direct naar inhoud van 5.4 Keuze en verantwoording van bestemmingen
Plan: Scheveningen Badplaats
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0240DSchevBadpl-50VA

5.4 Keuze en verantwoording van bestemmingen

Het bestemmingsplan bestaat uit een digitale verbeelding (plankaart), regels en een toelichting. De eerste twee onderdelen zijn juridisch bindend, de toelichting is juridisch niet bindend maar helpt bij de interpretatie van de kaart en de regels. De analoge plankaart is, gelet op de aard en omvang van het plangebied, afgedrukt op een topografische ondergrond met een schaal van 1:1500.

Een belangrijk onderdeel van Wet ruimtelijke ordening (Wro) vormt de digitaliseringsverplichting. De Wro bepaalt dat een bestemmingsplan digitaal raadpleegbaar en uitwisselbaar moet zijn. Dit heeft onder meer geleid tot de introductie van twee nieuwe begrippen: 'analoge verbeelding' en 'digitale verbeelding'.

Onder analoge verbeelding wordt verstaan: alle te verbeelden informatie van een ruimtelijk plan op papier. De term analoge verbeelding is dus een synoniem voor de tot nu toe altijd gebruikte term plankaart.

De 'digitale verbeelding' is een interactieve raadpleegomgeving via het internet (www.ruimtelijkeplannen.nl) die de gehele inhoud van het bestemmingsplan ontsluit overeenkomstig de Standaard voor Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP2008). Door een muisklik op een bepaalde plek verschijnen de bijbehorende regels voor die plek in beeld. Onder de term digitale verbeelding wordt dan ook niet alleen het ruimtelijk beeld, maar ook de daarbij behorende juridische informatie (regels) verstaan. Indien de digitale en de analoge verbeelding tot interpretatieverschillen leiden is de digitale verbeelding beslissend.

Op de bij het onderhavige bestemmingsplan behorende verbeelding zijn alle noodzakelijke en op grond van het Besluit ruimtelijke ordening vereiste gegevens ingetekend. Er is daarbij onderscheid gemaakt in bestemmingen en aanduidingen op de verbeelding. De bestemmingen zijn de belangrijkste elementen. Elk stuk grond van het plangebied heeft een bestemming. Deze wordt zichtbaar gemaakt door middel van een kleur, op de analoge verbeelding al dan niet in combinatie met een letter, ter aanduiding van de bestemming en een getal dat de maximale toegestane (goot- en nok)hoogte en/of bebouwingspercentage aangeeft. Daardoor is het mogelijk om te zien welke bestemmingen zijn gegeven aan de gronden en opstallen binnen het plangebied. Elke op de verbeelding ingetekende bestemming is gekoppeld aan een bestemmingsartikel in de regels. De regels laten vervolgens bij elke bestemming zien op welke wijze gronden binnen de desbetreffende bestemming gebruikt mogen worden. Daarbij wordt onder meer verwezen naar aanduidingen op de plankaart. Aanduidingen geven dientengevolge, in samenhang met de regels, duidelijkheid over wat binnen een bestemmingsvlak al dan niet is toegestaan.

Op de digitale en analoge verbeelding van de plankaart zijn bouwhoogten aangegeven. Gekoppeld aan bouwvlakken is een maatvoering voor (goot- en nok)hoogte, afgerond in meters en conform SVBP 2008, bijlage 9, opgenomen. De waarde op de plankaart geeft de maximaal toegelaten (goot- en nok)hoogte van een gebouw aan. Daarnaast wordt ook in de bouwregels van het bestemmingsplan een en ander bepaald over bouwhoogten.

Bij het bepalen van de daadwerkelijke hoogte van gebouwen is gebruik gemaakt van stereokartering met behulp van luchtfoto's. De maximaal toegelaten bouwhoogte kan afwijken van de daadwerkelijke hoogte van een gebouw: aan het vaststellen van een maximale bouwhoogte liggen stedenbouwkundige overwegingen ten grondslag.

