direct naar inhoud van Artikel 7 Gemengd - 4
Plan: Florence Nightingale Park
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0222BFlorenceNP-51VA

Artikel 7 Gemengd - 4

7.1 Bestemmingsomschrijving

De op de plankaart voor 'Gemengd - 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, met dien verstande dat het totaal aantal woningen in de bestemmingen 'Gemengd-1', 'Gemengd-2', 'Gemengd-3' en 'Gemengd-4' niet meer dan 741 mag bedragen;
  • b. parkeren ten behoeve van deze bestemming;
  • c. verblijfsstraten en/of verblijfsgebieden;
  • d. ontsluiting tussen de Dedemsvaartweg over de A.H. Schirmweg en tussen de Florence Nightingaleweg over de A.H. Schirmweg ten behoeve van spoedeisend vervoer van zieken en gewonden in verband met de bestemming 'Maatschappelijk - Gezondheidszorg' ;
  • e. ontsluiting ten behoeve van het laden en lossen ten behoeve van de bestemming 'Maatschappelijk - Gezondheidszorg ;
  • f. waterberging ten behoeve van deze bestemming.

Ten behoeve van deze bestemming mogen hoofdgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, als bedoeld in artikel 7.2 worden gebouwd; de bestemming laat tevens erftoegangswegen, met dien verstande dat erftoegangswegen niet gelegen mogen zijn binnen een afstand van 15 meter vanaf de grens van het bouwvlak waarin de woningen aan Escamplaan 910 en 912 zijn gelegen, tuinen, verhardingen, beplantingen, oppervlaktewater, uitingen van kunst en het door de bewoners medegebruiken van de hoofdgebouwen voor een aan huis verbonden beroep of een aan huis verbonden bedrijf toe.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van de bestemming genoemd in artikel 7.1 gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken gebouwd worden;
  • b. ter plaatse van de op de plankaart aangegeven maatvoeringsvlakken mogen de bouwhoogten binnen het betreffende maatvoeringsvlak niet minder bedragen dan de minimale bouwhoogte en niet meer bedragen dan de maximale bouwhoogte die in die vlakken zijn aangeduid;
  • c. er mogen geen aan- en bijgebouwen gebouwd worden;
  • d. de gebouwde overdekte parkeerplaatsen en de daarbij behorende verkeersruimten, in- en uitritten, toegangsportalen en beluchtingmiddelen en de stallingplaatsen voor fietsen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken gebouwd worden;
  • e. er mogen niet minder gebouwde overdekte parkeerplaatsen gebouwd worden dan overeenkomstig de parkeernormen als bedoeld als bedoeld in bijlage 1 bij de regels van dit bestemmingsplan is berekend;
  • f. in uitzondering op het bepaalde onder b mag ter plaatse van het maatvoeringsvlak waarbij naast een minimum en maximum bouwhoogte tevens een afwijkende maximale bouwhoogte en een maximum bebouwingspercentage is opgenomen, het maatvoeringsvlak tot het aangegeven percentage worden bebouwd tot een maximale bouwhoogte van 30 meter;
  • g. in uitzondering op het bepaalde in artikel 7.2.1.b mag ten behoeve van het bouwen van woningen - ter plaatse van het maatvoeringsvlak waarop in een minimale bouwhoogte van 9 meter en een maximale bouwhoogte van 12 meter mag worden gebouwd - de bouwhoogte voor maximaal 9% van de oppervlakte van dit maatvoeringsvlak niet meer dan 30 meter bedragen;
  • h. de karakteristieke geluidwering van gevels - bepaald volgens NEN 5077 - van gebouwen, die georiënteerd zijn op het bestemmingsvlak 'Maatschappelijk – Gezondheidszorg' mag niet kleiner zijn dan het verschil tussen de geluidsbelasting door binnenplans wegverkeerslawaai enerzijds en 33 dB anderzijds;
  • i. artikel 24 onder b is uitsluitend van toepassing op die delen van het bouwvlak waarin een maatvoeringsvlak is opgenomen met een maximale bouwhoogte van 30 meter en een maximum bebouwingspercentage, met dien verstande dat de afstand tussen de in artikel 24 onder b toegestane bouwdelen en de zuidwestelijke grens van het bouwvlak waarin de woningen aan Escamplaan 910 en 912 zijn gelegen, niet minder dan 37 meter mag bedragen;
  • j. artikel 27.1 onder a is uitsluitend van toepassing op die delen van gebouwen die gelegen zijn op ten minste 37 meter van de zuidwestelijke grens van het bouwvlak waarin de woningen aan Escamplaan 910 en 912 zijn gelegen;
  • k. artikel 27.1 onder b is uitsluitend van toepassing op bouwvlakken en maatvoeringsvlakken die gelegen zijn op ten minste 12 meter van de zuidwestelijke grens van het bouwvlak waarin de woningen aan Escamplaan 910 en 912 zijn gelegen.
7.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de bestemming genoemd in de artikel 7.1 gelden de volgende regels:

