Plan: | Rotterdamsebaan |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0235ZRotterdambn-50VA |
Binnen de ruimtelijke ordening wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de gevolgen van ruimtelijke ingrepen voor het milieu en de beperkingen die milieuaspecten opleggen. Een van de instrumenten die een bijdrage kunnen leveren aan het milieubelang binnen de besluitvorming van ruimtelijke ingrepen is het instrument 'milieueffectrapportage', kortweg m.e.r. Een milieueffectrapportage brengt de milieugevolgen van een besluit in beeld, voordat het besluit wordt genomen. Zo kan het bevoegd gezag dat het besluit neemt (de gemeenteraden van Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Rijswijk) de milieugevolgen op een transparante en navolgbare wijze bij haar afwegingen betrekken.
Wettelijk kader milieueffectrapportage
Milieueffectrapportage is gebaseerd op Europese regelgeving (richtlijn van de raad van 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten). In Nederland is m.e.r. geregeld in de Wet milieubeheer (Wm) en in de uitvoeringswetgeving in de vorm van een Algemene Maatregel van Bestuur (het Besluit milieueffectrapportage). Er bestaat een beperkte en een uitgebreide m.e.r.-procedure. Welke procedure van toepassing is, hangt af van het project. Voor de realisatie van de Rotterdamsebaan is een uitgebreide m.e.r.-procedure doorlopen. De verplichting voor een m.e.r.-procedure komt voort uit het Besluit m.e.r., bijlage C, onderdeel 1.2: de aanleg van een autosnelweg of autoweg. De Rotterdamsebaan valt onder de bepalingen van een autoweg en is hiermee direct m.e.r.-plichtig.
In 2007 is reeds een m.e.r.-procedure doorlopen voor de Rotterdamsebaan. Het ging toen om een m.e.r.-procedure met een hoger abstractieniveau, die is gebruikt om een Voorkeursalternatief (de keuze voor een tracé) vast te stellen. Vervolgens is in 2012 een notitie Reikwijdte en Detailniveau, inclusief Trechteringsdocument, opgesteld waarin de thans voorliggende Voorkeursvariant is bepaald. Deze notities Reikwijdte en Detailniveau en Trechteringsdocument vormden het begin van een nieuwe m.e.r.-procedure.
Het MER voor de Rotterdamsebaan, dat als bijlage bij dit bestemmingsplan hoort, geeft voor diverse milieuthema's de effecten weer. Daarnaast is ook uitgebreid gekeken naar mogelijke maatregelen om negatieve effecten te beperken of positieve effecten te versterken. Deze maatregelen, voor zover kansrijk, zijn opgenomen in hoofdstuk vijf van dit bestemmingsplan. Bij de beschrijving van de diverse milieuthema's is grotendeels gebruik gemaakt van de teksten uit het hoofdrapport van het MER en de diverse achtergrondrapportages die voor vrijwel elk thema zijn opgesteld.