Voorts wordt de opzet van het bestemmingsplan ingegeven door de relevante beleidskaders en omgevingsfactoren. In onderstaande tabellen (beslissingstabel) is aangegeven op welke onderdelen de in dit bestemmingsplan beschreven beleidskaders en omgevingsfactoren hun vertaling hebben gevonden in het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Deze paragraaf vormt dan ook als het ware de schakel tussen de toelichting van het bestemmingsplan en de daarbij behorende regels en plankaart.

Beleidskader   Vertaling in het bestemmingsplan  
Ruimtelijk beleid  
De Agenda voor de Haagse verdichting is een uitwerking van de Structuurvisie Den Haag 2020. In deze uitwerking wordt voorgesteld dat langs doorgaande wegen en groen een bouwhoogte van minimaal vijf lagen mogelijk zou moeten zijn.
 
De doorgaande wegen in het plangebied waar van een bouwhoogte van minimaal vijf lagen wordt uitgegaan zijn de Zwolsestraat en de Gevers Deynootweg tussen de Zwolsestraat en de Scheveningseslag. Langs deze wegen mag de bebouwing tot vijf lagen worden verhoogd, voor zover deze nog niet zo hoog is.  
   
Verkeer  
Het Verkeersplan (zie paragraaf Keuze en verantwoording van bestemmingen) hanteert een rangorde in haar wegenstructuur. Naast de hoofdwegen voor het doorgaande verkeer zijn er de wegen van een lagere orde die het verkeer tussen wijken en het buurtgebonden verkeer moeten afwikkelen: buurtontsluitingswegen (straten) en erfontsluitingswegen (verblijfs- en woonstraten). Verblijfsgebied ten slotte is openbare ruimte waar geen autoverkeer is toegestaan en waar de verkeersfunctie ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie   De bestemming Verkeer-Hoofdverkeersweg is gericht op de hoofdverkeersroutes binnen het plangebied. De bestemming Verkeer-straat ziet op alle doorgaande straten in het plangebied. Alle buurtontsluitingswegen in het plangebied die niet als hoofdverkeersweg of straat kunnen worden geclassificeerd, vallen onder de bestemming Verkeer-verblijfsstraat. De boulevard en de pleinen binnen het plangebied die niet toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer, hebben de bestemming Verkeer-verblijfsgebied gekregen.  
Wonen  
Kansen voor groei en verdichting liggen volgens de Woonvisie vooral in de zogenaamde transformatiemilieus.   Het bestemmingsplan Scheveningen Badplaats voorziet geen grootschalige nieuwbouw van woningen. Wel is er de mogelijkheid van transformatie van een kantoorgebouw naar woongebouw middels een wijzigingsbevoegdheid.  
Bedrijven en milieuzonering  
Milieuzonering (paragraaf Keuze en verantwoording van bestemmingen) zorgt ervoor dat nieuwe bedrijven een passende locatie in de nabijheid van woningen krijgen en dat nieuwe woningen op een verantwoorde afstand van bedrijven worden gesitueerd.   Solitaire bedrijfsvestigingen zijn onder de bestemming Bedrijf (B) geschaard. De tramremise heeft de bestemming bedrijf gekregen.
Bedrijfsvestigingen in de bestemming Gemengd (GD) en - met een aanduiding - in de bestemming Wonen (W) zijn alleen in categorie A en B toegestaan.  
Sport-, recreatie- en maatschappelijke voorzieningen  
OCW   Dit bestemmingsplan maakt een brede bestemming voor maatschappelijke doeleinden en een ruime definitie van maatschappelijke voorzieningen mogelijk.  
Ecologie  
Inzet is de Stedelijke Groen Hoofdstructuur (paragraaf Groen) duurzaam in stand te houden en waar mogelijk te versterken.   De gronden binnen het plangebied die zijn aangewezen als Natura-2000 gebied hebben de bestemming "Natuur" gekregen.  

é