het algemeen weinig bijzondere ecologische waarden.

Uit het flora- en faunaonderzoek dat de gemeente Hellevoetsluis in 2008 heeft laten uitvoeren door SOVON Vogelonderzoek Nederland en Bureau Natuurbalans – Limes Divergens komen de volgende (strikt) beschermde soorten (tabel 2 en 3 van de Flora- en faunawet) naar voren:

flora:   bijenorchis
rietorchis  
vissen:   bittervoorn  
zoogdieren:   watervleermuis
ruige dwergvleermuis
gewone dwergvleermuis
laatvlieger  

In de broedvogelinventarisatie van SOVON in de gemeente (2008) zijn de volgende Rode

Lijstsoorten (bedreigde en kwetsbare soorten) aangetroffen in de gemeente: boerenzwaluw, gele kwikstaart, graspieper, grauwe vliegenvanger, groene specht, grutto, huismus, huiszwaluw, kerkuil, kneu, koekoek, matkop, middelste zaagbek, nachtegaal, ringmus, slobeend, spotvogel, tureluur, wintertaling en zomertortel. Een groot aantal van deze vogels is afhankelijk van het landelijk gebied.

In het agrarisch gebied komen voornamelijk algemene soorten voor, zoals mol, egel, gewone bosspitsmuis, huisspitsmuis, veldmuis, bosmuis, rosse woelmuis, wezel, haas, konijn, bruine kikker, middelste groene kikker, kleine watersalamander en gewone pad. De agrarische gronden hebben daarnaast een betekenis als rust- en foerageergebied voor vogels uit de omringende natuurgebieden (Haringvliet) en als broedgebied voor weidevogels, hoewel de provincie het gebied niet als belangrijk weidevogelgebied heeft aangewezen.

In het plangebied liggen naast de agrarische gronden ook enkele natuurgebieden, zoals op figuur 5.1 is te zien. Het betreft in het zuidwesten gronden die deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) en een beschermde natuurmonument (tevens EHS).

afbeelding "i_NL.IMRO.0530.BPBuitengebied2011-VG01_0010.jpg"

Figuur 5.1 Ligging plangebied ten opzichte van beschermde natuurgebieden (bron: geo-loket provincie Zuid-Holland)

Ecologische Hoofdstructuur

Voor een groot deel overlapt de EHS met het hierboven beschreven Natura 2000-gebied en beschermd natuurmonument. De EHS is onderdeel van het grotere EHS-gebied 'Kreken Voorne Putten'. De EHS bestaat naast natuurgebieden uit verbindingszones. Het streefbeeld voor de verbindingszones is 'een brede moerasverbinding langs de oude kreeklopen en bestaat uit goed ontwikkelde moerasvegetatie met rietland en hier en daar open plasjes en wilgen(bosjes). Plaatselijk komen plasjes voor en kleine eilandjes'. De verbindingszones hebben een functie voor onder andere noordse woelmuis, dwergspitsmuis, dwergmuis, hermelijn, blauwborst, rietsprinkhaan en rietzanger.

5.2.2 Resultaat onderzoek

Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur de uitvoering van het plan niet in de weg staan.

Aangezien het hier een consoliderend plan betreft, zijn er geen ontwikkelingen voorzien die kunnen leiden tot aantasting of verstoring van beschermde dier- en plantensoorten of beschermde natuurgebieden. De Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur staan de uitvoering van dit plan dan ook niet in de weg.