direct naar inhoud van 4.5 Groen
Plan: Regentesse-/ Valkenboskwartier
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0226CRgenValkbkw-50VA

4.5 Groen

4.5.1 Groen kleurt de stad

In de nota 'Groen kleurt de stad' - Beleidsplan voor het Haagse groen 2005-2015 - (Raadsbesluit d.d. 13 oktober 2005) is het beleid voor het groen van Den Haag weergegeven. Dit beleid is verwoord in een tweetal doelstellingen:

  • het beleidsplan biedt een kader voor duurzaamheid bij inrichting, beheer en gebruik van groen waarbij steeds meer sprake zal zijn van een gezamenlijke verantwoordelijkheid van beheerder en gebruiker;
  • het beleidsplan biedt een raamwerk waarbinnen keuzes kunnen worden gemaakt bij ruimtelijke ingrepen die van invloed zijn op het groen in de stad en bij veranderende maatschappelijke ontwikkelingen die van invloed zijn op de functies van het groen.

Deze doelstellingen zijn vertaald in vier ambities:

  • ruimte voor groen in en om de stad;
  • aandacht voor toegankelijkheid, gebruik en beleving van het groen;
  • duurzaamheid in inrichting, beheer en onderhoud van het groen;
  • samen het groen beheren.

Op grond van de aanwezige waarden zijn grote delen van het groen in Den Haag van bijzonder belang voor de kwaliteit, de identiteit en de belevingswaarde van de stad alsmede voor de kwaliteit en de verspreidingsmogelijkheden van planten en dieren. Deze vormen gezamenlijk de Stedelijke Groene Hoofdstructuur. Inzet is deze stedelijke groenstructuur duurzaam in stand te houden en waar mogelijk te versterken. Slechts in uitzonderlijke gevallen waarbij de ambitie, zoals neergelegd in de “Structuurvisie 2020” in het geding is, wordt een incidentele heroverweging niet uitgesloten.

In de nota zijn m.b.t. de Stedelijke Groene Hoofdstructuur twee kaarten opgenomen; een kaart met de “Stedelijke Groene Hoofd Structuur” en een kaart met “Ambities voor versterking van de Stedelijke Groene Hoofd Structuur”.

In het plangebied zijn meerdere bomenrijen onderdeel van de stedelijke groenstructuur van de stad. Deze spelen een belangrijke rol in het behouden van deze structuur. De bomenrijen in kwestie zijn:

  • Laan van Meerdervoort,
  • Suezkade/ Conradkade;
  • Koningin Emmakade/ Waldeck Pyrmondkade
  • Loosduinseweg
  • Beeklaan

In het bestemmingsplan zijn de betreffende gebieden grotendeels onder de bestemming Groen - 1 en Groen - 2 opgenomen. Voorzover dit niet het geval is, is groen toegestaan binnen de verkeersbestemming.

4.5.2 Ontwikkelingsvisie Stedelijke Ecologische Verbindingszones

In de nota Stedelijke Ecologische Verbindingszones (2009) is de Stedelijke Ecologische Hoofdstructuur (SEHS) van Den Haag aangegeven. Deze structuur sluit aan op de provinciale en nationale ecologische hoofdstructuur. De SHES bestaat uit kerngebieden (de grote groengebieden) met daartussen de ecologische verbindingszones. De verbindingszones bestaan uit zo veel mogelijk aaneensluitend wijk- en buurtgroen. Er zijn twaalf ecologische verbindingszones in de stad te onderscheiden. Per verbindingszone zijn het ambitieniveau, streefbeelden, doeltypen, doelsoorten, biotoopwensen en inrichtingseisen aangegeven.

Binnen het plangebied is het water (Verversingskanaal) van belang als blauwe verbinding binnen de stedelijke groenstructuur. De bomenrijen op de Laan van Meerdervoort, Loosduinse weg en Emmakade, die op de rand van het plangebied gelegen zijn, behoren bij de stedelijke ecologische hoofdstructuur.

4.5.3 Flora- en Faunawet

De Flora- en Faunawet regelt de bescherming van planten- en diersoorten. De Flora- en Faunawet legt een zorgplicht op voor alle dieren en planten in Nederland, bijvoorbeeld door de wijze en het tijdstip van uitvoering van bouwplannen waarbij men rekening houdt met het voortplantingsseizoen en met winterverblijfplaatsen en waardoor dieren niet onnodig worden verontrust. Ook legt de Flora- en Faunawet een beschermingsplicht op voor een groot aantal met name genoemde soorten. De wet bevat verbodsbepalingen voor het verwijderen van beschermde plantensoorten van hun groeiplaats, het beschadigen, vernielen, wegnemen of verstoren van voortplantings- of vaste rust- en verblijfplaatsen van beschermde diersoorten en het opzettelijk verontrusten van een beschermde diersoort. Voor de algemene beschermde soorten geldt sinds februari 2005 bij ruimtelijke ontwikkelingen een algemene vrijstelling, voor andere soorten die strenger zijn beschermd (vleermuizen, vogels, eekhoorns) kan onder voorwaarden een ontheffing worden aangevraagd.

Omdat dit bestemmingsplan geen ontwikkelingen toestaat, is een flora- en faunaonderzoek niet nodig.

4.5.4 Boswet

In het bestemmingsplangebied zijn geen grote groengebieden aanwezig die onder de Boswet vallen.

4.5.5 Bomen in Apv

Op grond van de Algemene plaatselijke verordening (Apv) is voor het kappen van bomen een omgevingsvergunning nodig (art. 2:87 en verder). Op grond hiervan worden belangen zorgvuldig afgewogen voordat een kapvergunning wordt afgegeven dan wel geweigerd. In de Apv is daarnaast een mogelijkheid opgenomen monumentale bomen aan te wijzen (art. 285, 286).
In het plangebied is één plek gesitueerd waar een monumentale boom is. Het gaat om een tamme kastanje die ter hoogte van de Galileistraat 142/146 staat.