  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen qua aard en maat bij de bestemming te passen;
  • b. er mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een dak gebouwd worden;
  • c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 2,5 meter;
  • d. in uitzondering op het bepaalde in artikel 7.2.2.c mag de bouwhoogte van erfafscheidingen niet meer dan 3 meter bedragen.
7.3 Nadere eisen

Bij de hantering van de artikelen 7.2.1.f en 7.2.1.g mag het bevoegd gezag nadere eisen stellen ten aanzien van de plaatsing van deze gebouwen vanwege:

    • 1. de daarmee samenhangende schaduwhinder , die moet voldoen aan het besluit van de gemeenteraad van 14 juni 2011 (RIS 180461) voor nieuwbouwsituaties en
    • 2. de geluidsbelasting vanwege het wegverkeerslawaai op de gevels op grond van de Wet geluidhinder moet voldoen aan de (hogere) grenswaarde;
    • 3. de windhinder, teneinde een aanvaardbaar windklimaat te borgen. .
7.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan afwijken als bedoeld in artikel 3.6.1 Wro van het bepaalde in:

  • a. artikel 7.2.1.c ten behoeve van het bouwen van aanbouwen en aangebouwde bijgebouwen buiten het aangeduide bouwvlak en het achterfgebied, met dien verstande dat:
    • 1. de bouwhoogte van een aanbouw niet meer mag bedragen dan 0,30 meter boven de vloer van de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw tot een maximum van 4 meter;
    • 2. de diepte niet meer dan 3 meter mag bedragen;
    • 3. de gezamenlijke grondoppervlakte van aanbouwen, bijgebouwen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een dak en niet meer bedraagt dan 50% van het achtererfgebied;
  • b. artikel 7.2.1.c ten behoeve van het bouwen van vrijstaande bijgebouwen buiten het aangeduide bouwvlak en op het achtererfgebied, met dien verstande dat:
    • 1. de maximum oppervlakte aan bijgebouwen niet meer dan 20 m2 mag bedragen;
    • 2. de bouwhoogte niet meer dan 3 meter mag bedragen;
    • 3. het gezamenlijke grondoppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een dak niet meer bedraagt dan 50% van het achtererfgebied ;
  • c. artikel 7.2.1 ten behoeve van borstweringen en andersoortige uit architectonische of esthetische overwegingen voorgestane dakelementen, waaronder kroonlijsten e.d. tot een maximum hoogte van 1,5 meter;
  • d. artikel 7.2.1 ten behoeve van het verschuiven van de maatvoeringsvlakken met maximaal 3 meter, met dien verstande dat de totale oppervlakte van het betreffende maatvoeringsvlak ongewijzigd dient te blijven;
  • e. artikel 7.2.2.b ten behoeve van het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een dak buiten het aangeduide bouwvlak, met dien verstande dat:
    • 1. de bouwhoogte niet meer dan 3 meter mag bedragen;
    • 2. de gezamenlijke grondoppervlakte van aanbouwen, bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een dak niet meer bedraagt dan 50% van het achterefgebied.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels

Indien bij de uitvoering van deze bestemming blijkt dat de compensatie van de waterbergende capaciteit als gevolg van het aanbrengen van verhardingen niet in de bestemming gecompenseerd kan worden, deze gecompenseerd wordt in de bestemming 'Water' uitgaande van een peilstijging van 60 centimeter en een waterbergingsnorm van 325 m3 per hectare.